3.6 en 3.7 de geboorte en verdere ontwikkeling, SOA's
1 / 34
Lesson duration is: 45 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Hoeveel weken duurt de zwangerschap officieel?
A
38
B
39
C
40
D
41
Slide 13 - Quiz
De bevruchting vindt plaats
A
24 uur na de menstruatie
B
24 uur voor de ovulatie
C
24 uur na de ovulatie
D
24 uur voor de menstruatie
Slide 14 - Quiz
Door de navelstreng stroomt
A
bloed van de moeder
B
Bloed van de baby
C
Bloed van moeder en baby
D
vocht met voedingsstoffen
Slide 15 - Quiz
De vruchtvliezen zijn gemaakt door
A
De baby
B
de moeder
C
De moeder en de baby
D
Geen van beiden
Slide 16 - Quiz
De navelstrengslagader vervoert..
A
zuurstofarmbloed
B
zuurstofrijk bloed
C
gemengd bloed
D
geen bloed
Slide 17 - Quiz
De bevalling begint meestal met
A
weeeën
B
het breken van de vruchtvliezen ('water')
C
weeën of het breken van de vliezen
D
persweeën
Slide 18 - Quiz
we spreken van volledige ontsluiting bij een opening van de baarmoedermond van...
A
7 cm
B
8cm
C
9 cm
D
10 cm
Slide 19 - Quiz
Als eerste wordt geboren
A
de voetjes
B
de billen
C
de armen
D
het hoofdje
Slide 20 - Quiz
Wanneer de placenta uit de baarmoeder komt, noemen we dat de...
A
nageboorte
B
vroeggeboorte
C
stuitgeboorte
D
laatgeboorte
