Kenleer Kant

1 / 14
next
Slide 1: Slide
FilosofieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Lesdoel: ik kan Kant's transcendentaal argument verklaren en inhoudelijk uitleggen.
A
ik schud het perfecte antwoord uit mijn mouw
B
dat gaat mij lukken
C
met heel veel moeite en oefening kom ik er wel
D
dit is voor mij een onmogelijke opgave

Slide 2 - Quiz

Lesdoel: ik kan Kant's indeling van cognitieve (kennis) uitspraken toepassen.
A
ik schud het perfecte antwoord uit mijn mouw
B
dat gaat mij lukken
C
met heel veel moeite en oefening kom ik er wel
D
dit is voor mij een onmogelijke opgave

Slide 3 - Quiz

Uit welk tijdvak / historische periode is Kant een filosoof?

Slide 4 - Open question

Lees de tekst over Kant's leven.
Vraag 1: fun fact

Slide 5 - Open question

Wat is een 'Ding-an-Sich'?
A
een wereld in zichzelf
B
een bewustzijn
C
objecten in een buitenwereld
D
objecten in een binnenwereld

Slide 6 - Quiz

Wat is de noumenale en wat is de fenomenale wereld?

Slide 7 - Open question

Hoe maakt de ene de andere wereld mogelijk? Leg uit. (daarom transcendentaal argument!)

Slide 8 - Open question

Leg nu in eigen woorden uit of kennis mogelijk is volgens Kant. (antwoord vraag 2)

Slide 9 - Open question

'Het regent!'
Hoe deelt Kant deze uitspraak in?
A
Analytisch a priori
B
Analytisch a posteriori
C
Synthetisch a priori
D
Synthetisch a postriori

Slide 10 - Quiz

'De vrijgezel is ongehuwd.'
Hoe deelt Kant deze uitspraak in?
A
Analytisch a priori
B
Analytisch a posteriori
C
Synthetisch a priori
D
Synthetisch a postriori

Slide 11 - Quiz

'5 + 7 = 12'
Hoe deelt Kant deze uitspraak in?
A
Analytisch a priori
B
Analytisch a posteriori
C
Synthetisch a priori
D
Synthetisch a postriori

Slide 12 - Quiz

Welk indeling is foutief?
A
Analytisch a priori
B
Analytisch a posteriori
C
Synthetisch a priori
D
Synthetisch a postriori

Slide 13 - Quiz

Lesdoel: ik kan Kant's transcendentaal argument verklaren en inhoudelijk uitleggen.
A
nailed it!
B
almost there
C
wat ga ik nog doen?
D
Help!

Slide 14 - Quiz