1. De bananen zijn morgen in de aanbieding.
2. Hebben we nog een paprika voor in de tomatensoep?
3.Ik lust graag een ananas in de lente.
4. Jelmer eet graag mango en bloemkool.
5. Wil je voortaan je rommel opruimen?
6. Juli en augustus zijn de leukste maanden vindt Else.
7. Heb je zin in een salade of wil je zuurkool?
8. De kamerplanten moeten nodig water hebben.
9. Remy kan prachtige tekeningen maken.
10. Wanneer heb je je opdracht af denk je?