4V - §2.6: Statistische cyclus 3e en 4e stap

1 / 42
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

2.5C: normale verdeling
2.6A: betrouwbaarheidsinterval

Slide 2 - Slide

Statistische cyclus
Stap 3:
Data analyseren


4 Vwo
§2.5


Slide 3 - Slide

Wat zien we hier, als het gaat om een diagram die een frequentieverdeling laat zien?

Slide 4 - Slide

verdelingskromme

Slide 5 - Slide

cumulatieve verdelingskromme

Slide 6 - Slide

normale verdeling            normaalkromme
gemiddelde
bij
normale verdeling

Slide 7 - Slide

normale verdeling            normaalkromme

Slide 8 - Slide

normale verdeling            normaalkromme

Slide 9 - Slide

normaalkromme

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Statistische cyclus
Stap 4:
Conclusies trekken


4 Vwo
§2.6


Slide 13 - Slide

Rekenen aan gemeten waarden
Opgave 73, blz. 101
steekproevenverdeling

Slide 14 - Slide

Rekenen aan gemeten waarden
Opgave 73, blz. 101
steekproevenverdeling

Slide 15 - Slide

Rekenen aan gemeten waarden
95%-betrouwbaarheidsinterval
steekproevenverdeling

Slide 16 - Slide

Rekenen aan gemeten waarden
Blz.103
steekproevenverdeling

Slide 17 - Slide

Blz.104
steekproevenverdeling
95%-betrouwbaarheidsinterval = 
bijvoorbeeld:
[0,0992;0,1403]
[9,92%;14,03%]
Rekenen aan gemeten waarden: proporties

Slide 18 - Slide

Blz.104
steekproevenverdeling
95%-betrouwbaarheidsinterval = 
n = steekproefomvang
invloed grootte steekproefomvang
Rekenen aan gemeten waarden: proporties

Slide 19 - Slide

Blz.104
Rekenen aan gemeten waarden: proporties
bij steekproevenverdeling
met voldoende
grote steekproefomvang
95% betrouwbaarheidsinterval
68% betrouwbaarheidsinterval

Slide 20 - Slide

Blz.104
Rekenen aan gemeten waarden: proporties
95%-betrouwbaarheidsinterval = 
n = steekproefomvang

Slide 21 - Slide

68% Betrouwbaarheidsinterval opstellen
Gegeven is dat er van de 500 gevraagden in Rotterdam 125 mensen een eigen woning hebben.
Stel de 68% betrouwbaarheidsinterval op bij de proportie huiseigenaren.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Quiz en 2.6A
2.6B: betrouwbaarheidsinterval

Slide 25 - Slide

Bij een statistisch onderzoek kan een steekproef select of aselect zijn. Welke is meer betrouwbaar?
A
selecte steekproef
B
aselecte steekproef

Slide 26 - Quiz

Wat heeft invloed op de nauwkeurigheid van een 95%-betrouwbaarheidsinterval
A
Het steekproefgemiddelde
B
De standaardafwijking
C
De grootte van de steekproef

Slide 27 - Quiz

Welk percentage van
de normale verdeling
is rood gekleurd?
A
68%
B
27%
C
33%
D
13,5%

Slide 28 - Quiz

Op hoeveel procent zit de mu bij een normale verdeling?
A
34%
B
13,5%
C
50%
D
2,5%

Slide 29 - Quiz

Een verdeling is normaal als ...
A
de verdelingskromme symmetrisch is
B
als modus, mediaan en gemiddelde samenvallen
C
de vuistregels voor de normale verdeling gelden
D
A,B en C gelden

Slide 30 - Quiz

Het 68%-betrouwbaarheidsinterval is:
A
[μ+2σ ; μ-2σ]
B
(-34% ; +34%)
C
[μ-σ ; μ+σ]
D
[μ-2σ ; μ+2σ]

Slide 31 - Quiz

Wat als we een grotere steekproef hadden genomen?
A
Dat maakt niets uit voor het betrouwbaarheidsinterval
B
Dat wordt het betrouwbaarheidsinterval groter
C
Dan wordt het betrouwbaarheidsinterval kleiner
D
Geen idee, ik ben al helemaal klaar mee!

Slide 32 - Quiz

Wat voor
verdeling is dit?
A
Uniforme verdeling
B
Links-scheve verdeling
C
Rechts-scheve verdeling
D
Normale verdeling

Slide 33 - Quiz

Wat voor
verdeling is dit?
A
Uniforme verdeling
B
Links-scheve verdeling
C
Rechts-scheve verdeling
D
Normale verdeling

Slide 34 - Quiz

Slide 35 - Slide

Blz.104
Rekenen aan gemeten waarden: proporties
bij steekproevenverdeling
met voldoende
grote steekproefomvang
95% betrouwbaarheidsinterval
68% betrouwbaarheidsinterval

Slide 36 - Slide

Blz.104
Rekenen aan gemeten waarden: proporties
95%-betrouwbaarheidsinterval = 
n = steekproefomvang

Slide 37 - Slide

S = steekproef-standaardafwijking 

                    ≠ 
Blz.104
Rekenen aan gemeten waarden: gemiddelde
95%-betrouwbaarheidsinterval = 
n = steekproefomvang
= steekproef-gemiddelde

Slide 38 - Slide

S = steekproef-standaardafwijking 

                
Blz.104
Rekenen aan gemeten waarden: gemiddelde
95%-betrouwbaarheidsinterval = 
n = steekproefomvang
= steekproef-gemiddelde

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide