4.2 Brandstoffen en milieu

Hoofdstuk 4: Brandstoffen
§4.1 - Verbrandingsproducten
§4.2 - Brandstoffen en milieu
§4.3 - Explosies en energie
§4.4 - Blussen
§4.5 - Toepassen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 4: Brandstoffen
§4.1 - Verbrandingsproducten
§4.2 - Brandstoffen en milieu
§4.3 - Explosies en energie
§4.4 - Blussen
§4.5 - Toepassen

Slide 1 - Slide

Check: Welke twee stoffen ontstaan bij de volledige verbranding van koolwaterstoffen?

Slide 2 - Open question

Geef de reactievergelijking van de volledige verbranding van methaan.

Slide 3 - Open question

Custardpoeder
Kopersulfaat
Kalkwater
Joodoplossing
Zetmeel
Water
Zwaveldioxide
Koolstofdioxide
Helder oplossing kleurt troebel wit

Slide 4 - Drag question

Leerdoelen
Na deze les ....
  1. kun je het verschil tussen het natuurlijke en versterkte broeikaseffect uitleggen.
  2. kun je het verschil tussen fossiele en biobrandstoffen uitleggen.
  3. kun je 4 broeikasgassen en 3 fossiele brandstoffen noemen.

Slide 5 - Slide

Wat weet je al over het broeikaseffect?

Slide 6 - Mind map

Slide 7 - Video

Er bestaan twee soorten koolstofkringlopen. Welke?
A
Natuurlijke en onnatuurlijke koolstofkringloop
B
Trage en snelle koolstofkringloop
C
Menselijke en dierlijke koolstofkringloop
D
Homogene en heterogene koolstofkringloop

Slide 8 - Quiz

Welke kringloop draagt bij aan het versterkte broeikaseffect?
A
CO2 uitstoot uit de korte koolstofkringloop
B
CO2 uitstoot uit de lange koolstofkringloop

Slide 9 - Quiz

koolstofdioxide
fotosynthese
verbranding
mineralen en fossiele brandstoffen
zuurstof
afvaleters

Slide 10 - Drag question

Welke stof is het meest aanwezig in de lucht?
A
N2
B
O2
C
edelgassen, zoals Ar en He
D
CO2

Slide 11 - Quiz

CO2         

                H2O              SO2

                                NOx

Bij de verbranding van fossiele brandstoffen ontstaan de volgende oxiden:

Slide 12 - Slide

zwavelzuur
salpeterzuur

ZURE REGEN

lees blz. 92 uit boek

Slide 13 - Slide

Verzuring
  • Verbranding fossiele brandstoffen zorgen voor ontstaan gassen die milieu kunnen verzuren.
  • Planten worden ziek en verliezen hun bladeren.

Slide 14 - Slide

Door minder hard te rijden, komt er ook minder NOx in de lucht. Daarom mag je rondom grote steden maar 80 of 100 km/h op de snelweg.

Slide 15 - Slide

Wat is GEEN gevolg van zure regen?
A
afbrokkelen van gebouwen
B
klimaatverandering
C
vissterfte in oppervlaktewater
D
bomen gaan dood

Slide 16 - Quiz



SMOG
= rook en mist
door NOx(g) + CxHy(g)+fijnstof


ROETDEELTJES
vooral van DIESELS
Roetfilter
In steeds meer grote steden mogen vrachtwagens en oude dieselauto's daarom de binnenstad  niet meer in
Andere milieu effecten

Slide 17 - Slide

Welk milieuprobleem ontstaat door de uitstoot van CO2 bij verbranding van aardolieproducten?
A
gat in de ozonlaag
B
versterkt broeikaseffect
C
broeikaseffect
D
zure regen

Slide 18 - Quiz

Oefenen! 
Ga naar de online methode. 
Maak opdrachten van §4.2. 

Dit moet af zijn voor de volgende les. 

Slide 19 - Slide

AANPASSEN
VERDELEN OVER 2 LESSEN
1 VOORAL OVER BROEIKASEFFECT
2. OOK OVER ANDERE MILIEU PROBLEMATIEK M.N. FILMPJE OVER STIKSTOFPROBLEMATIEK UIT V4

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video