What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Log in
Register
‹
Return to search
Vraagzinnen maken
Ga naar: lessonup.app
Code:
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Basisschool
Groep 6
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Ga naar: lessonup.app
Code:
Slide 1 - Slide
Weet je het nog?
Welke zijn vraagzinnen?
A
Ik ga naar school.
B
Drink jij water?
C
Ben je al thuis?
D
Dit is mijn fiets.
Slide 2 - Quiz
Maak van de vertelzin een vraagzin:
Yusuf hangt de lijst aan de muur.
Slide 3 - Open question
Maak van de zinsdelen een vraagzin.
deze les / we / wat / knutselen
Slide 4 - Open question
Hangt Yusuf de lijst aan de muur?
Wat voor soort woord is: Hangt ?
A
Lidwoord
B
Werkwoord
Slide 5 - Quiz
Wat knutselen we deze les?
Begint deze vraag ook met een werkwoord?
A
Ja
B
Nee
Slide 6 - Quiz
Een vraagzin begint met een werkwoord of een woord als:
wie
,
wat
,
waar
,
hoe
en
waarom
Dit noemen wij
vraagwoorden
Waar
ligt de olieverf?
Hoe
zet ik het kastje in elkaar?
Slide 7 - Slide
Mieke
lakt
de tafel
.
Lakt
Mieke
de tafel
?
Waarom
lakt
Mieke
de tafel
?
De volgorde in een zin veranderd als je een
vraagzin
maakt.
De
zins
de
len
blijven wel hetzelfde.
Slide 8 - Slide
Het
werkwoord
of het
vraagwoord
komt bij een
vraagzin
vooraan te staan.
Jorg
timmert
een vogelhuisje
.
Timmert
Jorg
een vogelhuisje
?
Hoe timmert
Jorg
een vogelhuisje
?
Slide 9 - Slide
Het stappenplan
1. Zet het werkwoord of het vraagwoord vooraan.
2. Zet de rest van de zin erachter.
3. Schrijf een vraagteken aan het eind van de zin.
Slide 10 - Slide
1. Zet het werkwoord of het vraagwoord vooraan.
2. Zet de rest van de zin erachter.
3. Schrijf een vraagteken aan het eind van de zin.
de emmer
is
van
kunststof.
Slide 11 - Drag question
1. Zet het werkwoord of het vraagwoord vooraan.
2. Zet de rest van de zin erachter.
3. Schrijf een vraagteken aan het eind van de zin.
is
de verbouwing
wanneer
klaar
Slide 12 - Drag question
Nu jullie
Timo schildert de muur.
Slide 13 - Open question
Nu jullie
Aan elkaar lijmt Noa de scherven.
Slide 14 - Open question
Nu jullie
Maak / je / hoe / die knoop.
Slide 15 - Open question
Nu jullie
Gelezen / de handleiding / wie / heeft.
Slide 16 - Open question
Het stappenplan
1. Zet het werkwoord of het vraagwoord vooraan.
2. Zet de rest van de zin erachter.
3. Schrijf een vraagteken aan het eind van de zin.
Slide 17 - Slide
Meester, ik snap het
Ja
Een beetje
Nee
Slide 18 - Poll
Ben je klaar? Ga dan verder met spelling
Wat hoor ik?
We zijn stil aan het werk,
groep 6 heeft geen last van ons.
Wat zie ik?
We werken zelfstandig
timer
20:00
Slide 19 - Slide
More lessons like this
Deviant Starttaal Vooraf Op weg naar 1F Thema 2 Hoofdstuk 4
September 2024
-
8 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
Zinsdelen en zinsopbouw
January 2022
-
25 slides
Taal
Basisschool
Groep 7,8
Kidsweek in de Klas
Talent 3.7 Grammatica Meewerkend voorwerp
November 2023
-
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2-4
1.7 Persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde en onderwerp
October 2025
-
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Spelling persoonsvorm in de tt
January 2024
-
36 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Culturele Ingrediënten
June 2022
-
9 slides
Culturele en kunstzinnige vorming
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
Dé Schoolreisgids
Maatschappelijke Ingrediënten
June 2022
-
9 slides
Culturele en kunstzinnige vorming
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
Dé Schoolreisgids
Natuurlijke Ingrediënten
June 2022
-
9 slides
Culturele en kunstzinnige vorming
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
Dé Schoolreisgids