Les 21 - Taallab

• Nederlands
• Secundair onderwijs

Les 21 - Taallab

Spelling: meervoud, verkleinwoord, bezitsvorm

Taalstudie: zinsdelen

Schooltaalwoorden

    Spelling: meervoud

-en, -s, -'s, -ieën, -iën

Wat is het meervoud van "familie"?

1. familiën
2. familieën
3. families
4. familie's

Wat is het meervoud van "vos"

1. vozen
2. vosen
3. vozzen
4. vossen

Wat is het meervoud van "flauwerik"?

1. flauweriken
2. flauwerikken
3. flauwerd

Wat is het meervoud van "perzik"?

1. perziks
2. perzikken
3. perziken
4. perzik

Wat is het meervoud van "massage"?

1. massagen
2. massages
3. massage

Wat is het meervoud van "seconde"?

1. sec
2. seconden
3. second
4. secondes

LWB p. 246

Wat is het meervoud van "lente"?

1. lente's
2. lentes
3. lenten

Wat is het meervoud van "pony"?

1. ponys
2. pony's
3. ponies
4. ponie's

Wat is het meervoud van "bureau"?

1. bureaus
2. bureau's
3. bureaux

Wat is het meervoud van "café"?

1. cafés
2. café's
3. cafees
4. cafées

Wat is het meervoud van "cd"?

1. cds
2. cdees
3. cd's

Wat is het meervoud van "gsm"?

1. gsm
2. gsm'en
3. gsms
4. gsm's

Wat is het meervoud van "BMX"?

1. BMX'en
2. BMX
3. BMX's

Wat is het meervoud van "sms"?

1. sms'en
2. sms
3. sms's
4. smsen

-->sms, gsm, BMX, cd, wc, pc = initiaalwoorden

 --> de meervoudsvorm van initiaalwoorden schrijf je met een apostrof.

Wat is het meervoud van "genie"?

1. geniën
2. genieën

Wat is het meervoud van "bacterie"?

1. bacteriën
2. bacterieën

Wat is het meervoud van "fee"?

1. feën
2. feeën

Schrijf het meervoud van "essay"

Schrijf het meervoud van "olie"

Schrijf het meervoud van "slechterik"

    Spelling: verkleinwoorden

-je, -tje, -kje, -pje, -etje, -'tje

Wat is het verkleinwoord van "cake"?

1. cakje
2. cakeje
3. cakekje
4. caketje

Wat is het verkleinwoord van "diner"?

1. dinertje
2. dineetje
3. dinerpje

Wat is het verkleinwoord van "ketting"?

1. kettinkje
2. kettingkje
3. kettingetje

! Bij verkleinwoorden op -ing, laat je de "g" weg. --> kje

(ketting --> kettinkje)

Wat is het verkleinwoord van "paraplu"?

1. paraplutje
2. paraplu'tje
3. parapluutje

Wat is het verkleinwoord van "café"?

1. cafétje
2. cafeetje
3. caféetje
4. café'tje

Wat is het verkleinwoord van "trolley"?

1. trolleytje
2. trolley'tje

Wat is het verkleinwoord van "pony"?

1. ponytje
2. pony'tje
3. ponietje

Wat is het verkleinwoord van "cd"?

1. cdtje
2. cdeetje
3. cd'tje
4. cd'je

• ! Ook bij cijfers of initiaalwoorden gebruik je een apostrof. --> cd'tje, A4'tje, 2'tje, m'etje, ...

Schrijf het verkleinwoord van "ufo"

Schrijf het verkleinwoord van "baby"

    Spelling: bezitsvorm

Bezitsvorm zelfstandige naamwoorden

-s, -'s, '

Wat is de bezitsvorm van
"de jas van Benoit"?

1. Benoits jas
2. Benoit's jas

Wat is de bezitsvorm van
"de trui van Manou"?

1. Manous trui
2. Manou's trui

Wat is de bezitsvorm van
"de fiets van Aimé"?

1. Aimé's fiets
2. Aimés fiets

Wat is de bezitsvorm van
"de laptop van Emile"?

1. Emiles laptop
2. Emile's laptop
3. Emiels laptop

Wat is de bezitsvorm van
"het werkboek van Léo"?

1. Léos werkboek
2. Léoos werkboek
3. Léo's werkboek
4. Léos' werkboek

Wat is de bezitsvorm van
"de pennenzak van Lily"?

1. Lilys pennenzak
2. Lilies pennenzak
3. Lily's pennenzak
4. Lilie's pennenzak

Wat is de bezitsvorm van
"de hond van Felix"?

1. Felixs hond
2. Felix's hond
3. Felix' hond

Wat is de bezitsvorm van
"het boek van Louis"?

1. Louiss boek
2. Louis' boek
3. Louis's boek

Wat is de bezitsvorm van
"de taak van Joyce"?

1. Joyces taak
2. Joyce's taak
3. Joyce' taak