Herhaling verbe "Aller"

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Herhaling verbe "Aller" 

+ Ontkenning

Aan het einde van de les kunnen jullie:

• Een zin in het negatief zetten met ne...pas.
• Het werkwoord aller correct vervoegen in de tegenwoordige tijd.

Korte herhaling

• Pak je boek erbij op bladzijde 118.
• Pak je schrift erbij.

Mini-dictee

• Pak een blaadje en pen en papier.
• Je mag je schrijft gebruiken met aantekeningen.

Vul 1-3 in met een vorm van Aller

1. Aujourd'hui, je..........déménager
2. Tu.........à la maison?
3. Mon père et moi, nous........au cinéma.

Juist of onjuist

Duim omhoog voor juist, omlaag voor onjuist.

1. Tu vas à la plage demain.
2. Nous va au supermarché après l'école.
3. Elle vont au cinéma ce soir.
4. Je vais à la maison après la classe.
5. Vous allez au centre-ville samedi.

Aller-Bingo

• Nous allons jouer un bingo.
• Je gaat luisteren naar een dialoog waarin ze gaan praten.
• Hoor je een vorm van het werkwoord "Aller", streep je hem door op je bingokaart.
• Volle kaart? --> dan heb je bingo.

Nieuw stukje grammatica: 

De ontkenning

Pak je schrift en pen erbij

Oefening 1

• We gaan werken aan opdracht 16C en D
• We gaan eerst luisteren bij 16 C 1
• Daarna ga je in fluisterstad 16C 2 maken en 16D a en b maken
• Hiervoor krijg je 5 minuten. Klaar? neem nog eens grammatica II door op bladzijde 123-124 

Oefening 2

Verbuga

Linker Kolom= Alleen présent

Midden Kolom= Werkwoord Aller

Rechter Kolom= Niks

Onderin laat je "au hasard" staan

--> Klik daarna confirmer.

Exit-ticket

Schrijf de volgende antwoorden op in je schrift:

• Elle ne va pas à l’école. (Is dit een ontkennende zin? Wat betekent het in het Nederlands?)
• Nous allons pas au marché. (Is deze zin juist of fout? Zo fout, verbeter hem.)
• Tu ne vas pas au cinéma. (Wat is het onderwerp in deze zin? En wat is het werkwoord?)

Blooket