This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Herhaling H6 p1 en 2
Groene omgeving
Slide 1 - Slide
H6 Je groene omgeving
Leerdoelen uit de K&K lijst
Je weet in welke 4 rijken organismen kunnen worden ingedeeld (bacteriën, schimmels, planten, dieren).
Je weet dat de rijken kunnen verder worden onderverdeeld: (rijk-afdeling-klasse-orde-familie-geslacht-soort) (bron 7).
Slide 2 - Slide
4 verschillende rijken
Slide 3 - Slide
Indeling van organismen
Wanneer horen dieren tot dezelfde soort?
Slide 4 - Slide
Naamgeving van soorten
Wetenschappelijke naamgeving
Is altijd in het Latijn
Bestaat uit 2 delen
eerste deel = geslachtsnaam
tweede deel = soortaanduiding
Slide 5 - Slide
4 verschillende rijken
Slide 6 - Slide
Rijken en hun cellen
Slide 7 - Slide
Opzoeken van namen organismen
Determineren:
- Opzoeken van de naam organisme via een bepaalde zoekkaart
Determinatie
tabel -->
Slide 8 - Slide
H6.2 je groene omgeving
Leerdoelen uit de K&K lijst
Je weet wat biotische en abiotische factoren zijn.
Je kunt uitleggen waarom soorten kunnen concurreren.
Je weet hoe verschillende biotopen kunnen ontstaan.
Je kunt uitleggen hoe men parken natuurlijker maakt.
Slide 9 - Slide
Biotoop
Biotische factoren:
Abiotische factoren:
Levende natuur
VB = eekhoorn, gras, roofvogel, mensen
Niet-levende natuur
VB= de zon, de wind, regen
= Leefgebied van een organisme
Slide 10 - Slide
Verschillende biotopen
Slide 11 - Slide
Concurrentie & Concurrenten
Concurrentie = Strijden voor het beste plekje of voedsel
Concurrenten = verschillende organismen op 1 plek die hetzelfde voedsel eten of allemaal zonlicht nodig hebben
Slide 12 - Slide
Wat zijn de verschillen?
Slide 13 - Slide
Even herhalen
Wat is een biotoop?
Wat waren de abiotische factoren?
Wat waren de biotische factoren?
timer
2:00
Slide 14 - Slide
Biotoop, wat is dat?
Biotische factoren:
Abiotische factoren:
Levende natuur
VB = eekhoorn, gras, roofvogel, mensen
Niet-levende natuur
VB= de zon, de wind, regen
Slide 15 - Slide
H6.3 je groene omgeving
Leerdoelen uit de K&K lijst
Je kunt uitleggen hoe planten aan voedsel komen.
Je kunt de formule van fotosynthese uitschrijven.
Je weet wat planteneters, vleeseters en alleseters zijn.
Je kunt uitleggen wat een planteneter, vleeseter en alleseter eet.
Je kunt uitleggen wat een voedselrelatie is.
Slide 16 - Slide
Hoe komen planten aan voedsel?
Slide 17 - Slide
Verschillende type eters
Planteneters:
Vleeseters:
Alleseters:
Eten plantaardig voedsel
Eten dierlijk voedsel
Eten plantaardig EN dierlijk voedsel
Slide 18 - Slide
Voedsel relaties
Slide 19 - Slide
Opdrachten maken:
Hoofdstuk 6:
Paragraaf 3
Opdrachten 3 t/m 10
Klaar? Goeddd!!
Lees paragraaf 3 van H6 goed door of begin alvast met de K&K lijst!
Slide 20 - Slide
Wat gaan we doen
Korte herhaling
Verder gaan met paragraaf H6.3
Opdrachten maken
Slide 21 - Slide
Hoe komen planten aan voedsel?
Wat is een voedselketen?
Wat is een voedselweb?
Slide 22 - Slide
H6.3 je groene omgeving
Leerdoelen uit de K&K lijst
Je weet wat een voedselketen is.
Je kan een voedselketen opstellen.
Je kunt uitleggen wat een piramiden van aantallen is (aantal individuen per schakel).
Je kunt uitleggen wat een piramiden van gewicht is (totale gewicht per schakel).
Je weet waardoor voedsel verloren kan gaan binnen een voedselketen (bron 7).
Slide 23 - Slide
Piramide van aantallen
Slide 24 - Slide
Piramide van gewicht
Slide 25 - Slide
Opdrachten maken:
Hoofdstuk 6:
Paragraaf 3
Opdrachten 3 t/m 17
Klaar? Goeddd!!
Lees paragraaf 3 van H6 goed door of begin alvast met de K&K lijst!
Slide 26 - Slide
Ga naar je vaste plek
Pak je leesboek en je bio boeken
Leg het huiswerk open voor vandaag
Ga in je leesboek lezen
timer
5:00
Slide 27 - Slide
Wat gaan we doen
Korte herhaling
Beginnen met paragraaf H6.4
Opdrachten maken
Slide 28 - Slide
Hoe ver ben je met het herbarium?
Al helemaal af!!
Ik hoef nog maar 3 planten.
Ik ben op de helft.
Ik heb nog maar weinig gedaan
Ik moet nog beginnen met het zoeken van planten
Slide 29 - Poll
In het voedselweb is aangegeven wie door wie opgegeten wordt. Wie staat er aan het eind van het voedselweb?
A
algen
B
kikker
C
vis
D
reiger
Slide 30 - Quiz
In een bos worden de blaadjes gegeten door rupsen. Deze rupsen dienen als voedsel voor mussen. Die mussen worden vaak opgegeten door buizerds. Welke voedselketen(s) zijn hier te maken?
A
buizerd -> mus ->
rups -> boom
B
boom -> mus ->
rups -> buizerd
C
boom -> rups ->
mus -> buizerd
Slide 31 - Quiz
Maak de zin af. De eerste schakel van een voedselketen is altijd ....
A
een dier
B
een plant
Slide 32 - Quiz
H6.4 je groene omgeving
Leerdoelen uit de K&K lijst
Je weet dat een bodem uit verschillende lagen bestaat: strooisellaag, humuslaag en grondlaag (bron 2).
Je weet hoe deze lagen ontstaan.
Je weet wat er met natuurlijk afval wordt bedoeld.
Je weet dat bodemdieren het natuurlijk afval kleiner maken (bron 3).
Slide 33 - Slide
Verschillende lagen in de bodem:
Strooisellaag
Humuslaag
Grondlaag
Slide 34 - Slide
Opdrachten maken:
Hoofdstuk 6:
Paragraaf 4
Opdrachten 3 t/m 7
Klaar? Goeddd!!
Ga verder met je herbarium opdracht.
OF ga nakijken van paragraaf 1, 2 & 3 H6
Slide 35 - Slide
Ga naar je vaste plek
Pak je leesboek en je bio boeken
Leg het huiswerk open voor vandaag
Ga in je leesboek lezen
timer
5:00
Slide 36 - Slide
Wat gaan we doen
Afmaken van paragraaf H6.4
Opdrachten maken
Slide 37 - Slide
H6.4 je groene omgeving
Leerdoelen uit de K&K lijst
Je weet wat een voedselkringloop is (bron 6).
Je weet wat de rol is van de producenten, consumenten, afvaleters en reducenten in de voedselkringloop (bron 6).
Je kunt uitleggen waarom er mest nodig is op een akkerland.