Alleseters (omnivoren)eten plantaardig en dierlijk voedsel.
Slide 4 - Slide
Voedselketen
Slide 5 - Slide
Voedselweb
Koolmees is een zwakke schakel.
Afhankelijk van één voedselbron.
Kikker heeft sterke positie.
Veel keus in prooidieren.
Buizerd en vos zijn de toppredatoren.
Zij worden niet door anderen gegeten.
Welk gevolg heeft het voor de sprinkhaan als het lievenheersbeest een slecht jaar heeft en weinig nakomelingen krijgt?
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Voedselketen / Energieoverdracht en Energieverlies:
Producenten (autotrofe organismen) gebruiken zonlicht voor energie via fotosynthese.
Herbivoren eten planten en krijgen energie.
Carnivoren eten herbivoren en ontvangen energie.
Omnivoren zijn dieren die zowel planten als dieren eten.
Tijdens energiedoorgifte gaat er energie verloren: - organismen gebruiken energie voor overleven, beweging en groei. - een deel wordt omgezet in warmte en gaat verloren. - ontlasting draagt bij aan energieverlies: niet alle voedingsstoffen worden volledig benut. - hoger in de voedselketen is er minder energie beschikbaar.
Slide 8 - Slide
Het verschil uit tussen een voedselketen en een voedselweb.
Een voedselketen is een rechte lijn
van wie-eet-wie.
Een voedselweb laat zien hoe
verschillende voedselketens
met elkaar verbonden zijn in
een ecosysteem.
Slide 9 - Slide
Pak BINAS tabel 93E1 erbij en beantwoord de volgende vragen:
Wat zijn de producenten in het voedselweb? Hoe noem je deze organismen ook?
Noem een voorbeeld van een herbivoor uit het voedselweb
kan de consument van de 2de orde een herbivoor, omnivoor en/of carnivoor zijn?
Noem een voorbeeld van een heterotroof organisme
Geef een voorbeeld van een voedselketen
Noem een consument van de 1e, 2e, 3e en 4e orde
welke consumenten zijn de toppredatoren?
timer
10:00
Slide 10 - Slide
Zet de volgende organismen in de juiste volgorde om een voedselketen te vormen.
-->
Slide 11 - Drag question
Een boom is een voorbeeld van een autotroof organisme, omdat..
A
Hij zuurstof maakt
B
Hij zichzelf voedt
C
Hij CO2 maakt
D
Hij anderen voedt
Slide 12 - Quiz
De basis van dit voedselweb staan:
A
opgeloste voedingsstoffen
B
zee-eenden
C
algen
D
bacteriën
Slide 13 - Quiz
Wie staan er aan de top van dit voedselweb?
A
opgelost organisch materiaal
B
krabben
C
organisch materiaal in sediment
D
bruinvissen
Slide 14 - Quiz
In welke richting teken je de pijl in een voedselketen?