P3 Hoofdstuk 2 handgereedschap deel 1

• Techniek
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Hoofstuk 2 handgereedschap 

Onze vaste regels in de klas

Behandel elkaar en de materialen met respect.

We verlaten de klas pas als deze weer helemaal is opgeruimd.

Hand opsteken als je iets wil zeggen/vragen.

Wees op tijd!

Neem boeken en andere materialen mee naar de les.

Eten in de les is niet toegestaan, alleen 10 minuten voordat de pauze begint.

We gaan alleen met de leswisseling naar de WC.

verwachtingen

In de klas..
..zijn we respectvol naar elkaar toe
..luisteren we naar elkaar.
..reageren we pas als we er over na hebben gedacht.
..steken we de hand op als we iets willen zeggen.

Doelstellingen

Aan het eind van deze les kun je: 

• verschillende soorten gereedschap benoemen.
• aangeven waarvoor deze gereedschappen gebruikt worden.
• kun je bij een taak het juiste gereedschap kiezen.
• de gereedschappen gebruiken bij jouw werkstuk.

Wat gaan we doen vandaag?

• herhaling vorige les
• meten en aftekenen
• werkstuk vastzetten
• praktijkopdracht

Herhaling vorige les. Waarom is veiligheid belangrijk in het lokaal?

Herhaling vorige les. Waarom gebruiken wij pictogrammen/iconen in het lokaal?

Herhaling vorige les. Waarom moet je lang haar in een staart doen in het lokaal?

Herhaling vorige les. Wat betekent dit bord?

Herhaling vorige les. Wat betekent dit bord?

Meten en aftekenen

Aftekenen: Het overbrengen van een tekening op de materialen van een werkstuk.

Je begint met een tekening. Deze maten ga je aftekenen op de materialen.

Meten en aftekenen

Meetgereedschap

Meten en aftekenen

Meten en aftekenen

Tekengereedschap

Wanneer gebruik ik welk gereedschap?

Potlood: hout

Kraspen: metaal en bepaalde soorten kunststof

Stift: kunststof

Meten en aftekenen

Meten en aftekenen

Werkstuk vastzetten

Wanneer je een bepaalde handeling gaat uitvoeren is het belangrijk dat het werkstuk goed vast zit. Hiervoor wordt vaak gewerkt met een bankschroef.

Let op! Draai de bankschroef goed aan, maar niet te hard dan beschadig je het werkstuk misschien.

Spanplaten kunnen deze beschadigen voorkomen.

Werkstuk vastzetten

Bij het boren maak je gebruik van een machineklem.

Deze zet je vast aan de machine of op te tafel.

Een lijmklem wordt tegenwoordig voor meer

dingen gebruikt dan alleen voor het aan elkaar

lijmen van delen.

knippen

zagen

montagegereedschap

Hiermee kun je losse delen van je werkstuk aan elkaar maken en dus in elkaar zetten.

Dit noem je ook wel monteren.

Demonteren is het uit elkaar halen van losse delen. Dit doe je bijvoorbeeld voordat je een product gaat repareren.

montagegereedschap

montagegereedschap

schroeven:

montagegereedschap

Wil je metaal met schroeven vastzetten, boor dan altijd eerst een gat. Bij metaal kun je kiezen uit 1 van de volgende verbindingen:

• schroefjes/boutjes en moeren
• zelftappers of parkers
• schroefjes/boutjes in tapgaten

montagegereedschap

Er is een overzicht waarin je de juiste boorgaten kunt opzoeken.

De term spoed wordt gebruikt.

spoed is: hoever de schroef verplaatst in het materiaal na 1 ronddraai

montagegereedschap

montagegereedschap

montagegereedschap

montagegereedschap

Met welke 2 materialen wordt deze fiets vastgezet?

Buigen van materialen

Sommige materialen zijn niet buigbaar;

Sommige zijn alleen na verwarmen te buigen;

Sommige materialen zijn buigbaar maar blijven niet in die stand;

Sommige materialen zijn buigbaar en blijven wel in de nieuwe stand staan.

Metalen: dit doe je door gebruik te maken van een zetbank.

Stalen: dit doe je door gebruik te maken van een stripbuigmachine.

Ronde vormen: gebruik maken van wals. 

Buigen van materialen

Gereedschap om het werkstuk af te werken

• Voor mooie afwerking
  
• Voor veiligheid
  
• Onderdelen passend maken
  
• Op maat maken

Hout werk je af met schuurpapier of rasp.

Metaal werk je af met schuurpapier of zoete vijl (fijne tanden) of basterdvijl (grove tanden).

Aan de slag

Lees theorie van hoofdstuk 2: blz 145-159

Maak de opdrachten 2.03 2.04 2.05 2.06 en 2.07

Evaluatie

Welke 5 dingen heb je deze les geleerd?

Wat vond je goed gaan?