Een meerstemmige compositietechniek waarin de stemmen onafhankelijk van elkaar zijn qua ritme; het ritme is ongelijk. Je hoort de woorden/het ritme door elkaar. (Letterlijk: ‘veel klanken’).
Homofonie
(Letterlijk: ‘gelijke klanken’). Een meerstemmige compositietechniek waarin alle stemmen hetzelfde ritme hebben. De stemmen zingen/spelen ieder hun eigen melodie maar je hoort de woorden/het ritme tegelijkertijd.
Slide 3 - Slide
Het koor
Een koor is een groep zangers die samen zingen. Je kunt ze in vier groepen verdelen:
- sopraan (hoge vrouwenstem)
- alt (lage vrouwenstem)
- tenor (hoge mannenstem)
- bas (lage mannenstem)
We kunnen zingen op woorden, maar we kunnen ook zingen op klank.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
Motief en variatie
We hebben deze periode ons eigen motief geschreven. Op een motief kun je een variatie maken.
Een variatie is in het algemeen het een- of meerdere keren herhalen van een muzikaal idee in iets andere vorm dan het origineel.
Slide 6 - Slide
Componeren
Het schrijven van muziek. De componist is de persoon die de muziek voor het orkest heeft geschreven.
Slide 7 - Slide
Voor en nazin
In muziek bestaat een thema vaak uit twee muzikale zinnen van ongeveer gelijke lengte. Het eerste deel noemen we de voorzin: de introductie. Daarna komt de nazin: als conclusie van de melodie.
Slide 8 - Slide
Marimba
Percussie of slagwerk zijn tot nu toe instrumenten geweest waar we ritmes op spelen. In een orkest komt ook melodisch slagwerk voor: slagwerk instrumenten waar je ook melodieen op kunt spelen. De Marimba is hier een goed voorbeeld van