Herhaling

Bij wie is een uitzendkracht in dienst?
A
De opdrachtgever
B
Het uitzendbureau
1 / 22
next
Slide 1: Quiz
HandelMBOStudiejaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Bij wie is een uitzendkracht in dienst?
A
De opdrachtgever
B
Het uitzendbureau

Slide 1 - Quiz

De uitzendkracht is juridisch in dienst van het uitzendbureau. Het uitzendbureau loopt alle risico's en doet de betalingen van de salarissen richting de werknemer
Bij wie is een gedetacheerde in dienst?
A
De werkgever die uitleent
B
De werkgever die inleent

Slide 2 - Quiz

Een gedetacheerde hoeft niet altijd bij het uitzendbureau ingeschreven te staan. Ook werknemers van reguliere bedrijven kunnen hun personeel detacheren bij een ander bedrijf. 
Wat is de essentie van payroll?
A
De werving en selectie voert de werkgever uit
B
De werving en selectie doet het uitzendbureau

Slide 3 - Quiz

het uitzendbureau doet de salarisadministratie en heeft de juridische verplichtingen richting de werknemer
Noem de (3) werknemersverzekeringen

Slide 4 - Mind map

WW
WIA
Ziektewet


UWV verzorgt ook de uitkeringen van de Wajong
Toeslagenwet
IOW
IOAW
Welke van onderstaande arbeidsmarktfactoren is beïnvloedbaar
A
Leeftijd
B
Geslacht
C
Gezondheid
D
Motivatie

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Vanaf welke leeftijd moet je betaald krijgen op grond van de WML?
A
16 jaar
B
15 jaar
C
17 jaar
D
18 jaar

Slide 6 - Quiz

Wet minimumloon en vakantiegeld
De werkloosheid die ontstaat als beroepen blijvend verdwijnen
A
structurele werkloosheid
B
conjuncturele werkloosheid
C
seizoenswerkloosheid
D
frictiewerkloosheid

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

De werkloosheid die ontstaat door economische oorzaken
A
structurele werkloosheid
B
conjuncturele werkloosheid
C
seizoenswerkloosheid
D
frictiewerkloosheid

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

De werkloosheid die ontstaat door de tijd die mensen nodig hebben om na ontslag in een andere functie te kunnen werken
A
structurele werkloosheid
B
conjuncturele werkloosheid
C
seizoenswerkloosheid
D
frictiewerkloosheid

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat verstaan we onder functionele mobiliteit
A
Iemand kan makkelijk reizen voor zijn werk
B
Iemand is goed gezond waardoor hij veel werk kan verzetten
C
Iemand is breed inzetbaar qua werkzaamheden
D
Iemand is zeer gemotiveerd

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Mark volgt een mbo-opleiding omdat hij een nieuw beroep wil leren.
A
Herscholing
B
Omscholing
C
Bijscholing

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Mark volgt een mbo-opleiding omdat hij een tijd een ander beroep heeft gedaan dan waar hij eerst voor heeft geleerd. Hij wil nu toch in dat eerste beroep gaan werken.
A
Herscholing
B
Omscholing
C
Bijscholing

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Mark is mig-mag lasser, maar wil ook graag als CO2-lasser ingezet kunnen worden omdat daar vooral veel werk in is. Hij volgt daarvoor een opleiding op een ROC.
A
Herscholing
B
Omscholing
C
Bijscholing

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Mark is mig-mag lasser. Hij volgt een training waarin hem wordt uitgelegd wat de nieuwe veiligheidsrichtlijnen voor dit werk zijn.
A
Herscholing
B
Omscholing
C
Bijscholing

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Hoe lang duurt het vmbo wanneer je niet blijft zitten?
A
3 jaar
B
4 jaar
C
5 jaar

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Hoe lang duurt de havo wanneer je niet blijft zitten?
A
3 jaar
B
4 jaar
C
5 jaar
D
6 jaar

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Hoe lang duurt het vwo wanneer je niet blijft zitten?
A
3 jaar
B
4 jaar
C
5 jaar
D
6 jaar

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Wilma werkt in de zorg
A
primair
B
secundair
C
tertiair
D
quartair

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Thomas is aardappelteler
A
primair
B
secundair
C
tertiair
D
quartair

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Martha is junior accountmanager
A
primair
B
secundair
C
tertiair
D
quartair

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Sara is intercedent
A
primair
B
secundair
C
tertiair
D
quartair

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Klaas werkt in de koekjesfabriek
A
primair
B
secundair
C
tertiair
D
quartair

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions