Water - rivieren

Water - rivieren
1 / 21
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 21 slides, with text slides.

Items in this lesson

Water - rivieren

Slide 1 - Slide

Programma
A. De ik-zit-en-ik-begin-vraag -> check vorige les (5 min)
1. Wat gaan we deze les leren? - de leerdoelen (5 min)
2. Opdracht: Wat weten we al? (7 min)
3. Uitleg: water in beweging (5 min)
4. Opdracht: de stroomrichting van rivieren (8 min)
5. Uitleg: de rivier in drie stukken (6 min)
6. Opdracht: de rivier in drie stukken (6 min)
7. Verwerken: examenvragen (5 + 5 min)
8. Afronding - hoe hebben we gewerkt en wat hebben we geleerd? (8 min)

Slide 2 - Slide

De-ik-zit-en-ik-begin-vraag
Heb je de stof van de vorige les goed begrepen?

Wat
: beantwoord de vraag op je wisbordje
Hoe: alleen -> dus niet praten + niet kijken bij een ander

Vraag: juist of onjuist?
Stelling 1: Het water in rivieren behoort tot het oppervlakte water.
Stelling 2: Het water in rivieren is zoetwater.
Stelling 3: In het Westen van Nederland drinken we oppervlakte water.


Klaar: Houd je bordje pas omhoog als je docent het zegt.

timer
1:30

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
Focusvraag:
Kun je uitleggen hoe het landschap en de eigenschappen van een rivier veranderen van de bovenloop naar de benedenloop, en de stroomrichting van een rivier correct aangeven op een kaart?

Aan het eind van deze les kun je:
1. uitleggen wat wordt bedoeld met de bovenloop, middenloop en benedenloop van een rivier.
2. beschrijven hoe het landschap en het watergedrag verandert van bron tot monding.
3. op een kaart aangeven in welke richting een rivier stroomt.
4. de begrippen reliëf, stroomrichting en delta en eigen woorden uitleggen (extra).



Slide 4 - Slide

Water in beweging
Hiernaast zie je de rivier de Rijn.

Het water in een rivier is zoetwater en het water in een rivier is altijd in beweging.


Slide 5 - Slide

Opdracht: wat weten we al over de stroming van water?
Wat: checken wat je allemaal al weet over de stroming van water.

Hoe: 
  • Bedenk samen met je groepje: hoe komt het dat water in een rivier stroomt/ in beweging is?
  • Probeer het eens te worden en schrijf jullie gezamenlijke antwoord op een wisbordje (1 antwoord per groep)
  • Tijd: 2 minuten

Klaar: 
  •  Bekijk de antwoorden van 1 andere groep (let op: ieder groepslid kijkt bij een andere groep)
  •  Pas met de kennis die je nu hebt wel of niet jullie eigen antwoord aan.
  •  Tijd: 2 minuten

Hulp: je groepsgenoten (ronde 1) + de andere groepen (ronde 2)
timer
2:00

Slide 6 - Slide

Water in beweging
Het water in een rivier is altijd in beweging.

Dit is het gevolg van verschillen in hoogte -> reliëf.

Water stroomt van hoog naar laag.


Slide 7 - Slide

Water in beweging
Hoe bepaal je de stroomrichting van een rivier?

Je zoekt op een kaart naar aanwijzingen ->
1. Zijn er hoge punten, bijv. bergen?
2. Zijn er lage punten? Het laagste punt op een kaart is altijd de zee!
3. Zie je een delta? -> Dit is het punt waar de rivier in zee stroomt. De rivier splitst hier heel vaak en krijgt de vorm van een driehoek.

Slide 8 - Slide

Water in beweging

3. Zie je een delta? -> Dit is het punt waar de rivier in zee stroomt. De rivier splitst hier heel vaak en krijgt de vorm van een driehoek.

Slide 9 - Slide

Water in beweging



3. Zie je een delta? -> Dit is het punt waar de rivier in zee stroomt. De rivier splitst hier heel vaak en krijgt de vorm van een driehoek.

Slide 10 - Slide

Check: op je wisbordje
Hoe?
Alleen + zonder te praten + zonder bij een ander te kijken.
Houd je bordje pas omhoog als de docent het zegt.

Opdracht: bekijk de kaart. In welke richting stroomt de rivier?

A) Van noord naar zuid
B) Van zuid naar Noord


timer
1:00

Slide 11 - Slide

Opdracht: oefenen met de stroomrichting
Wat: 5 vragen over de stroomrichting van rivieren.

Hoe: 
  • Alleen (zonder te praten en bij een ander te kijken) of in de groep met je docent
  •  Werk op het werkblad

Klaar: 
  •  Bekijk de 5 kaarten nog een keer goed. 
  •  Zie je ergen een delta? Zet daar dan een rondje omheen.


Hulp: geen als je alleen werkt + je docent en groepsgenoten als je in dat groepje werkt!
timer
5:00

Slide 12 - Slide

De rivier in drie stukken
De bovenloop
De middenloop
De benedenloop

Slide 13 - Slide

De rivier in drie stukken - schematische weergave
De verschillen onstaan door verschillen in hoogte.

Slide 14 - Slide

De rivier in drie stukken
De bovenloop

  •  Het hoogste gedeelte van de rivier, waar de rivier begint
  •  Hoog in de bergen
  •  Het water stroomt snel en krachtig
  •  De rivier is smal

Slide 15 - Slide

De rivier in drie stukken
De middenloop

  •  Het middelste gedeelte van de rivier
  •  Heuvels
  •  Het water stroomt niet snel en niet langzaam.

Slide 16 - Slide

De rivier in drie stukken
De benedenloop

  •  Het laatste en laagste gedeelte van de rivier
  •  Vlak landschap
  •  Het water stroomt bijna niet meer
  •  De rivier is breed

Slide 17 - Slide

Opdracht: oefenen met de indeling van een rivier
Wat: Deel de 6 afbeeldingen in in bovenloop, middenloop en benedenloop.

Hoe: 
  • met je groepje

Klaar: 
  •  Roep je docent om de indeling te laten checken.
  •  Alles goed? Ga aan de slag met de examenvragen die je van je docent krijgt.


Hulp: groepsgenoten (indeling) + geen (examenvragen)
timer
5:00

Slide 18 - Slide

Verwerken: examenvragen
Wat: kunnen we met wat we nu geleerd hebben examenvragen beantwoorden?

Hoe: 
  • werk alleen en praat dus helemaal niet!
  • lees de vragen door + onderstreep de belangrijke begrippen.
  • wat weet je over deze begrippen?
  • maak de 4 examenvragen binnen de tijd


Hulp: Geen!

Let op: na 7 minuten gaan we vragen nakijken. Je moet dus op tijd klaar zijn!
timer
7:00

Slide 19 - Slide

Afsluiting: hebben we (juist) geleerd?
Reflectie:
Hoe hebben jij gewerkt?
Hoe heeft de klas gewerkt?
Hoe deed de juf het?

Leerdoelen:
1. uitleggen wat wordt bedoeld met de bovenloop, middenloop en benedenloop van een rivier.
2. beschrijven hoe het landschap en het watergedrag verandert van bron tot monding.
3. op een kaart aangeven in welke richting een rivier stroomt.
4. de begrippen reliëf, stroomrichting en delta en eigen woorden uitleggen (extra).

Check: hebben we (juist) geleerd?
Schrijf je naam op de post-it en beantwoord de vraag op de laatste slide!


Slide 20 - Slide

Afsluiting: hebben we (juist) geleerd?
Check: hebben we (juist) geleerd?
Schrijf je naam op de post-it en beantwoord de 2 vragen.




Vraag 1.
In welke richting stroomt de rivier?
A) van Oost naar West
B) van West naar Oost
Vraag 2.
Welk deel van de rivier zie je op de afbeelding? + Geef hiervoor een aanwijzing die je ziet.

Slide 21 - Slide