Werkwoordspelling voorkennis ophalen

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1-3

Werkwoordspelling

In deze les staan verschillende zinnen waarin je de juiste vorm van een werkwoord kiest. 

Het doel van de les is het ophalen van de voorkennis.

....................jij spelling moeilijk of lastig?

1. Vind
2. Vindt

Ik ........................... hier veel aandacht aan.

1. besteed
2. besteedt

Weet iemand hoe de volgende zin ...........?

1. luid
2. luidt

Gisteren .............(melden) ik mij aan voor het rijexamen.

1. melde
2. meldde
3. melden
4. meldden

Na de vakantie ...................... wij elkaar wekelijks te appen.

1. beloofte
2. beloofde
3. belooften
4. beloofden

De supporters ........................toen hun club de wedstrijd won.

1. juichte
2. juichde
3. juichten
4. juichden

Wie heeft de rekening........?

1. betaalt
2. betaald

Hij heeft twee vragen van de vijf niet .......................

1. beantwoort
2. beantwoord
3. beantwoordt

Hij heeft het .......................

1. aangedurft
2. aangedurfd

Dat heb ik altijd al ..................(kunnen)

De ovenschotel is verbrand.
De ........................... ovenschotel.

De autowrakken zijn geplet.
De ........................... autowrakken

Zij hebben de kamer vergroot.
De ............. kamer

Engelse werkwoorden
Hoe schrijf je het volgende werkwoord in de hij-vorm, vt: timen

1. timde
2. timdde
3. timete
4. timede

Engelse werkwoorden
Hoe schrijf je het volgende werkwoord in de hij-vorm, vt: barbecueën

1. barbecuedde
2. barbecuede
3. barbecuete
4. barbecuette

Engelse werkwoorden
Hoe schrijf je het volgende werkwoord in de hij-vorm, vt: lunchen

1. lunchte
2. lunchde
3. lunchete
4. lunchede

Engelse werkwoorden
hoe schrijf je het volgende werkwoord in de hij-vorm, tt: deleten

1. delete
2. deleet
3. deletet

Max heeft dit weekend ...............(race)

Sterke werkwoorden

• Schrijf deze zo eenvoudig mogelijk!
  
  
• zwemmen, zwom, gezwommen,
• bekijken, bekeek, bekeken
• varen, voer, gevaren
• verdringen, verdrong, verdrongen

Aan de slag

Taalblokken

Spelling

Werkwoordspelling gemengde oefening 1 en 2