les 2 paragraaf 4.1 coördinaten aflezen deel 1

• Wiskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Startklaar
Spullen die je nodig hebt op tafel:

• Boek Moderne wiskunde deel A
  
• Wiskundeschrift met ruitjes
  
• Etui met pennen en potloden

Welkom ZK1A

Planning van de les

Herhalen & Huiswerk nakijken  : §3.1 Rekenvolgorde

Nieuwe lesstof: §4.1 Assenstelsel en coördinaten

Aan de slag 

Terugblik op les + aan de slag met huiswerk

Wat weet je nog van de vorige les...

• Rekenvolgorde
• 4 begrippen

Zorg dat je je schrift met aantekening hebt. We gaan quizen, je mag  in je schrift naar je aantekeningen kijken!

A= 1 vinger, B = 2 vingers, 

C = 3 vingers, D= 4 vingers

Na het aftellen wil ik van iedereen een antwoord zien

Waar zien we een product?
En wat is het antwoord?

1. 3 x 7
2. 3 + 7
3. 3 : 7
4. 3 - 7

Waar zien we een som?
En wat is het antwoord?

1. 10 x 2
2. 10 + 2
3. 10 : 2
4. 10 - 2

Waar zien we een verschil?
En wat is het antwoord?

1. 8 x 1
2. 8 + 1
3. 8 : 1
4. 8 - 1

Waar zien we een quotiënt?
En wat is het antwoord?

1. 21 x 3
2. 21 + 3
3. 21 : 3
4. 21 - 3

Welke berekening doe je het eerst?
73 - 35 x 2 =

1. 73-35
2. 35x2

Welke berekening doe je het eerst?
8 x 6 : 2 =

1. 8x6
2. 6:2

Welke berekening doe je het eerst?
62 + ( 14 - 6 ) : 2 =

1. 62 + 14
2. 6 : 2
3. 14 - 6

Bereken:

3 x (3 + 4)

1. 13
2. 21

5 + 3 x 2 = 

 (in hoofd, vinger in de lucht als je het weet)

12 : 2 x 3 = 

 (in hoofd, vinger in de lucht als je het weet)

Huiswerk bespreken

Huiswerk bespreken

Leerdoelen

Hoofdstuk 4.1: Assenstelstel en coördinaten

bladzijde 128

Aan het einde van de les weet je...

.. wat een assenstelsel is

... wat een horizontale as is

... wat een verticale as is

... wat de oorsprong is

... wat coördinaten zijn

 Voorkennis

Wat weet je al over een assenstelsel en coördinaten?

Oefenen

blz 128

Oefenen

Oefenen

Theorie lezen blz 130

Oefenen

Begrippen:

• horizontale as
• verticale as
• rooster
• oorsprong 
• assenstelsel

• Hoe komen we in punt A?
• We gaan eerst 3 naar rechts,
• dan 2 omhoog
• Bij A hoort dus het punt (3,2)
• Je schrijft dat als A (3,2)

Coördinaten

Schrijf de coördinaten op van de letters A, B, C, D, A, E, P

Zorg dat je je schrift met aantekening hebt. We gaan quizen, je mag  in je schrift naar je aantekeningen kijken!

A= 1 vinger, B = 2 vingers, 

C = 3 vingers, D= 4 vingers

Na het aftellen wil ik van iedereen een antwoord zien

Wat zijn de coördinaten van punt C?

1. C(1, 4)
2. C(4, 1)
3. C4,1
4. C(0, 4)

Wat zijn de coördinaten van punt B?

1. B(1, 3)
2. B3,1
3. B(3, 0)
4. B(0, 3)

Aan de slag

Wat: blz 131 afmaken.

Let op:  alle antwoorden schrijven in je wiskundeschrift.

TEkenen (verbinden) in je wiskundeboek

Hoe:

• zelfstandig en in stilte <-- 
• fluisterend overleg       <--
• klassikaal bespreken   <--

6. Actieve verwerking

De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Leerdoelencheck

Hoofdstuk 3.3: Assenstelstel en coördinaten

Aan het einde van de les weet je...

.. wat een assenstelsel is

... wat een horizontale as is

... wat een verticale as is

... wat de oorsprong is

... wat coördinaten zijn

Huiswerk

Vrijdag 11 april

Meenemen: pen, wiskundeschrift, boek deel 1

Maken: alle oefeningen op bladzijde 131