2.6 Voedselbederf

Ga naar LessonUp
LessonUp.app
 

Doe mee met de les

1 / 27
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Ga naar LessonUp
LessonUp.app
 

Doe mee met de les

Slide 1 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Waardoor kan een eetstoornis ontstaan?
A
Je wordt beïnvloed door wat je ziet in de media
B
Je bent ontevreden over jezelf, je lichaamsgewicht en je uiterlijk.
C
Je wordt beïnvloed door de normen in de mode
D
alle drie juist

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Obesitas en anorexia zijn eetstoornissen.
welke bewering hierover is waar?
A
Bij obesitas en anorexia heb je overgewicht
B
Bij obesitas heb je overgewicht en bij anorexia ondergewicht
C
Bij anorexia heb je overgewicht en bij obesitas ondergewicht
D
Bij obesitas en anorexia heb je ondergewicht

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet het laatste stukje
darm van het verteringstelsel? (Nr. 2?).
A
dikke darm
B
twaalfvingerige darm
C
blinde darm
D
endeldarm

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

De eetstoornis waarbij men te zwaar is noemen we:
A
Anorexia Nervosa
B
Obesitas
C
Boulimia nervosa

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

De eetstoornis waarbij men niet wil eten
A
Anorexia Nervosa
B
Obesitas
C
Overgewicht
D
Boulimia

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

endeldarm
maag
dunne darm
galblaas
lever
dikke darm
alvleesklier

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Zet de organen in de juiste volgorde van het verteringstelsel
1
2
3
4
5
6
Mond
Maag
Twaalfvingerige darm
Dunne darm
Dikke darm
Endeldarm

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions

Wat is geen basisregel volgens de schijf van vijf?
A
Eet veilig
B
Eet meer verzadigd vet
C
Eet niet te veel, beweeg voldoende
D
Eet gevarieerd

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

In de afbeelding zie je de schijf van vijf.
Welk advies heeft vooral betrekking
op vak 2 van de schijf van vijf?
A
Eet gevarieerd
B
Eet niet te veel en beweeg voldoende
C
Eet weinig verzadigd vet
D
Eet veel groente, fruit en volkoren brood

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Klaar
Laptop dicht of met het scherm naar mij toe draaien!

Slide 11 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

2.6 Voedselbederf

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • 11 Je kunt manieren beschrijven om voedselbederf tegen te gaan

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Bacteriën en schimmels
Zijn de opruimers in de natuur. Ze zijn dol op groenten, vlees, fruit en andere dode organismen.
Voedsel is eigenlijk ook dode organismen. Dus zullen bacteriën en schimmels dit ook opeten. 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Bacteriën

Nuttig:

- Opruimers

- Kaas/Yoghurt

- Waterzuivering

Maar ook....

- Voedselvergiftiging

- Ziekten (salmonellabacterie)

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wat is voedselvergiftiging?
Voedsel kan besmet zijn met giftige stoffen die bacteriën of schimmels op het voedsel achterlaten. 
Vaak zie/ruik je dat het voedsel niet goed is, maar niet altijd. Al na 1 uur (tot 12uur) na het eten kan je ziek worden.

Verschijnselen:
diarree, overgeven, koorts, buikkrampen

Koorts en rillingen
Besmet voedsel
Buikpijn
Diarree
Misselijk, overgeven

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Voedsel conserveren 
Voedsel bederft door conserveren minder snel. Bacteriën en schimmels gaan dood. Manieren:
  1. Invriezen
  2. Pasteuriseren
  3. Steriliseren
  4. Vacuüm verpakken (luchtdicht verpakken/ geen zuurstof)
  5. Drogen
  6. Conserveermiddel toevoegen 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Video

This item has no instructions

Invriezen
  • Temperatuur te laag voor bacteriën en schimmels om zich voort te kunnen planten.
  • Bacteriën en schimmels zijn niet dood, en gaan zich weer voortplanten na het ontdooien. 
  • Niet opnieuw invriezen na het ontdooien

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Pasteuriseren
Verhitten tot 72 oC
Sommige bacteriën overleven wel, dus in de koelkast!
Minder lang houdbaar

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Steriliseren
Verhitten tot 130/140 oC of meer

Alle bacteriën en schimmels gaan dood
Lang houdbaar!

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Vacuüm verpakken
Voedsel kan ook vacuüm worden verpakt 
Hierbij wordt alle lucht uit de verpakking weggezogen. 

Bacteriën en schimmels kunnen zich niet voortplanten door de afwezigheid van zuurstof. Een voorbeeld is koffie, die eerst wordt gebrand en daarna vacuümverpakt.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Drogen
Het water wordt uit de voedingsmiddelen gehaald. Zonder water kunnen bacteriën en schimmels zich niet voortplanten. Voorbeelden van gedroogde producten zijn melkpoeder, rozijnen en soep in droge vorm. Ook de worst hiernaast. 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Conserveermiddelen toevoegen
Door conserveermiddelen toe te voegen, worden de leefomstandigheden voor bacteriën en schimmels ongunstig. Voorbeelden van conserveermiddelen zijn bv. suiker, zout, en azijn Bijvoorbeeld:
• suiker in jam
• sulfiet in gedroogd fruit
• zout in olijven

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Geur-kleur en smaakstoffen
Helpen niet tegen voedselbederf. Worden toegevoegd zodat het er beter uit ziet/smaakt. 

Bijvoorbeeld: wilde zalm eet garnalen en is daarom oranje van kleur. Gekweekte zalm krijgt kleurstoffen toegediend zodat het vlees oranje wordt. Deze kleurstoffen blijken slecht te zijn voor de ogen van de mens die deze zalm eten. Maar ook is het moeilijker te zien of de zalm dan bedorven is. 

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Aan het werk!
timer
1:00

Slide 27 - Slide

This item has no instructions