4.4 Transport en energie oefeningen

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

4.4 Transport en energie

In de komende dia's staan zinnen die juist of onjuist zijn. Geef aan of ze juist of onjuist zijn en motiveer je antwoord.

Fossiele energiebronnen zijn miljoenen jaren oud

Steenkool is geen fossiele brandstof

In Groningen ligt een groot aardolieveld onder de grond

Fossiele energiebronnen kunnen na miljoenen jaren weer aangevuld worden door de natuur

Elektriciteit kan worden opgewekt met fossiele energiebronnen

Fossiele energie bestaat uit resten planten en dieren.

Waar worden fossiele energiebronnen voor gebruikt? Noem twee voorbeelden.

Waarom veroorzaakt CO2 de opwarming van de aarde?

Noem een ander broeikasgas.

Door uitademing van mens en dier komt er CO2 in de lucht. Noem nog een andere natuurlijke manier.

De hoeveelheid koolstof in de koolstofkringloop verandert niet. Waar kan koolstof zich bevinden?

Uitschrijven van de leerdoelen

Elke paragraaf heeft leerdoelen. Als je die uitschrijft, heb je een mooie samenvatting van de paragraaf. Dat gaan we nu oefenen.

1e leerdoel

Je weet wat de betekenis is van energietransitie, circulaire economie en afvalvoetafdruk