2425 4.2 Brandstoffen en milieu

Huiswerk
wordt gecheckt voor een sticker
  • Maak de vragen 29,30 en 37,41
  • en natuurlijk nakijken!

1 / 29
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Huiswerk
wordt gecheckt voor een sticker
  • Maak de vragen 29,30 en 37,41
  • en natuurlijk nakijken!

Slide 1 - Slide

Hoofdstuk 4: Brandstoffen
§4.1 Verbrandingsproducten
§4.2 - Brandstoffen en milieu
§4.3 - Explosies en energie
§4.4 - Blussen

Slide 2 - Slide


Check: Welke twee stoffen ontstaan bij de volledige verbranding van koolwaterstoffen?

Slide 3 - Open question


Geef de reactievergelijking van de volledige verbranding van butaan (C4H10).

Slide 4 - Open question


Op de camping koken Gerry en Henk op een butaangasbrander. Ze verbruiken 4,4 g butaan, C4H10(g).
De totale massa van de reactieproducten is 30,4 g.
Bereken hoeveel gram zuurstof ze verbruikt hebben. 


Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Custardpoeder
Kopersulfaat
Kalkwater
Joodoplossing
Zetmeel
Water
Koolstofdioxide
Helder oplossing kleurt troebel wit

Slide 7 - Drag question

Leerdoelen §4.2
L4-8 Ik kan uitleggen wat fossiele brandstoffen zijn en hoe zij zijn ontstaan.
L4-9 Ik kan het verschil tekenen en uitleggen tussen de snelle en trage koolstofkringloop.
L4-10 Ik kan uitleggen welke biobrandstoffen er zijn en waarom ze CO2-neutraal zijn.
L4-11 Ik kan uitleggen hoe waterstof als brandstof kan dienen en wordt opgewekt.
L4-12 Ik kan beschrijven wat het (versterkt) broeikaseffect is en uitleggen hoe het werkt.
L4-13 Ik kan uitleggen wat de milieugevolgen zijn van fossiele brandstoffen.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Er bestaan twee soorten koolstofkringlopen. Welke?
A
Natuurlijke en onnatuurlijke koolstofkringloop
B
Trage en snelle koolstofkringloop
C
Menselijke en dierlijke koolstofkringloop
D
Homogene en heterogene koolstofkringloop

Slide 13 - Quiz

Fotosynthese
Glucose
Koolstofdioxide
Zuurstof
Water
Zonlicht

Slide 14 - Drag question

koolstofdioxide
fotosynthese
verbranding
mineralen en fossiele brandstoffen
zuurstof
afvaleters

Slide 15 - Drag question

Welke stof is het meest aanwezig in de lucht?
A
N2
B
O2
C
edelgassen, zoals Ar en He
D
CO2

Slide 16 - Quiz

CO2         

                H2O              SO2

                                NOx

Bij de verbranding van fossiele brandstoffen ontstaan de volgende oxiden:

Slide 17 - Slide

zwavelzuur
salpeterzuur

ZURE REGEN

lees blz. 92 uit boek

Slide 18 - Slide

Verzuring
  • Verbranding fossiele brandstoffen zorgen voor ontstaan gassen die milieu kunnen verzuren.
  • Planten worden ziek en verliezen hun bladeren.

Slide 19 - Slide

Door minder hard te rijden, komt er ook minder NOx in de lucht. Daarom mag je rondom grote steden maar 80 of 100 km/h op de snelweg.

Slide 20 - Slide

Wat is GEEN gevolg van zure regen?
A
afbrokkelen van gebouwen
B
klimaatverandering
C
vissterfte in oppervlaktewater
D
bomen gaan dood

Slide 21 - Quiz

Leg uit hoe zure regen ontstaat.

Slide 22 - Open question



SMOG
= rook en mist
door NOx(g) + CxHy(g)+fijnstof


ROETDEELTJES
vooral van DIESELS
Roetfilter
In steeds meer grote steden mogen vrachtwagens en oude dieselauto's daarom de binnenstad  niet meer in
Andere milieu effecten

Slide 23 - Slide

Welk milieuprobleem ontstaat door de uitstoot van CO2 bij verbranding van aardolieproducten?
A
gat in de ozonlaag
B
versterkt broeikaseffect
C
broeikaseffect
D
zure regen

Slide 24 - Quiz

Oplossingen?

Slide 25 - Slide

Waterstof als brandstof

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Huiswerk
wordt gecheckt voor een sticker
  • Maak de vragen 17, 21 en 22
  • en natuurlijk nakijken!

Slide 28 - Slide


Plaats hier een foto van je gemaakte en nagekeken werk.

Slide 29 - Open question