What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Beta
Log in
Register
‹
Return to search
29 Scheidbare werkwoorden
scheidbare werkwoorden?
1 / 30
next
Slide 1:
Open question
Nederlands
ISK
This lesson contains
30 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
scheidbare werkwoorden?
Slide 1 - Open question
Werkwoorden die je moet knippen
Slide 2 - Slide
scheid
bare
werkwoorden
scheiden = uit elkaar halen= splitsen
Slide 3 - Slide
werkwoord afwassen
Ik was de kopjes af
af
wassen
Slide 4 - Slide
Wat weet je straks je over scheidbare ww?
Je herkent ze
Je weet hoe je ze moet splitsen -> 2 stukken
Je weet waar die stukken in de zin staan (t.t.)
Slide 5 - Slide
aan
trekken
Slide 6 - Slide
scheiden
aan
trekken
ww
geen ww
Slide 7 - Slide
voorbeelden
af
wassen
weg
geven
terug
leggen
in
checken
dicht
doen
? ->
nadruk / klemtoon
Slide 8 - Slide
scheidbare
werkwoorden
Slide 9 - Mind map
Opdracht
Vb: uit welke 2 stukken bestaat
inschenken
?
Typ: in - schenken
Slide 10 - Slide
Wat zijn de twee stukken van:
voorlezen?
Slide 11 - Open question
Wat zijn de twee stukken van:
opschrijven?
Slide 12 - Open question
Wat zijn de twee delen van:
thuiskomen
Slide 13 - Open question
vb aantrekken
hele werkwoord:
aan
trekken
aan
-
trekken
Ik
trek
de schoen
aan
.
Jij
trek
t
de schoen
aan
.
enz.....
Slide 14 - Slide
uitdoen
uit
-
doen
Ik
doe
het licht
uit
.
Jij
doe
t
het licht
uit
.
Hij/zij
doe
t
het licht
uit
.
Wij
doen
het licht
uit
.
Jullie
doen
het licht
uit
.
Zij
doen
het licht
uit
.
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
Wat is goed?
afwassen
A
Jullie wassen de borden af.
B
Jullie afwassen de borden.
C
Jullie wassen af de borden.
D
Jullie afwas de borden.
Slide 17 - Quiz
Wat is goed?
opendoen
A
Jij doen de deur open.
B
Jij doet de deur open.
C
Jij doet open de deur.
D
Jij opendoet de deur.
Slide 18 - Quiz
Wat is goed?
opstaan
A
Ik opsta altijd vroeg.
B
Wij opstaan altijd vroeg.
C
Zij staan altijd vroeg op.
D
Hij staan op altijd vroeg.
Slide 19 - Quiz
Wat is goed?
weggooien
A
Hij weggooit de bal.
B
Zij gooit de bal weg.
C
Wij weggooien de bal.
D
Ik gooi weg de bal .
Slide 20 - Quiz
Wat is goed?
uitdoen
A
Wij uitdoen de verwarming.
B
Zij uitdoet de verwarming.
C
Jullie doet de verwarming uit.
D
Wij doen de verwarming uit.
Slide 21 - Quiz
Maak zelf een zin
Voorbeeld:
Het meisje
...
(
in
pakken,
tas
)->
Het meisje
pak
t
haar tas
in
.
differentiatie
:
Jan en Sumeyye:
+ bijzin als, omdat, dat ...
Slide 22 - Slide
Jullie ... (afzeggen, afspraak)
Slide 23 - Open question
Mijn ouders ... (ophalen, broertje)
Slide 24 - Open question
Wij ... (uitdoen, jassen)
Slide 25 - Open question
De buren ... (vroeg opstaan)
Slide 26 - Open question
Nog vragen?
Slide 27 - Open question
Wat heb je geleerd nu over scheidbare werkwoorden?
Slide 28 - Open question
Dit heb je geleerd:
Scheidbare werkwoord = werkwoord met een woordje ervoor (
alleen als klemtoon vooraan!
)
Je kunt het in twee stukken knippen.
Voorste stukje
= geen werkwoord; komt achteraan in de zin.
Achterste stukje
= het werkwoord. Dat kan dus veranderen.
Slide 29 - Slide
einde
Slide 30 - Slide
More lessons like this
29 Scheidbare werkwoorden
4 days ago
- Lesson with
39 slides
Nederlands
ISK
29 Scheidbare werkwoorden
2 days ago
- Lesson with
34 slides
Nederlands
ISK
Scheidbare werkwoorden
January 2025
- Lesson with
36 slides
Nederlands
ISK
29 Scheidbare werkwoorden
January 2024
- Lesson with
45 slides
Nederlands
ISK
Perfekt: voltooid deelwoord
September 2023
- Lesson with
21 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Perfekt uitgebreid
June 2023
- Lesson with
22 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Perfekt
September 2023
- Lesson with
22 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Perfekt
November 2024
- Lesson with
27 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3