Herhaling criminaliteit

Hoofdstuk 7.1
Wat is criminaliteit?
1 / 20
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 7.1
Wat is criminaliteit?

Slide 1 - Slide


Asociaal gedrag: geen rekening houden met anderen. 
Criminaliteit: het plegen van misdrijven.

Overtreding: strafbare feiten die minder erg zijn (wildplassen, burenoverlast)
            
Misdrijf: ernstige strafbare feiten (vernieling, verkrachting, diefstal)

            Zwaardere straffen
            Veroordeelde krijgt een strafblad (lijst met misdrijven waarvoor je bent gestraft)
            Je wordt door de politie verhoord

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Hoofdstuk 7.2
Oorzaken van criminaliteit

Slide 4 - Slide

Risicofactoren: dingen die het risico vergroten dat iemand crimineel wordt, zoals: 

  • (Slechte of onveilige) opvoeding: ouders kunnen het verkeerde voorbeeld geven. 
  • Groepsgedrag of verkeerde vrienden: meedoen uit angst om er niet bij te horen.
  • Alcohol of drugsgebruik: je doet dingen die je nuchter niet zou doen. 
  • Spijbelen en schooluitval: worden hangjeugd, stelen vaker. 
  • Biologische factoren: agressie stoornis bijv. 

Slide 5 - Slide

Maatschappelijke oorzaken; 

  • Slechte leefomstandigheden: in armere wijken vaak meer criminaliteit. 
  • Minder strenge normen dan vroeger: nu normaal om een fiets terug te stelen
  • Weinig controle: veel mensen zeggen of doen niets als ze iets zien

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Hoofdstuk 7.3
Opgepakt... en dan?

Slide 8 - Slide

Je bent een verdachte als de politie denkt dat je iets strafbaars hebt gedaan

Wanneer je verdacht wordt, mag de politie een paar dingen doen; 
  • Fouilleren: kleding en lichaam worden onderzocht
  • Arresteren: mee naar het bureau voor verhoor. 
  • Huis doorzoeken: zoeken naar bewijsmateriaal (alleen met toestemming!). 

Klaar met het onderzoek? Proces verbaal wordt geschreven! Een politieverslag waarin alle informatie staat over het misdrijf en de verdachte. 

De Officier van Justitie (OvJ) beslist wat er met de verdachte gaat gebeuren. 
  • Seponeren (waarschuwen), schikken (boete), vervolgen (naar de rechter!)

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Hoofdstuk 7.4
Schuldig of onschuldig

Slide 11 - Slide

Hoe verloopt een rechtszaak? 

  1. Controleren persoonsgegevens: naam, adres, geboortedatum... 
  2. Aanklacht OvJ: waar wordt de verdachte van beschuldigd? 
  3. Vragen stellen verdachte: OvJ, advocaat en rechter stellen vragen: wat heb je gedaan?
  4. Vragen stellen getuigen: OvJ, advocaat en rechter stellen vagen: wat heb je gezien? 
  5. OvJ legt uit waarom verdachte schuldig is, en eist een straf. 
  6. Advocaat legt uit waarom verdachte onschuldig is, of eist een lagere straf. 
  7. Laatste woord: verdachte mag zeggen dat hij spijt heeft. 
  8. Vonnis: de rechter doet een uitspraak. 

Belangrijkste personen? 
Verdachte, advocaat, OvJ en rechter !

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Welke straffen kan de rechter geven? 

  • Een geldboete. 
  • Een gevangenisstraf: max. 30 jaar of levenslang. 
  • Een taakstraf: vuilnis oprapen, helpen in bejaardentehuis. 
  • TBS: bij een geestelijke afwijking. 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Hoofdstuk 7.5
Hoe pakken we criminaliteit aan? 

Slide 16 - Slide

Het doel van straffen?
  • Wraak: voor slachtoffers en nabestaanden.
  • Afschrikken: als je weet dat de boete hoog is, doe je iets minder snel. 
  • Samenleving wordt veiliger: als ze vast zitten kunnen ze niet stelen / moorden. 
  • Gedrag verbeteren (heropvoeding): het opnieuw aanleren van normen en waarden. 

Wat zegt de politiek? 
  • Rechts (PVV, VVD): Repressie! Criminaliteit hard aanpakken! (hogere straffen, meer politie)
  • Links (GL, SP): Preventie! Criminaliteit voorkomen! (meer toezicht, jongeren helpen)

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Toevoegen!

1: Opdr. 5/6  + Samenvatting
2: Opdr 4 + Samenvatting
3: Opdr 4 + Samenvatting
4: Opdr 10 + samenvatting
5: Opdr 5/6 + samenvatting

Slide 20 - Slide