2.5 Negatieve breuken hv1


Welkom bij wiskunde!
Ga zitten en pak je spullen erbij.


1 / 23
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson


Welkom bij wiskunde!
Ga zitten en pak je spullen erbij.


Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Korte herhaling
  • Negatieve breuken vereenvoudigen.
  • Negatieve breuken optellen en aftrekken.
  • Aan de slag!

Slide 2 - Slide

Terugblikken
Voor delen met negatieve getallen geldt:



Slide 3 - Slide

Leerdoel van vandaag
Je kunt berekeningen maken met negatieve breuken.

Slide 4 - Slide


Hoofdstuk 2 Rekenen

2.5 Negatieve breuken

Slide 5 - Slide

Waar gaat de les over?
Deze les hoort bij 2.5 A + B Negatieve breuken vereenvoudigen + optellen en aftrekken


Leerdoel:
Aan het eind van de les kun je ook met negatieve breuken rekenen.

Slide 6 - Slide

Negatieve breuken vereenvoudigen
Vereenvoudig


2718

Slide 7 - Slide

Negatieve breuken vereenvoudigen
Vereenvoudig

Stap 1: zet het minteken vóór de breuk
2718
2718

Slide 8 - Slide

Negatieve breuken vereenvoudigen
Vereenvoudig

Stap 1: zet het minteken vóór de breuk

Stap 2: vereenvoudig de breuk 
2718
2718
2718=96=32

Slide 9 - Slide

Helen uit een negatieve breuk halen
Vereenvoudig



 
924

Slide 10 - Slide

Helen uit een negatieve breuk halen
Vereenvoudig

Stap 1: laat de mintekens weg

 
924
924

Slide 11 - Slide

Helen uit een negatieve breuk halen
Vereenvoudig

Stap 1: laat de mintekens weg

Stap 2: haal de helen uit de breuk 
924
924
924=38=232
Je mag ook eerst de helen eruit halen en dan vereenvoudigen.

Slide 12 - Slide

Samen oefenen!
4224=2112=74
6072=1012=1102=151
1
2

Slide 13 - Slide

Negatieve breuken optellen en aftrekken
Gelijknamige breuken mag gelijk.


115+113=

Slide 14 - Slide

Negatieve breuken optellen en aftrekken
Gelijknamige breuken mag gelijk.

Stap 1: verhuis de min naar boven 


115+113=
115+113=

Slide 15 - Slide

Negatieve breuken optellen en aftrekken
Gelijknamige breuken mag gelijk.

Stap 1: verhuis de min naar boven 

Stap 2: tellers optellen


115+113=
115+113=
115+3=112

Slide 16 - Slide

Negatieve breuken optellen en aftrekken
Gelijknamige breuken mag gelijk.

Stap 1: verhuis de min naar boven 

Stap 2: tellers optellen

Stap 3: zet de min weer vóór de breuk
115+113=
115+113=
115+3=112
112

Slide 17 - Slide

Negatieve breuken optellen en aftrekken
Niet gelijknamige breuken -> eerst gelijknamig maken






9265=

Slide 18 - Slide

Negatieve breuken optellen en aftrekken
Niet gelijknamige breuken -> eerst gelijknamig maken

Stap 1: verhuis de min naar boven 




9265=
9265=

Slide 19 - Slide

Negatieve breuken optellen en aftrekken
Niet gelijknamige breuken -> eerst gelijknamig maken

Stap 1: verhuis de min naar boven 

Stap 2: gelijknamig maken


9265=
9265=
1841815=18415=1819

Slide 20 - Slide

Negatieve breuken optellen en aftrekken
Niet gelijknamige breuken -> eerst gelijknamig maken

Stap 1: verhuis de min naar boven 

Stap 2: gelijknamig maken

Stap 3: zet de min weer vóór de breuk
                en vereenvoudig
9265=
9265=
1841815=18415=1819
1819=1181

Slide 21 - Slide

Samen oefenen!
5254=5254=524=56=151
1
76+43=76+43=2824+21=283=283
2

Slide 22 - Slide

Nu zelf aan de slag!
  • Aan de slag met de huiswerkopgaven: 89 t/m 95
  • Klaar? start met de oefentoets.
timer
15:00

Slide 23 - Slide