4.1

1 / 16
next
Slide 1: Video
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

4.1 Van procenten naar aantallen
Terugblik H3 werkethiek, hoe gaat het nu?

Persoonlijke doelen, wat heb jij nodig? 
Uitleg
Oefenen met de stof
Opdrachten maken
Persoonlijke doelen

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les...

- kun je een percentage bij een aantal uitrekenen 


Slide 3 - Slide

Hoeveel van jullie lusten spruitjes?


Aantal

Procent 

Slide 4 - Slide

0

Slide 5 - Video

De HEMA geeft op alle schrijfwaren 21% korting. Iske koopt voor €14,50 aan schrijfwaren. 

Hoeveel moet Iske betalen? 
De hele prijs is €14,50....  dat is dus 100 %
aantal euro's      14,50


procenten           100

Slide 6 - Slide

De HEMA geeft op alle schrijfwaren 21% korting. Iske koopt voor €14,50 aan schrijfwaren. 

Hoeveel moet ze betalen?
aantal euro's      14,50    -         11,46


procenten           100       1          79

Slide 7 - Slide

De HEMA geeft op alle schrijfwaren 21% korting. Iske koopt voor €14,50 aan schrijfwaren. 

Hoeveel moet ze betalen? 79 % van de prijs (want 21% korting)

Je wilt weten welk bedrag 79 % van de prijs is (100%- 21% = 79%)
aantal euro's      14,50            

procenten           100       1          79
Klik hier.
Vermeld altijd duidelijk je antwoord! 

Slide 8 - Slide

De HEMA geeft op alle schrijfwaren 21% korting. Iske koopt voor €14,50 aan schrijfwaren. 

Schrijf bij de pijltjes wat er gebeurt
aantal euro's      14,50            

procenten           100       1          79
Klik hier.
Vermeld altijd duidelijk je antwoord! 
:100
x79

Slide 9 - Slide

De HEMA geeft op alle schrijfwaren 21% korting. Iske koopt voor €14,50 aan schrijfwaren. 

Wat je onder doet.... doe je boven ook
aantal euro's      14,50            

procenten           100       1          79
Klik hier.
Vermeld altijd duidelijk je antwoord! 
:100
x79
:100
x79

Slide 10 - Slide

De HEMA geeft op alle schrijfwaren 21% korting. Iske koopt voor €14,50 aan schrijfwaren. 

Reken uit... Boven de 1 laat je leeg, ivm afronden. Op je rekenmachine toets je dus in:
14,50 :100 x 79 = 11, 46
aantal euro's      14,50     -     11,46

procenten           100       1          79
Klik hier.
Vermeld altijd duidelijk je antwoord! 
:100
x79
:100
x79

Slide 11 - Slide

De HEMA geeft op alle schrijfwaren 21% korting. Silke koopt voor €14,50 aan schrijfwaren. 

Hoeveel moet ze betalen? De verhoudingstabel is je berekening. Je antwoord moet je nog geven! Vergeet het euroteken niet!
aantal euro's      14,50    -         11,46


procenten           100       1          79
€11,46 
Je kunt het ook anders doen. Dan reken je de korting uit, en haalt die van de prijs af. 

Slide 12 - Slide

Het doel van deze les was: Kunnen rekenen van procenten naar aantallen. Is dat gelukt?



Niet vergeten:

  • schrijf je berekening op
  • bedrag boven, procenten onder 
  • vermeld duidelijk je antwoord

Slide 13 - Slide

In stilte
KGT maakt de opdracht op de volgende slide,
klaar? 4.1 in je boek maken.

Basis begint nu met 4.1 in het werkboek
Klaar? 4.1 Nakijken

Havo begint nu met 4.1 in het boek
Klaar? 4.1 Nakijken

Slide 14 - Slide

Nu zelf:
Jelger betaalt E51,20 voor een joggingpak van E85,-

  1. Bereken hoeveel euro korting Jelger krijgt.
  2. Maak een verhoudingstabel met aantal euro's en procenten.
  3. Zet ook het kortingsbedrag op de juiste plaats in de tabel.
  4. Bereken hoeveel procent korting Jelger krijgt.

Slide 15 - Slide

Einde les.
Bedankt en tot de volgende keer!

Slide 16 - Slide