Cursus 5 Grammatica Par 1 - Werkwoorden

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 1

Werkwoorden

Cursus 5 Paragraaf 1 

Werkwoorden

(boek blz. 198-199)

Leerdoel

- Je leert werkwoorden herkennen

- Je herhaalt van grammatica het zinsdeel 'de persoonsvorm'

Werkwoorden

De artiest krijgt een luid applaus. 

In deze zin staat 1 werkwoord. 

Dit werkwoord heet de persoonsvorm en staat naast het onderwerp. 

Werkwoorden

De artiest heeft een luid applaus gekregen. 

In deze zin staan 2 werkwoorden. 

De persoonsvorm is 'heeft' en gekregen noemen we een 'voltooid deelwoord'. 

het werkwoord

Het werkwoord is een woordsoort. 

In een zin staat altijd 1 werkwoord, maar soms lees je er meer. 

Wat is een werkwoord?

Een werkwoord zegt wat iets of iemand doet.

OF

Een werkwoord zegt wat iets of iemand overkomt.

Zo herken je een werkwoord

Werkwoorden kunnen van vorm veranderen. 

Bijvoorbeeld:

krijg - krijgt - krijgen - kreeg - kregen - gekregen

Wat is een werkwoord?

1. zinsdeel
2. woordsoort

Wat is een werkwoord precies?
Een werkwoord duidt aan:

1. mens, dier of ding
2. een zinsdeel
3. wanneer, hoe of waar iets gebeurt
4. dat iemand iets doet of iemand iets overkomt

Is 'boven' een werkwoord of geen werkwoord?

1. werkwoord
2. geen werkwoord

Is 'slapen' een werkwoord of geen werkwoord?

1. werkwoord
2. geen werkwoord

Is 'kochten' een werkwoord of geen werkwoord?

1. werkwoord
2. geen werkwoord

Is 'volgens' een werkwoord of geen werkwoord?

1. werkwoord
2. geen werkwoord

Maar wat is een werkwoord precies?

Een werkwoord is:

1. Een ander woord voor het onderwerp
2. Een doe-woord
3. Een woord dat aangeeft welk werk iemand doet
4. Een woord dat je weg kan laten uit een zin

Is 'verwijdert' een werkwoord of geen werkwoord?

1. werkwoord
2. geen werkwoord

Is 'drinken' een werkwoord of geen werkwoord?

1. werkwoord
2. geen werkwoord

Is 'jarig' een werkwoord of geen werkwoord?

1. werkwoord
2. geen werkwoord

Is 'zoenen' een werkwoord of geen werkwoord?

1. wel werkwoord
2. geen werkwoord

Is 'zijn' een werkwoord of geen werkwoord?

1. werkwoord
2. geen werkwoord

Is 'zijn' een werkwoord of geen werkwoord in deze zin?
"Dat is zijn sporttas."

1. werkwoord
2. geen werkwoord

Het werkwoord 'zingen' is een..... werkwoord

1. juist
2. onjuist

Het werkwoord 'vlieg' is een..... werkwoord

1. onjuist, het is een beestje
2. juist, het is een doe-woord

Maken

Digitaal lesboek

Opdracht 1-2-3-4-5-6-7-8

Snel klaar? Maak dan ook opdracht 9 

en extra opdrachten