§ 4.8 Verbeteren van de leefbaarheid

Leerdoelen
  • Je weet op welke manieren de Nederlandse landelijke en lokale overheden de leefbaarheid in wijken en buurten proberen te verbeteren.
1 / 15
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Leerdoelen
  • Je weet op welke manieren de Nederlandse landelijke en lokale overheden de leefbaarheid in wijken en buurten proberen te verbeteren.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Opdracht 1
a Positief kenmerk: er is een sportveld, er is openbaar groen.
Negatief kenmerk: de etagebouw (kleine, goedkope galerijflats).
b De politiek wil niet spreken van probleemwijken, want daarmee geef je indirect ook een negatief oordeel over de bewoners.
c Eigen antwoord.
Bijvoorbeeld: ja, want als een wijk steeds een probleemwijk wordt genoemd, voelen de bewoners zichzelf ook negatief beoordeeld.
Of: nee, want ook als je spreekt over aandachtswijken, weten de bewoners toch wel dat er eigenlijk probleemwijk wordt bedoeld. 

Slide 7 - Slide

Opdracht 1
d Eigen antwoord.

Bijvoorbeeld: ja, want als jongeren uit de buurt bij de politie gaan werken, zal dat gunstig zijn voor de bestrijding van criminaliteit. Zij kennen de buurt namelijk het beste en ze kunnen een voorbeeldfunctie vervullen.
Of: nee, want jongeren laten zich door zo’n campagne niet beïnvloeden en willen geen politieagent worden in de eigen wijk omdat ze dan tegen bekende inwoners moeten optreden. 

Slide 8 - Slide

Opdracht 2
a D

b Na de Tweede Wereldoorlog groeide de bevolking hard. Hierdoor was er woningnood. Omdat de gemiddelde welvaart bovendien nog laag was, moesten er veel goedkope woningen gebouwd worden.
c Gemeenten zijn bang voor een slecht imago van hun stad.
d Aandachtswijken krijgen extra geld van de overheid om de leefbaarheid te verbeteren. 


Slide 9 - Slide

Opdracht 3
a Zowel bij stadsvernieuwing als herstructurering is er sprake van het verbeteren van de fysieke leefbaarheid.

b Bij herstructurering is ook aandacht voor verbetering van de sociale leefbaarheid. 

Slide 10 - Slide

Opdracht 3
c Door naast goedkope woningen ook duurdere (koop)woningen te bouwen, zullen ook mensen met hogere inkomens in de wijk blijven of komen wonen. Mensen met hogere inkomens hebben over het algemeen een positieve invloed op de (fysieke en) sociale leefbaarheid in een wijk. (Toelichting: Ze zijn bijvoorbeeld gemiddeld hoger opgeleid, hebben vaker een baan, zijn minder betrokken bij criminaliteit en onderhouden hun huizen beter.) 

Slide 11 - Slide

Opdracht 4
a Als meer mensen eigenaar zijn van hun woning, voelen ze zich meer betrokken bij hun woning én bij de wijk. Ze zullen hun woning beter onderhouden, wat bijdraagt aan een betere fysieke leefbaarheid. Doordat huiseigenaren zich meer willen inzetten voor hun wijk, neemt ook de sociale leefbaarheid toe.
b Als mensen hulp krijgen bij de opvoeding, kunnen problemen met de kinderen in een vroeg stadium geholpen worden. Dit verkleint de kans op bijvoorbeeld schooluitval en de kans dat kinderen in de criminaliteit belanden. 

Slide 12 - Slide

Opdracht 5
a Ondanks een gemiddeld lage leefbaarheidsscore in de aandachtswijken is een deel van de bewoners positief over de leefbaarheid.

b Als de leefbaarheid alleen afhankelijk was van de genomen maatregelen, zou de leefbaarheid sinds 1998 alleen maar verbeterd zijn. Maar tussen 2002 en 2006 nam de leefbaarheid af. Blijkbaar waren er toen andere oorzaken die de leefbaarheid negatief beïnvloedden. 

Slide 13 - Slide

Opdracht 5
c Argument vóór: in 2014 was bijna de helft van de bewoners van de aandachtswijken matig positief tot uiterst positief over de leefbaarheid. Als de helft van de bewoners positief is, kun je eigenlijk niet meer spreken over probleemwijken.
Argument tegen: het gaat om gemiddelde scores. In de Schilderswijk was bijvoorbeeld nog ruim 98% van de bewoners niet tevreden met de leefbaarheid. Bovendien kunnen er ondanks de verbeterde leefbaarheid nog steeds problemen in de wijken zijn. 

Slide 14 - Slide

Opdracht 6
a ‒ Deze wijken liggen vlak bij het centrum, waar veel voorzieningen zijn.
‒ De huizen waren er betaalbaar.
b Deze wijken liggen verder van het centrum en er zijn weinig voorzieningen. De hoogbouw is weliswaar goedkoop, maar biedt minder mogelijkheden om er aantrekkelijke woningen van te maken.
c Door gentrification stijgt de waarde van de woningen en neemt de leefbaarheid toe. Dit trekt meer mensen met een hoger inkomen, die er op hun beurt weer voor zorgen dat de wijk er fysiek, sociaal en economisch nog meer op vooruitgaat. 

Slide 15 - Slide