GPL - 23 oktober - Snelheid 1

GPL Natuurkunde
1. Berg je telefoon op in je tas
2. Pak je spullen:

Deze les:
We starten met rekenen met snelheden (3.1).

- Wat weet je al over snelheid?
- Hoe bereken je snelheid (op twee manieren)?
- Snelheden in elkaar omrekenen.

Werken aan HW of vragen.


1 / 32
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

GPL Natuurkunde
1. Berg je telefoon op in je tas
2. Pak je spullen:

Deze les:
We starten met rekenen met snelheden (3.1).

- Wat weet je al over snelheid?
- Hoe bereken je snelheid (op twee manieren)?
- Snelheden in elkaar omrekenen.

Werken aan HW of vragen.


Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Wat bedoelt de taxichauffeur met die getallen?

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Snelheid
v=ts
vts
s is de afstand in kilometer (km)
t is de tijd in uur (h)
v is de snelheid in kilometer per uur (km/h)

Slide 5 - Slide

Voorbeeld
Een fietser legt een tocht van 16 kilometer af in 45 minuten.
a) Bereken de gemiddelde snelheid van de fietser in km/h.
b) Bereken de gemiddelde snelheid van de fietser in m/s.
a) v = s / t
     v = 16 km / 0,75 h
     v = 21,33 km/h

Slide 6 - Slide

Voorbeeld
Een fietser legt een tocht van 16 kilometer af in 45 minuten.
a) Bereken de gemiddelde snelheid van de fietser in km/h.
b) Bereken de gemiddelde snelheid van de fietsen in m/s op twee manieren.
a) v = s / t
     v = 16 km / 0,75 h
     v = 21,33 km/h
b)  v = s / t
      v = 16000m / (45 x 60)s
      v = 5,93 m/s


Slide 7 - Slide

Snelheid

Afstand
Tijd

v
s
t

Slide 8 - Drag question

Bereken in kilometer per uur
Ali fietst in 45 minuten een afstand van 13 km naar school.

Bereken zijn snelheid.
Celine wandelt in 15 minuten een afstand van 2100 m.

Bereken haar snelheid.
Bert rijdt met de auto  in 10 minuten 3750 m.

Bereken zijn snelheid.
Demi rent de marathon (42,1 km) in 4,5 uur.
Bereken haar snelheid.

Slide 9 - Slide

Snelheid
v=ts
s is de afstand in meter (m)
t is de tijd in seconde (s)
v is de snelheid in meter per seconde (m/s)
vts
s is de afstand in kilometer (km)
t is de tijd in uur (h)
v is de snelheid in kilometer per uur (km/h)
of

Slide 10 - Slide

Bereken in meter per seconde.
Ali fietst in 45 minuten een afstand van 13 km naar school.

Bereken zijn snelheid.
Celine wandelt in 15 minuten een afstand van 2100 m.

Bereken haar snelheid.
Bert rijdt met de auto  in 10 minuten 3750 m.

Bereken zijn snelheid.
Demi rent de marathon (42,1 km) in 4,5 uur.
Bereken haar snelheid.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Evert loopt met een snelheid van 5,5 m/s een afstand van 0,8 km.

Bereken hoeveel seconde ze aan het wandelen is.

Slide 13 - Open question

Fiona rent de marathon (42,195 km) met een gemiddelde snelheid van 8 km/uur.

Bereken hoe lang ze erover doet om de marathon te lopen.

Slide 14 - Open question

Welk (v,t)-diagram past een fietstocht met constante snelheid?
A
B
C
D

Slide 15 - Quiz

Welk (v,t)-diagram past het best een auto die tegen een muur botst?
A
B
C
D

Slide 16 - Quiz

Welk (v,t)-diagram past het best bij een fietser die begint te fietsen vanuit stilstand?
A
B
C
D

Slide 17 - Quiz

Welk (s,t)-diagram past het beste bij iemand die eerst snel fietst, stopt voor een stoplicht, en daarna weer verder fietst?
A
B
C
D

Slide 18 - Quiz

Welk (s,t)-diagram past het beste bij een auto die snel optrekt?
A
B
C
D

Slide 19 - Quiz

Welk (s,t)-diagram past het beste bij een hardloper die eerst snel loopt, en daarna langzamer gaat lopen?
A
B
C
D

Slide 20 - Quiz

Wat is de resulterende kracht?
Het verschil tussen de voortstuwende krachten en de tegenwerkende krachten 

Slide 21 - Slide

Resulterende kracht 
Versnelling
Meer voortstuwende krachten dan tegenwerkende krachten 
Constante snelheid
Voortstuwende krachten en tegenwerkende krachten gelijk
Vertraging 
Meer tegenwerkende krachten dan voorstuwende krachten

Slide 22 - Slide

Evert loopt met een snelheid van 5,5 m/s een afstand van 0,8 km.

Bereken hoeveel seconde ze aan het wandelen is.

Slide 23 - Open question

Fiona rent de marathon (42,195 km) met een gemiddelde snelheid van 8 km/uur.

Bereken hoe lang ze erover doet om de marathon te lopen.

Slide 24 - Open question

Welk (v,t)-diagram past een fietstocht met constante snelheid?
A
B
C
D

Slide 25 - Quiz

Welk (v,t)-diagram past het best een auto die tegen een muur botst?
A
B
C
D

Slide 26 - Quiz

Welk (v,t)-diagram past het best bij een fietser die begint te fietsen vanuit stilstand?
A
B
C
D

Slide 27 - Quiz

Welk (s,t)-diagram past het beste bij iemand die eerst snel fietst, stopt voor een stoplicht, en daarna weer verder fietst?
A
B
C
D

Slide 28 - Quiz

Welk (s,t)-diagram past het beste bij een auto die snel optrekt?
A
B
C
D

Slide 29 - Quiz

Welk (s,t)-diagram past het beste bij een hardloper die eerst snel loopt, en daarna langzamer gaat lopen?
A
B
C
D

Slide 30 - Quiz

Wat is de resulterende kracht?
Het verschil tussen de voortstuwende krachten en de tegenwerkende krachten 

Slide 31 - Slide

Resulterende kracht 
Versnelling
Meer voortstuwende krachten dan tegenwerkende krachten 
Constante snelheid
Voortstuwende krachten en tegenwerkende krachten gelijk
Vertraging 
Meer tegenwerkende krachten dan voorstuwende krachten

Slide 32 - Slide