H5.5A

Welkom!

Log in op lessonUp

1 / 24

Slide 1: Slide

WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Lesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!

Log in op lessonUp

Slide 1 - Slide

Leerdoelen voor deze les:

Een vergelijking met 2 variabele schrijven als y = ax + b
(y vrij maken)

Slide 2 - Slide

Vergelijking omschrijven

In de vergelijking 2x + y =7 kan je de y vrijmaken,

dan krijg je de standaard vorm : y = ax + b

2 x + y = 7

y = 7 - 2 x

y = - 2 x + 7

2x naar rechterkant

in goede volgorde zetten

Slide 3 - Slide

Vergelijking omschrijven

In de vergelijking 2x + y =7 kan je de y vrijmaken,

dan krijg je de standaard vorm : y = ax + b

2 x + y = 7

y = 7 - 2 x

y = - 2 x + 7

2x naar rechterkant

in goede volgorde zetten

Slide 4 - Slide

Vergelijking omschrijven

In de vergelijking 2x + y =7 kan je de y vrijmaken,

dan krijg je de standaard vorm : y = ax + b

2 x + y = 7

y = 7 - 2 x

y = - 2 x + 7

2x naar rechterkant

in goede volgorde zetten

Slide 5 - Slide

Vergelijking omschrijven

In de vergelijking 2x + y =7 kan je de y vrijmaken,

dan krijg je de standaard vorm : y = ax + b

2 x + y = 7

y = 7 - 2 x

y = - 2 x + 7

2x naar rechterkant

in goede volgorde zetten

Slide 6 - Slide

Vergelijking omschrijven

5 x + 2 y = 12

2 y = - 5 x + 12

y = - 2, 5 x + 6

5x naar rechterkant

volgorde is al goed

alle termen delen door 2

Slide 7 - Slide

Vergelijking omschrijven

5 x + 2 y = 12

2 y = - 5 x + 12

y = - 2, 5 x + 6

5x naar rechterkant

volgorde is al goed

alle termen delen door 2

Slide 8 - Slide

Vergelijking omschrijven

5 x + 2 y = 12

2 y = - 5 x + 12

y = - 2, 5 x + 6

5x naar rechterkant

volgorde is al goed

alle termen delen door 2

Slide 9 - Slide

Vergelijking omschrijven

5 x + 2 y = 12

2 y = - 5 x + 12

y = - 2, 5 x + 6

5x naar rechterkant

volgorde is al goed

alle termen delen door 2

Slide 10 - Slide

Vergelijking omschrijven

5 x + 2 y = 12

2 y = - 5 x + 12

y = - 2, 5 x + 6

5x naar rechterkant

volgorde is al goed

alle termen delen door 2

Slide 11 - Slide

Herleid tot de vorm y = ax + b

5 x - y = 10

x = y + 2

y = - 5 x + 10

y = 5 x + 10

y = 5 x - 10

Slide 12 - Quiz

5 x - y = 10

- y = 10 - 5 x

- y = - 5 x + 10

y = 5 x - 10

5x naar rechterkant

zet in goede volgorde

Alle termen delen door -1

Slide 13 - Slide

Maak y vrij

x + 2 y = 13

y = - \frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 ​} x + 6 \frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 ​}

x = - 2 y + 13

y = - \frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 ​} x + 13

y = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 ​} x + 6 \frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 ​}

Slide 14 - Quiz

x + 2 y = 13

2 y = 13 - x

2 y = - x + 13

y = - \frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 ​} x + 6 \frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 ​}

x naar rechterkant

zet in goede volgorde

alle termen delen door 2

Slide 15 - Slide

Vergelijking oplossen

x bakjes aardbeien €2,50

y bakjes frambozen €2

totaal €125

Er worden 18 bakjes aardbeien verkocht, hoeveel bakjes frambozen?

Slide 16 - Slide

Vergelijking oplossen

2 y = - 2, 50 x + 125

x bakjes aardbeien €2,50

y bakjes frambozen €2

totaal €125

Er worden 18 bakjes aardbeien verkocht, hoeveel bakjes frambozen?

2, 50 x + 2 y = 125

y = - 1, 25 x + 62, 5

- 1, 25 \cdot 18 + 62, 5 = 40

Dus 40 bakjes frambozen

Slide 17 - Slide

Vergelijking oplossen

2 y = - 2, 50 x + 125

x bakjes aardbeien €2,50

y bakjes frambozen €2

totaal €125

Er worden 18 bakjes aardbeien verkocht, hoeveel bakjes frambozen?

2, 50 x + 2 y = 125

y = - 1, 25 x + 62, 5

- 1, 25 \cdot 18 + 62, 5 = 40

Dus 40 bakjes frambozen

Slide 18 - Slide

Vergelijking oplossen

2 y = - 2, 50 x + 125

x bakjes aardbeien €2,50

y bakjes frambozen €2

totaal €125

Er worden 18 bakjes aardbeien verkocht, hoeveel bakjes frambozen?

2, 50 x + 2 y = 125

y = - 1, 25 x + 62, 5

- 1, 25 \cdot 18 + 62, 5 = 40

Dus 40 bakjes frambozen

Slide 19 - Slide

Vergelijking oplossen

2 y = - 2, 50 x + 125

x bakjes aardbeien €2,50

y bakjes frambozen €2

totaal €125

Er worden 18 bakjes aardbeien verkocht, hoeveel bakjes frambozen?

2, 50 x + 2 y = 125

y = - 1, 25 x + 62, 5

- 1, 25 \cdot 18 + 62, 5 = 40

Dus 40 bakjes frambozen

Slide 20 - Slide

Vergelijking oplossen

2 y = - 2, 50 x + 125

x bakjes aardbeien €2,50

y bakjes frambozen €2

totaal €125

Er worden 18 bakjes aardbeien verkocht, hoeveel bakjes frambozen?

2, 50 x + 2 y = 125

y = - 1, 25 x + 62, 5

- 1, 25 \cdot 18 + 62, 5 = 40

Dus 40 bakjes frambozen

Slide 21 - Slide

Vergelijking oplossen

2 y = - 2, 50 x + 125

x bakjes aardbeien €2,50

y bakjes frambozen €2

totaal €125

Er worden 18 bakjes aardbeien verkocht, hoeveel bakjes frambozen?

2, 50 x + 2 y = 125

y = - 1, 25 x + 62, 5

- 1, 25 \cdot 18 + 62, 5 = 40

Dus 40 bakjes frambozen

Slide 22 - Slide

Stel een vergelijking op met de variabele x en y

12 x \cdot 15 y = 5580

12 x + 15 y = 5580

12 y + 15 x = 5580

12 y \cdot 15 x = 5580

Slide 23 - Quiz

Stel een vergelijking op met de variabele x en y

0, 75 x \cdot 2, 5 y = 18

2, 5 x \cdot 0, 75 y = 18

0, 75 y + 2, 5 x = 18

0, 75 x + 2, 5 y = 18

Slide 24 - Quiz

H5.5A

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Quiz

More lessons like this

vergelijkingen met twee variabelen

Herhaling hoofdstuk 5

Lineaire verbanden

Grafieken en vergelijkingen

Tweedegraads vergelijkingen

vergelijking oplossen met de balansmethode

V3 H1.5 Getallenparen

WI-3 Herhaling van de hele stof