Les 1 spelling H12 meervouden

Welkom bij Nederlands :)
Binnen = beginnen!
  • Tas op de grond
  • Les- en leesboek, schrift en pen op tafel


1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 55 min

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands :)
Binnen = beginnen!
  • Tas op de grond
  • Les- en leesboek, schrift en pen op tafel


Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Lezen
  • Planning periode 1
  • Uitleg - H12 taalverzorging: meervouden
  • Aan de slag!

Aan het einde van deze les...
... kan ik meervouden goed spellen. 

Slide 2 - Slide

Stil lezen / woord van de dag
Kies tijdens het lezen één moeilijk of onbekend woord uit je boek. Noteer dit in je schrift. 

Na het lezen kiezen we er twee uit en die bespreken we: context, betekenis, voorbeeldzin, synoniem.
Welke associaties (beelden) heb je bij deze zin?
timer
10:00

Slide 3 - Slide

Woord van de dag




....................

woordsoort:

context: lees de zinnen eromheen. 

betekenis: 

associaties:

Slide 4 - Slide

Planning P1

 ◦ spelling incl. ww-spelling (weging 1): 11 lessen
 ◦ poëzie-bundel (weging 1): 5 lessen 
 ◦ LV methodetoets of zelf een toets maken (weging 1): 10 lessen

Spelling 7 lessen: 1, 3 en 6 okt

Werkwoordspelling 3 lessen: v
Spelling 4 lessen

Leesvaardigheidheid 10 lessen: 2G wo 12 nov - 2E, F, K 14 vr nov
3 hoofdstukken herhaling in les 1
6 nieuwe lessen
3 lessen dia

Poezie 5 lessen: 2G wo 19 nov - 2E, F, K vr 21 nov
Uitleg PO & Haiku 1 les: v
Verschillende gedichten 3 lessen: 1v
Beeldspraak & stijlfiguren 1 les

Slide 5 - Slide

Noteer zoveel mogelijk
zelfstandige naamwoorden + het meervoud ervan!

Slide 6 - Mind map

Enkelvoud en meervoud
Zelfstandige naamwoorden kunnen in
het enkelvoud en meervoud staan. 

  • Enkelvoud = één stoel en één bank
  • Meervoud = twee stoelen en twee banken

Slide 7 - Slide

Meervouden op -en + 'en
Meervoud op -en
  • Meeste woorden: +en
      Hond > honden, stoel > stoelen, lamp > lampen

  • Lange klinker? Klinker weglaten
      Boot > boten, been > benen, sloot > sloten

  • Korte klinker? Medeklinker verdubbelt
      Bot > botten, klas > klassen, bed > bedden

  • Woord dat eindigt op -s of -f? -s wordt -z, -f wordt -v
      Laars > laarzen, brief > brieven

  • Woord met klemtoon op -ik? Medeklinker verdubbelt
      Monnik > monniken, tik > tikken

Moooo-nnik!
Tiiiik!
Meervoud op -'en
  • Afkortingen op -s of -x > +'en
      gps > gps'en, box> box'en

Slide 8 - Slide

Meervouden op -s + -'s
Meervoud op -s
  • Sommige woorden: +s
    Egel > egels

  • Engelse en Franse leenwoorden
    Bureau > bureaus, display > displays



  • Uitspraakprobleem! (a, i, o, u, y) 
    Taxi > taxi's, baby > baby's

  • Afkortingen die niet op -s of -x eindigen
    dvd > dvd's, cd > cd's


Meervoud op -'s

Slide 9 - Slide

Uitzondering!
  • Sommige woorden hebben een meervoud op 
    -en én -s.
  • Beide vormen zijn goed. 

  • Appel > appels, appelen
  • Groente > groentes, groenten

Slide 10 - Slide

Bijzondere meervouden
Meervoud op -ie of -ee
  • Woord + s
    Kanarie > kanaries, confrontatie > confrontaties

  • Klemtoon wel aan het einde van het woord? + ën
    Industrie > industrieën, trofee > trofeeën

  • Klemtoon niet aan het einde van het woord? Trema op de laatste e + n 
    Bacterie > bacteriën


Slide 11 - Slide

Bijzondere meervouden
  • Klinkerverandering
    Gelegenheid > gelegenheden, gezinslid > gezinsleden

  • Leenwoorden uit het Latijn of Italiaans (2 meervouden)
    Centrum > centra/centrums, cello > celli/cello's

  • Onregelmatige meervoudsvormen
    Koe > koeien


Slide 12 - Slide

Wat is het meervoud van...

olifant
A
olifantjes
B
olifantje
C
olifanten
D
olifantten

Slide 13 - Quiz

Wat is het meervoud van...

kaas
A
kaazen
B
kazen
C
kaasen
D
kasen

Slide 14 - Quiz

Wat is het meervoud van

koekenpan
A
pannenkoek
B
pannenkoeken
C
koekenpannen
D
koekenpanen

Slide 15 - Quiz

Wat is het meervoud van

kip
A
kippen
B
kipen
C
kipjes
D
kippetjes

Slide 16 - Quiz

Wat is het meervoud van

perzik
A
perzikken
B
perziken
C
perzikje
D
perzikjes

Slide 17 - Quiz

Aan de slag!
Maak een keuze:
Ik vind dit nog lastig: je maakt H12 opdr. 1 t/m 6 blz. 50

Ik begrijp dit al goed: je maakt H12 opdr. 6 en de verdiepende opdracht op de volgende dia. 

Ben je klaar? 
Lezen of met poeziëbundel aan de slag

Slide 18 - Slide

Verdiepende opdracht
Je hebt een feestje georganiseerd. Er kwamen veel mensen en er gebeurde van alles.

Opdracht:
Schrijf een kort verslag van 6–8 zinnen waarin je minimaal 8 verschillende meervoudsvormen gebruikt.
Zorg dat de meervouden duidelijk te herkennen zijn (onderstreep ze ).
Gebruik minstens 2 lastige meervouden (zoals: taxi, hobby, industrie, café, baby, piano, energie).
Laat zien dat je de juiste spellingregels toepast.

Tip: Begin bijvoorbeeld met:
"Op het feest stonden drie ______, er waren veel lekkere ______ en de ______ kwamen met twee ______ aan."

Na afloop of tijdens de volgende les wanneer we gaan nakijken:
In tweetallen elkaars tekst lezen en de meervouden controleren.

Slide 19 - Slide

Afsluiting
Aan het einde van deze les...
... kan ik meervouden goed spellen. 

Volgende les
  • Bijvoeglijk naamwoord


    Slide 20 - Slide