Domein D deel 2 (markt en overheid)

Domein D 
deel 2 (markt en overheid)
1 / 19
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 19 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Domein D 
deel 2 (markt en overheid)

Slide 1 - Slide

Marktvormen
Monopolie --> 1 aanbieder
oligopolie --> enkele aanbieders, marktleider, heterogeen en homogeen
monopolistische concurrentie --> veel aanbieders, heterogeen product
volkomen concurrentie --> veel aanbieders homogeen product

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

homogeen / heterogeen
Homogeen product: Je ziet als klant geen enkel verschil tussen het product van producent A en van producent B. 
Heterogeen product: De consument ziet wel verschil en krijgt daardoor dus een voorkeur. Merk, kwaliteit en service spelen hierbij een rol

Slide 4 - Slide

Volkomen concurrentie
Veel vragers
Veel aanbieders
homogeen product
individuele aanbieder geen invloed op verkoopprijs --> de evenwichtsprijs ontstaat (qv=qa)
hoeveelheidsaanpasser
p=mo=go
Op de lange termijn maakt de individuele aanbieder geen winst (mk = gtk)

Slide 5 - Slide

Maximale winst
1) Bepaal de (evenwichtsprijs) --> €10,-
2) bepaal met behulp van mo=mk de hoeveelheid waarbij een individuele aanbieder maximale winst heeft.  --> 100 producten
3) bepaal de kosten per product bij die hoeveelheid --> €6,-
4) bepaal de winst per product (prijs - GTK)
                   --> 10 - 6 = €4,-
5) bepaal de totale maximale winst
                    --> €4 x 100 = €400
Er wordt dus winst gemaakt, wat is het gevolg?

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Lange termijn
omdat de toetredingsdrempel laag is zullen nieuwe bedrijven toetreden zolang er winst wordt gemaakt.
Winst maken wordt onmogelijk wanneer de prijs dezelfde hoogte heeft bereikt als het laagste punt van de GTK
MK = GTK

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Maximale winst monopolist
Wat valt je op? Welke lijn verloopt anders dan bij volkomen concurrentie?

Slide 10 - Slide

Maximale winst monopolist
Bij volkomen concurrentie aanbieder geen invloed op de verkoopprijs, dus geldt de opmerking p = mo = go
Aan de dalende MO lijn is dus te zien dat deze grafiek niet past bij volkomen concurrentie

Slide 11 - Slide

Maximale winst monopolist
1) Bepaal met behulp van MO = MK de hoeveelheid waarbij de winst maximaal is
2) Bepaal de verkoopprijs waarbij de winst maximaal is
3) bepaal de kosten per product bij die hoeveelheid
4) Bepaal de winst per product (prijs - GTK)
5) Bepaal de totale maximale winst 
             (winst per product x q)

Slide 12 - Slide

Maximale winst monopolist
1) Bepaal met behulp van MO = MK de hoeveelheid waarbij de winst maximaal is
    --> q = 1500
2) Bepaal de verkoopprijs waarbij de winst maximaal is  --> ga bij 1500 producten omhoog net zolang tot je de GO/Qv functie tegen komt  p = (ongeveer) €137,50
3) bepaal de kosten per product bij die hoeveelheid --> GTK = (ongeveer) €70
4) Bepaal de winst per product (prijs - GTK)
            --> 137,50 - 70 = €67,50
5) Bepaal de totale maximale winst 
             (winst per product x q)
       --> €67,50 x 1500 = €101.250,-

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Andere doelstellingen
Onderneming kan ook als doelstelling hebben maximale omzet te bereiken (bijv om naamsbekendheid te krijgen).
Wanneer bereikt aanbieder maximale omzet?

Slide 15 - Slide

Andere doelstellingen
Onderneming kan ook als doelstelling hebben maximale omzet te bereiken (bijv om naamsbekendheid te krijgen).
Wanneer bereikt aanbieder maximale omzet?

MO = de verandering van de omzet, zolang de MO positief is zal de omzet dus stijgen.
De hoeveelheid waarbij de omzet maximaal is vind je bij MO = 0  --> q is 2500
De bijbehorende verkoopprijs vind je weer door te kijken naar QV --> p = €100,-

Slide 16 - Slide

Andere doelstellingen
Een niet commercieel bedrijf zal streven naar het bereiken van Break-even. Meestal zullen ze daarbij zoveel mogelijk klanten willen bedienen.

Waar in de grafiek zie je break-evenpunten?

Slide 17 - Slide

Andere doelstellingen
Een niet commercieel bedrijf zal streven naar het bereiken van Break-even. Meestal zullen ze daarbij zoveel mogelijk klanten willen bedienen.

Waar in de grafiek zie je break-evenpunten?
Bij GO = GTK
Ongeveer bij q = 500 en bij q = 2750

Slide 18 - Slide

Prijsdiscriminatie
Verschillende prijzen vragen voor exact hetzelfde product voor verschillende groepen mensen.
- duidelijk te onderscheiden groepen
- er moet geen doorverkoop van het product kunnen plaatsvinden.

Slide 19 - Slide