CLASSROOM ENGLISH PHRASES & QUESTIONS

• Engels
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

On the next 27 slides, translate the Dutch sentences or questions to English

Make sure to start all sentences with a capital letter (hoofdletter) and don't forget the puncuation (period or question mark)

Ex.: Mag ik mijn laptop even opladen a.u.b.?

Answer: May I charge my laptop please?    Can I charge my laptop please?

Kunt u dat herhalen, a.u.b.?

Steek je hand op als je
het antwoord weet.

Sorry, ik begrijp het niet.

Wat betekent dit woord?

Kunt u mij vertellen hoe je
dit woord spelt?

Gooi je kauwgom in de
prullenbak, a.j.b.!

Kun je de beamer aanzetten?

Mag ik naar de W.C.?

Wees alsjeblieft stil.

Kun je me alsjeblieft helpen?

Wil je het raam opendoen a.j.b.?

Kunt u wat harder praten?

Hand omhoog als je een vraag hebt.

Sorry, ik heb mijn huiswerk
niet gemaakt.

Maak aantekeningen a.j.b.

Mogen we samen werken?

Mag ik een oplader lenen?

Moeten we met een pen of
een potlood schrijven?

Op welke pagina zijn we?

Lever je telefoon maar in!

Wat is het huiswerk?

Mag ik even iets uit mijn
kluisje pakken?

Mag ik wat water drinken?
We hadden net L.O.

Je mag nu beginnen met de toets.

Volgende week ben ik er niet i.v.m…

Wil je huiswerk met me
maken na school?

Mag ik mijn laptop
even opladen a.u.b.?

OK, that was a lot but

you're finished now!

Make a note of the sentences or questions you found difficult so you know what to focus on for the Classroom English quiz.