This lesson contains 57 slides, with text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Planning gt3a
Presentatie Jones
Hoe sta ik ervoor - Herexamen?
Uitleg Criminaliteit
paragraaf 9.1/9.2
Maken selectie van vragen
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
SE MAATSCHAPPIJLEER
gemiddeld 5 (4.5) of lager = verplicht herexamen in pww over hele stof
gemiddeld 6 = herexamen in pww over hele stof (niet verplicht)
in de pww - korte herhaling voor deelnemer herexamen
Slide 4 - Slide
Planning gt3b
Uitleg Criminaliteit paragraaf 9.1/9.2
Maken selectie van vragen
Slide 5 - Slide
Presentatie Jayden van Z.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
SE MAATSCHAPPIJLEER
gemiddeld 5 (4.5) of lager = verplicht herexamen in pww over hele stof
gemiddeld 6 = herexamen in pww over hele stof (niet verplicht)
in de pww - korte herhaling voor deelnemer herexamen
Slide 8 - Slide
Presentatie Benjamin
Slide 9 - Slide
Planning gt3c
Presentatie Jack
Hoe sta ik ervoor - Herexamen?
Uitleg Criminaliteit paragraaf 9.1/9.2
Maken selectie van vragen
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
SE MAATSCHAPPIJLEER
gemiddeld 5 (4.5) of lager = verplicht herexamen in pww over hele stof
gemiddeld 6 = herexamen in pww over hele stof (niet verplicht)
in de pww - korte herhaling voor deelnemer herexamen
Slide 12 - Slide
Presentatie Jack
Slide 13 - Slide
Regels
geen reactie : afwezig melding
niet in beeld : afwezig melding
mic op mute , alleen aan wanneer er een vraag wordt gesteld
Slide 14 - Slide
PTA
Denk aan inleveren Praktische opdracht media!
Toets media + criminaliteit:
woensdag 21 juni
Geen toets in PWW: herexamen
Slide 15 - Slide
Vandaag
1. Clip
2.Uitleg § 1 + § 2
3. Maken selectie van opdrachten
Slide 16 - Slide
Jongeren en criminaliteit
Toename jongeren die met zware criminaliteit in aanraking komen
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Video
eenvandaag.avrotros.nl
Slide 19 - Link
9.1 Wat is criminaliteit?
Slide 20 - Slide
Lesdoelen
Na deze les je kun je herkennen en/of uitleggen:
het verschil tussen asociaal en strafbaar.
het verschil tussen een overtreding en een misdrijf.
wanneer je een crimineel bent.
dat misdrijven tijdsgebonden zijn.
wat een rechtstaat is.
het verschil tussen materiële en niet-materiële gevolgen.
Slide 21 - Slide
Criminaliteit
Verschil asociaal en strafbaar gedrag.
Verschil tussen misdrijven en overtredingen.
Slide 22 - Slide
Criminaliteit
Asociaal of ook strafbaar?
Wanneer wordt asociaal gedrag strafbaar?
Delict = strafbaar feit
Slide 23 - Slide
Asociaal VS strafbaar
Wet overtreden
Geen rekening met anderen
Slide 24 - Slide
Wat is het verschil?
Overtreding of misdrijf?
Slide 25 - Slide
Overtredig of misdrijf?
Overtreding: Lichte strafbare feiten
Misdrijf: Ernstige strafbare feiten (strafblad)
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
Misdrijf
Verhoor door politie
Zwaardere straffen
Ouder dan 12 jaar: strafblad
Slide 29 - Slide
Strafblad
Als je een strafblad hebt, dan krijg je geen verklaring omtrent het gedrag (VOG). Dit heb je voor veel werk nodig. Je kunt dan vaak heel moeilijk werk vinden. Je kunt bijvoorbeeld ook niet meer altijd op vakantie in sommige landen.
Slide 30 - Slide
Wanneer ben je crimineel?
Niet iedereen die een overtreding begaat, is meteen crimineel. Meestal noem je iemand crimineel wanneer er sprake is van een misdrijf.
Criminaliteit: Alle misdrijven zoals die in de wet staan
Slide 31 - Slide
Slide 32 - Slide
Tijdgebonden
Wat strafbaar is en wat niet verandert door de tijd heen.
Bijv. Vroeger was overspel strafbaar, nu niet meer.
Plaatsgebonden
Wat in Nederland is toegestaan kan in een ander land strafbaar zijn.
Bijv. wapenbezit is in de VS legaal, in Nederland niet.
Criminaliteit is afhankelijk van tijd en plaats
Slide 33 - Slide
Video
Seksueel grensoverschrijdend gedrag.
Slide 34 - Slide
Slide 35 - Video
Slide 36 - Slide
Video
Top 600 crimineel...t
Video: 3.35
https://www.youtube.com/watch?v=GfUE4_M_vJU
Slide 37 - Slide
Slide 38 - Video
Gevolgen criminaliteit
Materiële gevolgen: schade die je kunt berekenen in geld. Bijvoorbeeld een vernielde winkelruit.
Niet-materiële gevolgen: gevolgen die niet in geld zijn uit te drukken. Bijv. angst voor een nieuwe inbraak.
Slide 39 - Slide
ZELFSTANDIG WERKEN
Maken vragen 9.1
1 t/m 12
werkboek: 166/168
lesboek: 142/143
Slide 40 - Slide
Leerdoelen
Na afloop van deze les kan ik:
risicofactoren beschrijven waarom mensen crimineel kunnen
algemene factoren beschrijven waarom mensen crimineel verdrag kunen vertonen
Uitleggen welke groepen bij misdrijven betrokken raken
Slide 41 - Slide
Risicofactoren
mensen worden niet zomaar crimineel. De meeste mensen hebben niet zo'n zin om hun leven lang opgejaagd te worden door de politie of vast te zitten in de gevangenis.
Slide 42 - Slide
Risicofactoren
Er zijn wel een aantal risicofactoren die ervoor zorgen dat mensen geneigd zijn om crimineel gedrag te vertonen. Dit zijn omstandigheden die de kans op crimineel gedrag vergroten.
Slide 43 - Slide
Criminaliteit
Les 2: Waarom worden mensen crimineel?
Slide 44 - Slide
Slechte opvoeding
Jongeren leren thuis de verkeerde normen en waarden.
Bijvoorbeeld stelen, slaan, geen respect.
Slide 45 - Slide
Groepsgedrag
De groep bepaalt wat je doet en niet doet.
Slide 46 - Slide
alcohol en drugs
Verslaving zorgt er voor dat mensen misdrijven en overtredingen plegen
bijvoorbeeld: Diefstal, berovingen, gebruik van verboden middelen
Slide 47 - Slide
Spijbelen/ schooluitval
Jongeren zonder diploma komen vaker in aanraking met justitie.
bijvoorbeeld: vandalisme
Slide 48 - Slide
Biologische factoren
Wetenschap toont aan dat psychische stoornissen geweld kunnen veroorzaken
Slide 49 - Slide
Maatschappelijke omstandigheden
Naast persoonlijke kenmerken zijn er ook algemene omstandigheden die crimineel gedrag kunnen versterken: