701

Op
tafel:

Deze les:

Planning

start H7

- Wat is snelheid?

- Hoe bepaal je snelheid?

Werken aan de
opdrachten

> Nakijken

Werken aan de opdracht

5 min

10 min

BORD

1 / 31

Slide 1: Slide

NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Op
tafel:

Deze les:

Planning

start H7

- Wat is snelheid?

- Hoe bepaal je snelheid?

Werken aan de
opdrachten

> Nakijken

Werken aan de opdracht

5 min

10 min

BORD

Slide 1 - Slide

Planning

week 2

6.1/6.2

week 3

6.2/6.3

week 4

6.4

week 5

6.5

week 6

7.1

week 7

7.2 / 7.3

week 8

vakantie

week 9

7.3/7.4

week 10

Oefenen/

Tentamen

H6 en H7

Je werkt uit

leerwerkboek B

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Wat bedoelt de taxichauffeur met die getallen?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Snelheid

v = \frac{​ s ​ ​}{​ t ​}

snelheid

in m/s

afstand

in meter

tijd

in seconde

Slide 6 - Slide

Snelheid

v = \frac{​ s ​ ​}{​ t ​}

snelheid

in km/h

afstand

in kilometer

tijd

in uur

Slide 7 - Slide

Voorbeeld

Usain Bolt legt de 100 meter af

in 9,64 seconde.

a) Bereken zijn gemiddelde

snelheid in m/s.

b) Bereken zijn gemiddelde

snelheid in km/h.

Slide 8 - Slide

Voorbeeld

Een fietser legt een tocht van 16 kilometer af in 45 minuten.

a) Bereken de gemiddelde snelheid van de fietser in km/h.

b) Bereken de gemiddelde snelheid van de fietser in m/s.

Slide 9 - Slide

Voorbeeld

Een fietser legt een tocht van 16 kilometer af in 45 minuten.

a) Bereken de gemiddelde snelheid van de fietser in km/h.

b) Bereken de gemiddelde snelheid van de fietser in m/s.

a) v = s / t

v = 16 km / 0,75 h

v = 21,33 km/h

Slide 10 - Slide

Voorbeeld

Een fietser legt een tocht van 16 kilometer af in 45 minuten.

a) Bereken de gemiddelde snelheid van de fietser in km/h.

b) Bereken de gemiddelde snelheid van de fietsen in m/s op twee manieren.

a) v = s / t

v = 16 km / 0,75 h

v = 21,33 km/h

b) v = s / t

v = 16000m / (45 x 60)s

v = 5,93 m/s

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Voorbeeld

Een fietser legt een tocht van 16 kilometer af in 45 minuten.

a) Bereken de gemiddelde snelheid van de fietser in km/h.

b) Bereken de gemiddelde snelheid van de fietsen in m/s op twee manieren.

a) v = s / t

v = 16 km / 0,75 h

v = 21,33 km/h

b) v = s / t

v = 16000m / (45 x 60)

v = 5,93 m/s

21,33 / 3,6 = 5,93 m/s

Slide 13 - Slide

Eenparige beweging

Een ander woord voor een beweging met constante snelheid is

eenparige beweging

Slide 14 - Slide

Maak opdrachten 7.1

vanaf blz 155

Behalve 12 en de ★ opdrachten

We kijken de eerste set opdrachten na over:

timer

1:00

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Maak opdrachten 7.1

vanaf blz 155

timer

10:00

Behalve 12 en de ★ opdrachten

Slide 31 - Slide

701

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

More lessons like this

CSE VMBO GTL 2015 1e tijdvak

Eenheden van tijd en snelheid en verhoudingen

Kitesurfen op rekenkracht: win jij de wedstrijd?

les 3

Examentraining KB

Meten

Werkvormen: Taartpunten-puzzel

Geschiedenis: Taartpunten-puzzel