Les 1 weerstand en de wet van Ohm

Weerstand
Allerlei stoffen zoals in de afbeelding hiernaast remmen de elektronen maar een beetje af. Ze bieden een beetje weerstand tegen de beweging van de elektronen. Deze stoffen worden weerstanden genoemd.
Hoeveel de elektronen worden tegenhouden noemen we elektrische weerstand.
Weerstand is hoe makkelijk of hoe moeilijk de elektronen door een materiaal heen bewegen.
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Weerstand
Allerlei stoffen zoals in de afbeelding hiernaast remmen de elektronen maar een beetje af. Ze bieden een beetje weerstand tegen de beweging van de elektronen. Deze stoffen worden weerstanden genoemd.
Hoeveel de elektronen worden tegenhouden noemen we elektrische weerstand.
Weerstand is hoe makkelijk of hoe moeilijk de elektronen door een materiaal heen bewegen.

Slide 1 - Slide

Wet van Ohm
De elektrische stroomsterkte hangt af van twee dingen, de spanning en de weerstand. Spanning kun je vergelijken met de kracht waarmee
de elektrische deeltjes vooruit geduwd worden. Hoe hoger de spanning, hoe groter de stroomsterkte. Het hangt ook af van de weerstand die de elektronen ondervinden. Hoe groter de weerstand, hoe lager de stroomsterkte. Dit verband wordt beschreven in de formule die we de wet van Ohm noemen. 

Slide 2 - Slide

Wet van Ohm

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Omrekenen

Slide 5 - Slide

Voorbeeld

Slide 6 - Slide

4 stappenplan

Slide 7 - Slide

Opdracht 1

Slide 8 - Slide

Vul de gegevens, de berekening en het resultaat hier in.

Slide 9 - Open question

Uitwerking opdracht 1

Slide 10 - Slide

Opdracht 2

Slide 11 - Slide

Vul de gegevens, de berekening en het resultaat hier in.

Slide 12 - Open question

Uitwerking opdracht 2
Gegevens:
I = 1,2 A
R= 15 Ohm

Gevraagd:
U

Oplossing:
U = I x R
U = 1,2 x 15
U = 18 V

Slide 13 - Slide

Opdracht 3

Slide 14 - Slide

Vul de gegevens, de berekening en het resultaat hier in.

Slide 15 - Open question

Uitwerking opdracht 3

Slide 16 - Slide

Opdracht 4

Slide 17 - Slide

Uitwerking opdracht 4

Slide 18 - Slide

Opdracht 5

Slide 19 - Slide

Vul de gegevens, de berekening en het resultaat hier in.

Slide 20 - Open question

Uitwerking opdracht 5

Slide 21 - Slide

Opdracht 6

Slide 22 - Slide

Uitwerking opdracht 6

Slide 23 - Slide

Opdracht 7

Slide 24 - Slide

Uitwerking opdracht 7

Slide 25 - Slide

Opdracht 10

Slide 26 - Slide

Uitwerking opdracht 10

Slide 27 - Slide

Opdracht 11

Slide 28 - Slide