22-23 3E 26 Sep Les 13+ 14

• Duits
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 3

30 September

Verbeteren van zinnen + bespreken

Verbeteren zinnen letzte Runde

1. Ich in auf Urlaub auf Frankreich.

2. Wie ist das wetter bei du?

3 Ich habe gespaziert in der Natur es was eine schöne Umgebung.

4. Auf donertag es geregent habe.

5. Die Sonne scheint den ganzen Tag mahr auf Mantag hat es geregnet.

Verbeteren zinnen letzte Runde

6. Ich habe geloven mit mein Hund.

7. Ich bin mit meine vrienden und wir haben geessen.

8. Am Donnerstag hast es geregenen.

9. Ich bin mit mir Freunden auf Urlaub.

10. 's avonds ist es koud.

Besprechen der Sätze

Docent heeft antwoordenblad

Vragen voor de Toets?

Maandag 3 oktober

Toets schrijfvaardigheid

 standaard zinnen blad

- laatste opdracht aantekeningen maken

- leer al je geschreven kaartjes

- blz. 48 woordjes

Bekijk nog eens de lessen in je lesson up

Naar cijferinvoer

eigen leerovericht maken

Wat ga je doen?: Zinnen verbeteren

Hoe ga je dat doen? met behulp van het opdrachtenblad,  je maakt het de eerst 5 minuten in stilte

Welke informatie kan je gebruiken

De eerste 5 minuten niets, daarna gebruik je alle bladen die je gekregen en gemaakt hebt

Hoeveel tijd heb je hiervoor: 10 minuten

Verwerking:   En we bespreken het klassikaal, allemaal krijg je een beurt.

Nakijken aantekeningenblad

Veel is goed, is misschien nu lastig voor de docent, twijfel je, stuur dan mevrouw van de Laar vóór vrijdag nog een berichtje via Teams.

TOETS VRIJDAG A.S GAAT GEWOON DOOR

Woordenschat voorbereiding

Wat ga je doen?: leeroverzich woordenschat maken

Hoe ga je dat doen? 

Je krijgt een blad met woorden uit het hoofdstuk. 

Deze ga je vertalen naar het Duits, Inclusief het lidwoord

Welke informatie kan je gebruiken

Blz. 48

Hoeveel tijd heb je hiervoor: 20 minuten

Verwerking:  Je komt het laten zien, dat het af is. En we bespreken het klassikaal, allemaal krijg je een beurt.

Woordenschat Spel

Wat ga je doen?: spel spelen

Hoe ga je dat doen? 

De spelleider pakt een strookje en leest de beschrijving voor.

Wie als eerste het juiste antwoord zegt, krijgt het strookje.

Als niemand het juiste antwoord weet, legt de spelleider het strookje apart en heeft niemand een punt.

Welke leerling uit het groepje heeft als eerste 5 woorden juist geraden?

Speel het spel nog een keer. Nu is iemand anders spelleider.

Welke informatie kan je gebruiken: eigen woordenlijst