8.2/3/4

H8.2 

Water als oplosmiddel

1 / 26
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

H8.2 

Water als oplosmiddel

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 8.2
  • Je leert waarom stoffen oplossen in water.
  • Je leert hoe groot de oplosbaarheid van een gas, een vloeistof en een vaste stof in water is.
  • Je leert wat concentratie is.
  • Je leert hoe je rekent aan de concentratie van een stof in een oplossing.

Slide 2 - Slide

Hydrofiel
van water houden

hydrofiele stof met water =>
oplossing

(water is oplosmiddel en 
stof is oplosbare stof)

Hydrofoob
waterafstotend

hydrofobe vaste stof met water=> suspensie

hydrofobe vloeistof met water=> emulsie

Slide 3 - Slide

Kan één stof hydrofiel en hydrofoob tegelijk zijn?
  • ja dat kan.
  • voorbeeld:
  •  een emulgator
  • die zorgt dat een emulsie gemengd blijft
  • voorbeeld:
  • zeep en eigeel

Slide 4 - Slide

Oplosbaarheid
maximaal aantal gram van de oplosbare stof die in 1 liter water kan oplossen.

elke stof heeft een eigen oplosbaarheid.

Slide 5 - Slide

oplosbaarheid van een aantal stoffen in water bij 200C

Slide 6 - Slide

Verzadigde oplossing
dan kan er geen stof meer oplossen. 
de maximale oplosbaarheid is bereikt.

als je het oplosmiddel verwarmt gaat de oplosbaarheid van de vaste stof omhoog.

Slide 7 - Slide

rekenen met oplosbaarheid
  • Je wilt een halve liter verzadigde oplossing van keukenzout maken. Hoeveel gram keukenzout moet je oplossen?
  • oplosbaarheid is 358,5 g/L 
  • 358,5 x 0,5 L = 179,25 g keukenzout

Slide 8 - Slide

8.3 Water behandelen
  Leerdoelen:
  • Je leert welke scheidingsmethoden worden gebruikt bij het zuiveren van water. 
  • Je leert op welke manier het reinigen van afvalwater gaat.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Drinkwaterzuivering uit grondwater

Slide 11 - Slide

Drinkwaterzuivering uit oppervlaktewater

Slide 12 - Slide

Hard water

Slide 13 - Slide

Hard water bevat veel calcium- ionen.
Hoe komen deze daar?

Regenwater bevat CO2, dit is een beetje zuur. Dit komt op gesteentes terecht. Deze gesteentes bevatten calciumcarbonaat (CaCO3). Als het regenwater hierop valt, lost het calciumcarbonaat op:

CaCO3(s) + CO2(aq) + H2O (l) --> Ca2+ (aq) + 2HCO3- (aq)

Slide 14 - Slide

De hardheid van water druk je uit
in Duitse Hardheidsgraden (DH):
1 DH = 7,1 mg Ca2+ per liter 

Slide 15 - Slide

Verhitten van hard water:


Ca2+ (aq) + 2HCO3- (aq) --> CaCO3(s) + CO2(aq) + H2O (l).

Calciumcarbonaat is slecht oplosbaar, dus dit noem je ook wel de kalkaanslag/ketelsteen.
Dus bij verwarming/waterkoker etc krijg je vorming van ketelsteen als je hard water gebruikt.
Nog een nadeel: er is meer zeep nodig bij het wassen.

Slide 16 - Slide

Afvalwater
Rioolwaterzuiveringsinstallatie

Slide 17 - Slide

8.4 Zeep en cosmetica
Leerdoelen: 
  • Je leert wat de functie van zeep is.
  • Je leert waarom je cosmetica gebruikt.

Slide 18 - Slide

Cosmetische middelen = middelen om je schoon en mooi te houden.

Water alleen is vaak niet genoeg om iets schoon te maken. Hiervoor is zeep nodig.
Zeep is een emulgator en bestaat uit grote moleculen.
Hydrofiele kop (COO-) en hydrofobe staart (veel C-H atomen)
Hydrofiel = houdt van water
Hydrofoob = houdt niet van water

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

werking van zeep

Slide 21 - Slide

Staarten van zeepmoleculen gaan in het vet, de koppen van zeepmoleculen trekken naar het water. Zo komt het vet los van bv de kleding.

Slide 22 - Slide

Wassen met hard water
Wat is ook alweer hard water?

Slide 23 - Slide

Wassen met hard water
  • Meer zeep nodig!
  • De calciumdeeltjes in het harde water reageren namelijk met zeep
  • Er ontstaat kalkzeep
  • Kalkzeep mengt niet met olie of vet

Slide 24 - Slide

Cosmetica
Producten om je te verzorgen, reinigen of mooi te maken. Dit zijn vaak emulsies

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide