reacties

Chemische reactie
1 / 40
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Chemische reactie

Slide 1 - Slide

Sublimeren
Mengen
Chemische reactie
Scheiden
Stollen

Slide 2 - Drag question

Atoombalans
  • Aantal en soort atomen voor en na de reactie zijn gelijk.
  • 'Kloppend maken' betekent de atoombalans kloppend maken.
  • Coëfficiënten in reactievergelijking veranderen, nooit de index! 

Slide 3 - Slide

reactie schema = met namen
zuurstof (g)   + waterstof (g)  --> water (l)

reactie vergelijking
  = met formules
O2   +  2 H2 -> 2 H2O
kloppend maken

Slide 4 - Slide

Regels kloppend maken
  • voor en na de pijl moeten van elke 
      atoomsoort evenveel atomen zijn
  •  aan de moleculen zelf
       mag je niets veranderen
       (de index verandert niet)
  •  als je op een half getal uitkomt
       voor de moleculen, doe je alle
       getallen (coefficienten) keer 2 

Slide 5 - Slide

1:  reactie schema
methaan + zuurstof --> koolstofdioxide  + water
    2: met formules:                                   CH + O --> CO2  + H2O
      3: kloppend maken:                                                                                   
4: fase aanduiding                                                                            

Slide 6 - Slide

stap 1:   reactie schema:       koper + zuurstof --> koperoxide
  stap 2:   met formules:                           Cu   +  O2  --> CuO                 stap 3:  kloppend maken                 2 Cu  +   O2  -->  2 CuO      
   stap 4:                     fase aanduiding                                                                                                                                              

Slide 7 - Slide

Welke getallen mag je aanpassen om een reactievergelijking kloppend te maken?
A
De coefficienten
B
De index
C
De coefficienten en de index
D
De coefficienten en de index van de producten

Slide 8 - Quiz

Welke coefficienten moet je invullen om de reactie kloppend te maken?

....P(s)+....Cl2....PCl5
A
1/2/5
B
2/5/2
C
2/2/5
D
1/5/2

Slide 9 - Quiz

Welke coëfficiënten moet je invullen om de vergelijking kloppend te maken?

....H2O+....F2....HF+....O2
A
1 - 1 - 2 - 1
B
2 - 2 - 2 - 1
C
2 - 2 - 4 - 2
D
2 - 2 - 4 - 1

Slide 10 - Quiz

Wat moet er voor CO2 staan om de reactie kloppend te maken?

C6H12O6(s)+6O2(g)6H2O(g)+....CO2(g)
A
12
B
6
C
3
D
4

Slide 11 - Quiz

Ontleding
Bij een ontleding verdwijnt er 1 stof en ontstaan er 2 of meer nieuwe stoffen

Voorbeeld:
water (l)--> waterstof(g) + zuurstof(g)

Slide 12 - Slide

de ontleding van water
  • molecuulformule water: H2O(l)
  • de 2 is hier de index van H
  • die geeft: in 1 molecuul water zitten  2 atomen waterstof 
  • de stof waterstof=H2(g)
  • de stof zuurstof= O2(g)
  • de stof O bestaat niet
  • dus moet je minstens 2 moleculen water ontleden

Slide 13 - Slide

de ontleding van water
  • molecuulformule water: H2O(l)
  • de 2 is hier de index van H
  • die geeft: in 1 molecuul water zitten  2 atomen waterstof 
  • de stof waterstof=H2(g)
  • de stof zuurstof= O2(g)
  • de stof O bestaat niet
  • dus moet je minstens 2 moleculen water ontleden

Slide 14 - Slide

de ontleding van water
  • molecuulformule water: H2O(l)
  • de 2 is hier de index van H
  • die geeft: in 1 molecuul water zitten  2 atomen waterstof 
  • de stof waterstof=H2(g)
  • de stof zuurstof= O2(g)
  • de stof O bestaat niet
  • dus moet je minstens 2 moleculen water ontleden

Slide 15 - Slide

de ontleding van water
  • molecuulformule water: H2O(l)
  • de 2 is hier de index van H
  • die geeft: in 1 molecuul water zitten  2 atomen waterstof 
  • de stof waterstof=H2(g)
  • de stof zuurstof= O2(g)
  • de stof O bestaat niet
  • dus moet je minstens 2 moleculen water ontleden

Slide 16 - Slide

de ontleding van water
  • molecuulformule water: H2O(l)
  • de 2 is hier de index van H
  • die geeft: in 1 molecuul water zitten  2 atomen waterstof 
  • de stof waterstof=H2(g)
  • de stof zuurstof= O2(g)
  • de stof O bestaat niet
  • dus moet je minstens 2 moleculen water ontleden

Slide 17 - Slide

de ontleding van water
  • molecuulformule water: H2O(l)
  • de 2 is hier de index van H
  • die geeft: in 1 molecuul water zitten  2 atomen waterstof 
  • de stof waterstof=H2(g)
  • de stof zuurstof= O2(g)
  • de stof O bestaat niet
  • dus moet je minstens 2 moleculen water ontleden

Slide 18 - Slide

de ontleding van water
  • molecuulformule water: H2O(l)
  • de 2 is hier de index van H
  • die geeft: in 1 molecuul water zitten  2 atomen waterstof 
  • de stof waterstof=H2(g)
  • de stof zuurstof= O2(g)
  • de stof O bestaat niet
  • dus moet je minstens 2 moleculen water ontleden

Slide 19 - Slide

de ontleding van water
  • molecuulformule water: H2O(l)
  • de 2 is hier de index van H
  • die geeft: in 1 molecuul water zitten  2 atomen waterstof 
  • de stof waterstof=H2(g)
  • de stof zuurstof= O2(g)
  • de stof O bestaat niet
  • dus moet je minstens 2 moleculen water ontleden

Slide 20 - Slide

Wat is het coëfficiënt van
deze molecuulformule?
4 SO3
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 21 - Quiz

Hoeveel atomen bevat
1 molecuul?
4 SO3
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 22 - Quiz

Hoeveel elementen bevat
dit molecuul?
4 SO3
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 23 - Quiz

Wat is de scheikundige naam
van deze stof?
4 SO3
timer
0:30
timer
2:00

Slide 24 - Open question

Geef de molecuulformule van
deze stof
distikstofmonosulfide
timer
2:00

Slide 25 - Open question

Waar staat het Griekse telwoord penta voor?
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 26 - Quiz

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
Chemische reacties:
1. Beginstoffen veranderde in reactieproducten
2. Een reactie is niet omkeerbaar



Slide 27 - Slide

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
Chemische reacties:
1. Beginstoffen veranderde in reactieproducten
2. Een reactie is niet omkeerbaar


Atomen in een molecuul worden anders gerangschikt. 

Slide 28 - Slide

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
1. Vormingsreacties
    2 of meer beginstoffen --> 1 of meer reactieproducten


Slide 29 - Slide

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
1. Vormingsreacties
    2 of meer beginstoffen --> 1 of meer reactieproducten

2. Verbrandingsreacties (H5)
    brandstof + zuurstof --> oxides


Slide 30 - Slide

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
1. Vormingsreacties
    2 of meer beginstoffen --> 1 of meer reactieproducten

2. Verbrandingsreacties (H5)
    brandstof + zuurstof --> oxides

3. Ontledingsreacties
    1 beginstof --> 2 of meerdere reactieproducten

Slide 31 - Slide

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
Reactieschema
Dit is in woorden uitgelegd wat er gebeurt. Hierbij noem je de fases.

bv. als aardgas wordt verbrand reageert deze met zuurstof tot koolstofdioxide en water. 

    aardgas (g) + zuurstof  (g) --> koolstofdioxide (g) + water (l)

Slide 32 - Slide

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
Reactievergelijking
Dit is in molecuulformules uitgelegd wat er gebeurt. 

Slide 33 - Slide

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
Reactievergelijking
Dit is in molecuulformules uitgelegd wat er gebeurt. 

1. Leren, bron 4 & 5 blz. 84.

Claire Fiets Naar Haar Oma In Brussel

Slide 34 - Slide

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
Reactievergelijking
    aardgas (g) + zuurstof  (g) --> koolstofdioxide (g) + water (l)
     CH4             +       O2            -->      CO2                        +   H2O

Slide 35 - Slide

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
Reactievergelijking
    aardgas (g) + zuurstof  (g) --> koolstofdioxide (g) + water (l)
     CH4             +       O2            -->      CO2                        +   H2O

Slide 36 - Slide

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
Reactievergelijking
    aardgas (g) + zuurstof  (g) --> koolstofdioxide (g) + water (l)
     CH4             +       O2            -->      CO2                        +   H2O

Slide 37 - Slide

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
Reactievergelijking
    aardgas (g) + zuurstof  (g) --> koolstofdioxide (g) + water (l)
     CH4             +       2 O2          -->      CO2                        +   2 H2O

Slide 38 - Slide

Scheikunde | 3 mavo | Chemie in het klein
Reacties
Reactievergelijking
    aardgas (g) + zuurstof  (g) --> koolstofdioxide (g) + water (l)
     CH4             +       2 O2          -->      CO2                        +   2 H2O

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Link