Par 1.5 rekenen met exp

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Welkom

Welkom

Vandaag

Terugblik vorige les

Basis vaardigheden exponentiële groei

Je leert hoe je de groeifactor omzet naar een groeifactor bij een grotere tijdseenheid.

Exponentiele groei

Waar kennen we deze groei van in de praktijk?

Exponentiele groep

Corona groei

R = groeifactor

We wilde het getal onder de 1 hebben, maar waarom?

R = groeifactor

We wilde het getal onder de 1 hebben, maar waarom?

Check leerdoelen

Enkele vragen om te checken waar je staat: 

Je kan exponentiele groei herkennen in een tabel

Je begrijpt wat exponentiele groei inhoud

Je kan een formule opstellen

Check leerdoelen

Groeifactor

Reproductie getal (corona)

De R (de groeifactor) ligt nu op 0,91

stijgt of daalt de groei dan? 

Als dit doorzet, wat betekent dit dan? 

Stel de formule op

De groei van algen in een vijver is exponentioneel.

per week groeien de algen met 12%

Aan het begin van de week was er 14 vierkante meter bedekt

Stel een formule op.

Hoeveel vierkante meter is er na 3 weken bedekt?

Als je meer dan 1 opg fout had

Sluit bij mij aan na de centrale instructie

Je leert hoe je de groeifactor omzet naar een groeifactor bij een grotere tijdseenheid.

Groeifactor per 12 uur = 2

Groeifactor per 24 uur = 2 x 2

Groeifactor 36 uur = 2 x 2 x 2

Groeifactor  48 uur = .....

Of wel 

groeifactor per 48 uur is

Spelen met de groeifactor 

Groeifactor per 12 uur = 2

Groeifactor per 24 uur = 2 x 2

Groeifactor 36 uur = 2 x 2 x 2

Groeifactor  48 uur = .....

Of wel 

groeifactor per 48 uur is

Extra uitleg of aan de slag

Meer dan 1 opg fout?

Sluit dan bij mij aan. 

Aan de slag Par 1.5

Ondersteunend:  34, O35, 36, 37, O38, 38

Doorlopend: 34, 35, 36, 37, 38, 39

Uitdagend: 34, 36, 37, 38, 39, U8, U9

Werk rutig

Kijk je werk na

Ik loop langs om het huiswerk van vorige week te bespreken

Afsluiting

Tabel is dit exponentiële groei?

Zo ja maak een formule!

Vergelijking opstellen

y = ax + b

y = 0,25x + 6

y = -0,5x + 3

Zet de vergelijkingen tegenover elkaar. Los op

Waar is grafiek k groter dan grafiek n?

Huiswerk voor dinsdag

Ondersteunend:  34, O35, 36, 37, O38, 38

Doorlopend: 34, 35, 36, 37, 38, 39

Uitdagend: 34, 36, 37, 38, 39, U8, U9