This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Introduction
Op zoek naar een activerende werkvorm waarmee leerlingen elkaar lesgeven én actief met de lesstof aan de slag gaan? Maak kennis met de expert-werkvorm: een krachtige didactische aanpak die samenwerken, verdiepen en uitleggen combineert.
Instructions
Wat is het?
De werkvorm expertgroepen is een activerende samenwerkingsvorm waarbij leerlingen zich verdiepen in een deelonderwerp en hun opgedane kennis vervolgens delen met medeleerlingen. De klas wordt eerst verdeeld in expertgroepen. Iedere groep krijgt een specifiek onderwerp of aspect van de lesstof. Na het bestuderen van het onderwerp keren de leerlingen terug naar hun basisgroep, waarin van elk deelonderwerp één expert zit. Zo wordt de totale leerstof door leerlingen aan elkaar uitgelegd.
Deze werkvorm stimuleert verdieping, verantwoordelijkheid en actieve verwerking van lesstof.
Waarom is de werkvorm zo krachtig?
De expert-werkvorm:
Activeert leerlingen: ze krijgen een actieve rol in het leren van anderen.
Stimuleert samenwerking: leerlingen werken eerst samen met experts en daarna met diverse basisgroepen.
Versterkt begrip: uitleggen aan anderen dwingt tot verdieping.
Maakt differentiatie mogelijk: leerlingen kunnen zich specialiseren in een onderwerp dat bij hun niveau of interesse past.
Biedt structuur en veiligheid: door vaste werkfasen en groepsrollen.
Het past uitstekend binnen activerend en formatief handelen, en bevordert 21e-eeuwse vaardigheden als samenwerken, communiceren en kritisch denken.
Hoe maak je het?
In LessonUp kun je de expert-werkvorm eenvoudig vormgeven. Volg deze stappen:
Maak een instructieslide waarin je uitlegt hoe de expert- en basisgroepen werken.
Maak voor ieder deelonderwerp een aparte expertgroep-dia met een video, afbeelding, tekst of interactieve vraag.
Zet de LessonUp-les in differentiatiemodus (klik op de ‘Differentiatie’ knop in de editor). Hiermee kun je leerlingen laten kiezen of toewijzen welke slides zij moeten bekijken, afhankelijk van hun expertise.
Na de expertfase voeg je een of meerdere basisgroep-opdrachten toe, bijvoorbeeld een open vraag waarin ze elkaars kennis combineren.
Sluit af met een quiz of poll om te checken of iedereen de volledige lesstof beheerst.
Praktische tip: Gebruik bij de expert-dia’s interactieve werkvormen als sleepvragen, open vragen of quizzen voor directe verwerking van informatie.
Hoe zet je hem in?
Een andere krachtige manier om de expert-werkvorm voor elk vak in te zetten, is door te starten met één overkoepelende hoofdvraag die relevant is voor het onderwerp van de les. De klas wordt vervolgens verdeeld in expertgroepen, waarbij elke groep één deelvraag onderzoekt die bijdraagt aan het beantwoorden van die hoofdvraag. Na de expertfase delen de leerlingen hun bevindingen in basisgroepen of klassikaal, waarna gezamenlijk de hoofdvraag wordt beantwoord. Zo bouw je gestructureerd kennis op, laat je leerlingen gericht samenwerken én stimuleer je dat ze de samenhang tussen verschillende onderdelen van de lesstof herkennen. De werkvorm is breed toepasbaar. Voorbeelden:
Aardrijkskunde: leerlingen worden expert in weersextremen (droogte, hittegolven, overstromingen, stormen).
Geschiedenis: groepen verdiepen zich in verschillende revoluties (Franse, Industriële, Digitale, Agrarische).
Biologie: experts werken aan verschillende organen of ziekten binnen het menselijk lichaam.
Economie: leerlingen verdiepen zich in vormen van belastingen, inflatie, loonontwikkeling, of begrotingstekort.
Nederlands: groepen worden expert in verschillende tekstsoorten of argumentatiestructuren.
Engels: leerlingen behandelen verschillende hoofdstukken van een leestekst of types Engelse uitdrukkingen.
Wil je deze werkvorm direct toepassen?
In deze les staat een voorbeeld voor het vak Aardrijkskunde. Zet deze direct in, in jouw les of laat je inspireren. Sla jouw favoriete slide op via de 'Bewaar' knop en pas de lesslides eenvoudig aan voor jouw les.
Items in this lesson
Werkvormen: Praten met citaten
Expertgroepen
Werkvormen
Slide 1 - Slide
1️⃣ Verdeel de klas in 4 expertgroepen:
Droogte
Overstromingen
Hittegolven
Stormen
2️⃣ Bestudeer de dia van jouw groep.
3️⃣ Daarna vorm je basisgroepen met van elk onderwerp 1 expert.
4️⃣ Leg elkaar uit wat je geleerd hebt en vul samen een opdracht in.
Jij wordt klimaatexpert!
Slide 2 - Slide
Expertgroep Droogte
Bekijk deze video.
Opdracht:
Noem 2 gevolgen van droogte en 1 maatregel die landen nemen tegen droogte.
Slide 3 - Slide
Noem 2 gevolgen van droogte en 1 maatregel
die landen nemen tegen droogte.
Slide 4 - Open question
Expertgroep Overstromingen
Bekijk de afbeelding van overstromingen in Limburg.
Opdracht:
Noem 2 oorzaken van overstromingen en 1 maatregel in Nederland om dit te voorkomen.
Gemiddeld neerslag per beeksysteem (128 mm in de Geul, 93 mm in de Geleenbeek en 106 mm in het stroom-gebied van de Roer)
De neerslag per km²
(de Nederlandse grens en de het stroomgebied van de Geul zijn aangegeven ter oriëntatie)
Slide 5 - Slide
Noem 2 oorzaken van overstromingen en 1 maatregel in Nederland om dit te voorkomen.
Slide 6 - Open question
Expertgroep Hittegolven
Periodes van extreem warm weer. In steden wordt dit versterkt door steen en asfalt.
Opdracht:
Noem 2 problemen door hittegolven en 1 maatregel
die steden kunnen nemen.
Slide 7 - Slide
Noem 2 problemen door hittegolven en
1 maatregel die steden kunnen nemen.
Slide 8 - Open question
Expertgroep Stormen
Bekijk deze video over
storm Eunice in Nederland.
Opdracht:
Noem 2 gevolgen van stormen en 1 maatregel in Nederland.
Slide 9 - Slide
Noem 2 gevolgen van stormen
en 1 maatregel in Nederland.
Slide 10 - Open question
Iedere expert legt in 2 zinnen aan de basisgroep uit wat zijn/haar weersextreem inhoudt en wat de gevolgen zijn.
Noteer samen per weersextreem:
1 oorzaak
1 gevolg
1 maatregel
Basisgroep: Leg elkaar uit
Slide 11 - Slide
Waarom zijn steden gevoeliger voor
hittegolven dan landelijke gebieden?
A
Er wonen meer mensen
B
Er zijn meer bomen
C
Door veel steen en asfalt wordt warmte vastgehouden