zenuwen

Zenuwstelsel                                      
1 / 76
next
Slide 1: Slide
SchoonheidsverzorgingPraktijkonderwijsLeerjaar 4

This lesson contains 76 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Zenuwstelsel                                      

Slide 1 - Slide

zenuwenstelsel
Doel
Je leert de verschillende soorten zenuwen
Je leert hoe een zenuw werkt
Je leert de bouw van de zenuw

Slide 2 - Slide

wat weet jij over zenuwen?

Slide 3 - Mind map

Zenuwstelsel
Je hersenen ontvangen informatie van je zintuigen en verwerken deze informatie.
De informatie komt via de zenuwen bij de hersenen.

Hersenen + ruggenmerg + zenuwen noemen we het zenuwstelsel.

Slide 4 - Slide

Prikkels en impulsen
Een prikkel is een berichtje (uit de omgeving) dat wordt opgevangen in een zintuig.

In je zintuig wordt zo'n prikkel omgezet in een elektrisch stroompje, dat noem je een impuls

Slide 5 - Slide

Welke prikkel hoort bij het zintuig?
licht
geluid
geur
druk/tast/warmte/kou/pijn
smaak
oog
oor
huid
neus
tong

Slide 6 - Drag question

Slide 7 - Video

Impulsen
Impulsen zijn elektrische stroompjes
die van een zintuig naar de hersenen
gaan.


Slide 8 - Slide

Impulsen
Impulsen gaan ook van de hersenen
naar een spier of een klier.
Zo kan je reageren op een waarneming.


Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

een sensorische prikkel komt binnen via
A
je spieren
B
druk op je huid
C
je oren
D
kou op je huid

Slide 11 - Quiz

Een sensibele prikkel neem je via je huid waar
A
klopt
B
klopt niet

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Slide

Een neuriet voert de prikkel
A
naar cel toe
B
van de cel af

Slide 18 - Quiz

De meyelineschede
A
is kern van de cel
B
is een lange uitloper
C
is een korte uitloper
D
is vette laag om lange uitloper

Slide 19 - Quiz

Een prikkel komt je lichaam binnen en wordt omgezet in
A
impuls
B
kou
C
warmte
D
trillingen

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide

welke neurotransmitter vorm je bij de massage
A
noradrenaline
B
adrenaline
C
acetylcholine

Slide 22 - Quiz

opdracht
Ga naar beauty level en bekijk de video van Paul
Maak werkblad

Slide 23 - Slide

lesdoel 6-12
huiswerk
verschillende zenuwstelsel 
centraal zenuwstelsel-perifeer zenuwstelsel
autonoom en animaal zenuwstelsel
hersenen



Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Het animale zenuwstelsel staat onder invloed van je wil
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quiz

Je centrale zenuwstelsel bestaat uit:

Slide 27 - Mind map

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Link

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Link

Slide 42 - Slide

lesdoel
Je kent anatomie van perifeer zenuwstelsel
leren de belangrijkste hersenzenuwen

Slide 43 - Slide

waaruit bestaat je perifere zenuwstelsel?

Slide 44 - Mind map

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Video

Slide 50 - Slide

Slide 51 - Slide

Slide 52 - Slide

Slide 53 - Slide

Slide 54 - Slide

Slide 55 - Slide

Slide 56 - Slide

Slide 57 - Slide

Activerend op spijsverteringsorganen
Sympatische zenuwstelsel
Parasympatische zenuwstelsel
Remmend op spijsverteringsorganen
Activerend op skeletspieren
Activerend op enzymen
Activerend op bled naar de spieren
Activerend op hartfunctie
Remmend op bloed naar de spieren
Remmend op hartfunctie

Slide 58 - Drag question

Op welk zenuwstelsel heb je zelf GEEN invloed?
A
Autonome zenuwstelsel
B
Animale zenuwstelsel
C
Willekeurige zenuwstelsel
D
Vegetatieve zenuwstelsel

Slide 59 - Quiz

Waardoor zijn de twee helften van de grote hersenen met elkaar verbonden?
A
Hersenbalk
B
Hersenmerg
C
Hersenschors
D
Hemisferen

Slide 60 - Quiz

13. Hoe geleidt een motorische zenuw een prikkel?
A
van de huid naar de spieren
B
van een zintuig naar de hersenen
C
van het centrale zenuwstelsel naar een spier

Slide 61 - Quiz

12. Wat is de functie van adrenaline?
A
de ademhaling versnellen
B
de hartslag verlagen
C
de spijsverteringsorganen sneller laten werken

Slide 62 - Quiz

Voorkennis
Zintuigen --> waarnemen van de buitenwereld.

Zonder waarneming is er geen contact en kan je niet leven.

Slide 63 - Slide

Hersenen
Je ademhaling, de spijsvertering, de bloedsomloop, de verbranding, het waarnemen wordt allemaal geregeld in je hersenen.
Sommige simpele regeldingen worden geregeld door het ruggenmerg.
We noemen je hersenen + het ruggenmerg ook wel het centrale zenuwstelsel.

Slide 64 - Slide

Het ruggenmerg

Slide 65 - Slide

Welke onderdelen horen bij:
Centrale zenuwstelsel
Zenuwstelsel
zenuwen
Hersenen
Hersenen
ruggenmerg
Ruggenmerg

Slide 66 - Drag question

(Centrale) zenuwstelsel
Het centrale zenuwstelsel bestaat dus uit de hersenen en het ruggenmerg.
Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel en de zenuwen.

Slide 67 - Slide

Een prikkel is?
A
een elektrisch stroompje
B
een berichtje uit je omgeving

Slide 68 - Quiz

Een impuls is?
A
een elektrisch stroompje
B
een berichtje uit je omgeving

Slide 69 - Quiz

Een zintuig is een orgaan dat reageert op prikkels.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 70 - Quiz

Wanneer wordt je je bewust van een waarneming?
A
Als er een prikkel in je zintuig komt.
B
Als het impuls in de hersenen is verwerkt.

Slide 71 - Quiz

Slide 72 - Video

Als de hersenen een impuls naar de speekselklieren sturen. Hoe reageert de speekselklier dan?

Slide 73 - Open question

P: perifere zenuwen

C: hersenen en 
ruggenmerg

Slide 74 - Slide

Slide 75 - Slide

Zenuwstelsel
Je hersenen ontvangen informatie van je zintuigen en verwerken deze informatie.
De informatie komt via de zenuwen bij de hersenen.

Hersenen + ruggenmerg + zenuwen noemen we het zenuwstelsel.

Slide 76 - Slide