Theorie les 3: Kleurenpsychologie

• Interieur, Ontwerp en Design
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 3

Theorie les 3: 

Kleurenpsychologie

Wat doen kleuren met een ruimte?

Start je Chromebook op en open de juiste apps. 

4 minuten:

• Start je Chromebook op.
• Open LessonUp 
• Ga naar ELO-Digitaal. Download daar jouw Spiekbrief.
• Zorg dat je straks je Spiekbrief daar ook weer uploadt.

Les/leerdoelen

• Je leest zelfstandig de theorie over kleurenpsychologie.
• Je past dit toe in je eigen woorden via de Spiekbrief.

Lesdoel: De Spiekbrief is volledig ingevuld met hulp van de docent. 

"Dit is de derde theorieles en jullie gaan nu zelfstandig werken. Vandaag staat kleurenpsychologie centraal. Je leert hoe kleuren invloed hebben op hoe mensen zich voelen in een ruimte."

wat weet je al van kleurenpsychologie

“Laten we eerst even kijken wat jullie al weten. Denk even terug aan een winkel of een kamer die je mooi vond – of juist niet. Wat maakt een ruimte mooi, denk je? Wat hoort er volgens jou bij ‘interieurontwerp’? Typ je ideeën in op je Chromebook. Alles mag, er is geen goed of fout!”

Welke kleur roept welk gevoel op?

"Kleuren doen iets met je. Wat voel jij bij rood? En bij blauw? Typ per kleur 1 gevoel. Je ziet straks in de theorie hoe dit gebruikt wordt in interieurontwerp.

Welke kleur roept welk gevoel op?

Welke kleur roept welk gevoel op?

Welke kleur roept welk gevoel op?

Theorie lezen 

Arceer woorden die je lastig of nieuw zijn voor je. 

"Je leest nu zelfstandig de theorie. Onderstreep woorden die je lastig vindt. Die bespreken we straks kort. Daarna kies je 5 begrippen uit de tekst."

Vul de spiekbrief in

Kies 5/6 begrippen uit het theorieboek.

"Gebruik alleen begrippen uit de theorie. Geef steeds aan: wat zie je, wanneer gebruik je het, waarom, en hoe pas je het toe?"

Welke woorden vond je lastig?
(gearceerde woorden) (Niet voor de spiekbrief!)

"Riep je theorie nieuwe of lastige woorden op? Typ ze in of steek je hand op. We lichten er een paar uit en leggen die samen uit." met voorbeelden."

Vergelijk twee begrippen met een klasgenoot. 

Bespreek minimaal 2 begrippen met elkaar, geef tips.

"Vergelijk 2 van jouw begrippen met die van je buur. Begrijp je elkaars uitleg? Voeg iets toe als dat nodig is."

Maak oefenvragen in ELO

Dan mag je aan de slag in ELO. 

Hier heb je 10 minuten voor. 

Als je vragen hebt steek je je hand op. 

Klaar? Laat dan weten wat je van de les vond. 

"Als je Spiekbrief compleet is, start je met de oefenvragen in ELO. Vergeet niet: goed lezen is key."

forms.gle