Oefenen repetitie hoofdstuk 9

Hiervan wordt je rustig.
Deze stimuleren je.
Deze werken hallucinerend.
Deze zijn verslavend en verwoesten je lichaam.
hasj
heroïne
Xtc-pillen
cocaïne
koffie
tabak
cocaïne
heroïne
hasj
heroïne
cocaïne
Xtc-pillen
1 / 21
next
Slide 1: Drag question
Biologie

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Hiervan wordt je rustig.
Deze stimuleren je.
Deze werken hallucinerend.
Deze zijn verslavend en verwoesten je lichaam.
hasj
heroïne
Xtc-pillen
cocaïne
koffie
tabak
cocaïne
heroïne
hasj
heroïne
cocaïne
Xtc-pillen

Slide 1 - Drag question

Wat hoort bij wat?
Nicotine
Teer
Koolstofmonoxide
verslavende stof
Neemt de plaats van zuurstof in, in je bloed, hierdoor krijgen cellen minder zuurstof en ben je sneller vermoeid.
Plakt aan de trilhaartjes en beschadigt het slijmvlies in je longen.

Slide 2 - Drag question

Glucose
Glycogeen
Glucagon
Insuline

Slide 3 - Drag question

Glucose






Glycogeen
Glucose






Glycogeen
Insuline
glucagon

Slide 4 - Drag question

Poortader
Leverader
Leverslagader

Slide 5 - Drag question

Glucose -> Glycogeen
Glycogeen -> Glucose
Insuline
Glucagon

Slide 6 - Drag question

Verbind de juiste namen bij de onderdelen van de nier.
Nierkelkje
Nierschors
Urineleider
Nierslagader
Nierbekken
Nierader
Niermerg

Slide 7 - Drag question

Haar
Hoornlaag
Kiemlaag
Lederhuid
Bloedvat
Talgklier
Zweetklier
Haarzakje

Slide 8 - Drag question

Bij een hoge lichaamstemperatuur
Bij een lage lichaamstemperatuur
Kippenvel
Zweet produceren
Geen zweet produceren
Bloedvaten vernauwen
Bloedvaten verwijden
Meer verbranding
Minder verbranding

Slide 9 - Drag question

Bloedplaatjes
Rode bloedcellen
Witte bloedcellen
Bloedstolling
Afweer
Zuurstof vervoeren
Hemoglobine
Antistoffen maken
Antigenen
Fibrinogeen

Slide 10 - Drag question

Antigenen
Antistoffen
zitten aan buitenkant van ziekteverwekkers
worden afgegeven door witte bloedcellen
hechten aan ziekteverwekkers

Slide 11 - Drag question

Allergie
Immuun
Antistoffen
Infectie
Ziekteverwekker
Virus, bacterie of schimmel
beschermd tegen infectieziekten
Ziekteverwekkers die binnen het lichaam zijn en gaan vermenigvuldigen
Overgevoeligheid voor bepaalde stoffen
maakt ziekteverwekker onschadelijk

Slide 12 - Drag question

Het verloop van een infectie ziekte. Zet het verloop in de goede volgorde.

Slide 13 - Drag question

Iemand is verkouden en hoest. Jij ademt de lucht in en krijgt de _______.
Dit is de fase van _______.

De _______ zijn de dagen dat de verkoudheidsvirussen al wel je lichaam aantasten en zich _______, maar je voelt je nog niet ziek.

Inmiddels is je _______ geactiveerd en al druk bezig de ziekte te bestrijden.
Ziek worden: verkouden (1)
Sleep de woorden naar de juiste plek.
Vermenigvuldigen
Incubatietijd
Besmetting
Afweersysteem
Verkoudheidvirussen

Slide 14 - Drag question

actieve immunisatie
passieve immunisatie
antigeen
antistof
geeft geen immuniteit
geeft immuniteit

Slide 15 - Drag question

Actieve immuniteit
Passieve immuniteit
zelf antistoffen maken
antistoffen ingespoten krijgen
Vaccin
Serum
Tijdelijk immuun
Blijvend immuun
Ziekten voorkomen
Beter worden

Slide 16 - Drag question

Natuurlijke Passieve Immunisatie
Kunstmatige Actieve Immunisatie
Natuurlijke Actieve Immunisatie
Kunstmatige Passieve Immunisatie

Slide 17 - Drag question

Bloedgroep B positief krijgt bloed van 
Bloedgroep A positief  krijgt bloed van 
Bloedgroep AB negatief krijgt bloed van 
Bloedgroep AB positeff krijgt bloed van 
Bloedgroep O positief krijgt bloed van 
A +
B +
AB-
O-
O+
B-
A-
AB-

Slide 18 - Drag question

Ontvanger bloedgroep: A
Donor bloedgroep: 0
Ontvanger bloedgroep: A
Donor bloedgroep: AB
Ontvanger bloedgroep: AB
Donor bloedgroep: B

Slide 19 - Drag question

Antigeen A
Antigeen B
Antigeen A & B
Geen antigenen
Bloedgroep A
Bloedgroep B
Bloedgroep AB
Bloedgroep O

Slide 20 - Drag question

Bloedgroep
Antigen
Antistof
A
B
AB
O
Sleep de bloedgroep, antigenen en antistoffen naar de juiste plek.
A
B
A & B
Geen anitgenen
Anti A
Anti B
Anti A & B
Geen antistoffen

Slide 21 - Drag question