8.4 Eenheden van snelheid

Hoofdstuk 8: Getallen
1 / 29
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 8: Getallen

Slide 1 - Slide

Planning
- Snelheid omrekenen
- Aan de slag!
- Examenopdrachten 
- Vooruitblik

Slide 2 - Slide

Afronden 8.3 

Slide 3 - Slide

Afronden 8.3 

Slide 4 - Slide

Afronden 8.3 

Slide 5 - Slide

Afronden 8.3 

Slide 6 - Slide

Leerdoelen voor vandaag
Je weet hoe je...
- Van m/s naar km/uur kan rekenen
- Van km/uur naar m/s kan rekenen

Slide 7 - Slide

8.5 Eenheden voor snelheid
M/s wat betekent dat?
km/uur wat betekent dat?


Slide 8 - Slide

8.5 Eenheden voor snelheid
Van m/s naar km/uur = : 1000 (naar meter) x 3600 (naar uur)
Van km/uur naar m/s = x 1000 (naar meter) : 3600 (naar seconde)

1 m/s : 1000 = 0,001 km/s x 3600 seconde = 3,6


Slide 9 - Slide

8.5 Eenheden voor snelheid
Van m/s naar km/uur = : 1000 (naar meter) x 3600 (naar uur)
Van km/uur naar m/s = x 1000 (naar meter) : 3600 (naar seconde)


m/s
km/uur
x 3,6
: 3,6

Slide 10 - Slide

Uitleg: snelheid berekenen
M/s: Meter per 1 seconde
Km/uur: Kilometer per 1 uur

Bij snelheid berekenen gebruiken we altijd Meters en seconde. Heb je nog een aantal minuten of uren? Reken eerst om naar seconde.

Slide 11 - Slide

Snelheid
Snelheid berekenen met de volgende formule:






afstand = tijd x snelheid

tijd = afstand / snelheid

Slide 12 - Slide

m/s berekenen
Soms moet je eerst m/s of km/u berekenen voor je het ezelsbruggetje kunt gebruiken. 

Bijvoorbeeld: Sven schaatst 1500 meter in 131,2 seconden. 
1. Bereken de snelheid in m/s
2. Bereken de snelheid in km/u

Slide 13 - Slide

Stopwatch
01:01:01 
één uur, één minuut, één seconden

03:12:35
drie uren, 12 minuten en 35 seconden 

Slide 14 - Slide

herhaling 

Snelheid berekenen

Slide 15 - Slide

Snelheid berekenen 
m/s is m:s

Slide 16 - Slide

Wat is de definitie van m/s?
A
het aantal meters dat ik loop
B
het aantal meters dat ik in totaal van mijn leven gelopen heb
C
het aantal seconden dat ik loop over een meter
D
het aantal meter per 1 seconde

Slide 17 - Quiz

Een auto rijdt met een snelheid van 105 km/u.
Wat is de snelheid in m/s
A
32,8 m/s
B
378 m/s
C
29,2 m/s
D
35 m/s

Slide 18 - Quiz

Je snelheid is 3,5 m/s en legt een afstand af van 1225 meter.
Hoe lang doe je over deze afstand?
A
1225 x 3,5 = 4287,5 seconden
B
1225 : 3,5 = 350 seconden
C
1,225 : 3,5 = 0,35 seconden
D
3,5 x 3,6 = 12,6 seconden

Slide 19 - Quiz

Je fietst 12,6 km/uur, hoeveel m/s is dat?

Slide 20 - Open question

Fred loopt de 400 m in 54 seconde. Wat is zijn snelheid in km/u?

Slide 21 - Open question

695 meter in 25 seconden
wat is de snelheid in m/s?

Slide 22 - Open question

Je rent 600 meter in 50 seconden. Wat is je snelheid in m/s?

Slide 23 - Open question

Roland schaatst de 500 meter in 44,8 seconden. Bereken zijn snelheid in km/uur. Rond af op 1 decimaal. Schrijf je berekening op.

Slide 24 - Open question

Sibren komt na 3,5 km over de finish in een tijd van 14 minuten en 15 seconden.
Bereken in twee decimalen zijn gemiddelde snelheid in m/s.
timer
3:00

Slide 25 - Open question

Aan de slag

Paragraaf 8.4 
timer
20:00

Slide 26 - Slide

Bespreken 8.3 + 8.4

Slide 27 - Slide

Examenopdrachten

Slide 28 - Slide

Bespreken 

Slide 29 - Slide