Doelstellingen, deel 1 (les 1 p2)

• Didactiek
• MBO
• Studiejaar 1

Didactiek P2

3 Doelstellingen

6 Bewegingsvormen

7 Didactische werkvormen

Wat is jouw doelstelling voor deze les?

Waar denk je aan bij Doelstellingen?

Doelstellingen in het Didactisch model

Waar staat 'Doelstellingen' in het Didactisch model?

1. Linksboven
2. Rechtsboven
3. In het midden
4. Onderaan

Functies van doelstellingen

Soorten doelstellingen

'De studenten van 1B moeten aan het einde van de les de handstand kunnen uitvoeren' is een:

1. Cognitieve doelstelling
2. Motorische doelstelling
3. Sociaal-affectieve doelstelling
4. Kortetermijn-doelstelling

'De kinderen van groep 6 moeten samen alle materialen naar de overkant brengen, zonder daarbij de grond te raken'
is een:

1. Cognitieve doelstelling
2. Motorische doelstelling
3. Sociaal-affectieve doelstelling
4. Langetermijn-doelstelling

'In het nieuwe seizoen willen we met het team op de 1e plek in het klassement staan' is een:

1. Cognitieve doelstelling
2. Sociaal-affectieve doelstelling
3. Kortetermijn- doelstelling
4. Langetermijn- doelstelling

'Aan het einde van deze les moeten jullie weten welke soorten doelstellingen er in het boek worden genoemd' is een:

1. Cognitieve doelstelling
2. Sociaal-affectieve doelstelling
3. Kortetermijn doelstelling
4. Langetermijn-doelstelling

Motorisch gedrag

Cognitief gedrag

Sociaal-affectief gedrag

Weten wat de buitenspelregel inhoudt is een:

1. Motorische doelstelling
2. Cognitieve doelstelling
3. Sociaal-affectieve doelstelling

De buitenspelregel kunnen toepassen is een:

1. Motorische doelstelling
2. Cognitieve doelstelling
3. Sociaal-affectieve doelstelling

Om kunnen gaan met het verliezen van een wedstrijd is een:

1. Motorische doelstelling
2. Cognitieve doelstelling
3. Sociaal-affectieve doelstelling

Ervoor zorgen dat iedereen de bal krijgt is een:

1. Motorische doelstelling
2. Cognitieve doelstelling
3. Sociaal-affectieve doelstelling

Formuleren van doelstellingen:

Van algemeen naar concreet:

Algemeen: Aanleren, verbeteren, toepassen van...

(lay-up, handstand, clear, kogelstoten, vlinderslag enz.)

Naar concreet: 

Opdracht 

1. Bekijk het filmpje op de volgende slide
2. Schrijf op welke methodiek wordt gebruikt
3. Formuleer een concrete doelstelling voor deze les: Gebruik daarbij het schema in paragraaf 3.6 (bijna onderaan)

Nu werken aan:

1. Vragen maken (zie Opdrachten in Teams)