2.2.2. Goden en Wetenschappers

Goden en wetenschappers

Griekse filosofen
1 / 17
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Goden en wetenschappers

Griekse filosofen

Slide 1 - Slide

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 2 - Slide

Leerdoel

Aan het eind van deze les kun je:
  • Uitleggen waarom de Grieken in Goden geloofden.
  • Wat Polytheïsme is.
  • Voorbeelden geven van Goden
  • Uitleggen wat een filosoof is. 

Slide 3 - Slide

Polytheïsme
  • Net als de Egyptenaren proberen de Grieken de wereld om hen heen te        begrijpen.
  • Grieken schrijven deze gebeurtenissen dan ook aan bovennatuurlijke            krachten toe.

  • Behalve Goden voor natuurverschijnselen hebben de Grieken ook Goden    voor andere zaken.
       - Menselijke emoties, Ziektes, de dood, oorlog.
  • Het geloof in meerdere Goden heet een polytheïstische godsdienst.




Slide 4 - Slide

Mythologie
  • Volgens de Grieken bepaalde de Goden alles op de wereld.
  • Vastgelegd in verhalen en mythenVerhalen over Goden.

  • Griekse Goden beschikten over zowel bovenmenselijke als menselijke eigenschappen.
      - Krachten zoals het gooien van bliksem.
      - Menselijke eigenschappen zoals liefde, woede en jaloezie.
  • Alles werd eerst doorverteld, later werden de verhalen ook opgeschreven.
  • Komt bekend te staan als de Griekse Mythologie.


Slide 5 - Slide

De Goden
  • De Grieken geloofden dat de Goden boven op de berg Olympus woonden
  • Daar leefden alle Goden als een familie bij elkaar

  • Oppergod was Zeus.
       - Hij regeerde samen met zijn broers Hades en Poseidon
  • Ook waren er halfgoden
       - Kinderen van Goden en niet-Goden
       - Herakles (Hercules)


Slide 6 - Slide

Tempels en Orakels
  • Om de Goden te vereren en gunstig te stemmen bouwden de Grieken            tempels.
  • In deze tempels werkten Priesters,  die hun leven in dienst van de Goden zetten. 
  • Hier brachten mensen offers naartoe en konden hier bidden. 

  • Om de wil van de Goden te leren kennen, bezochten mensen Orakels.
  • Priesters konden in contact komen met de Goden, zodat men wist wat de    Goden wilden of van plan waren. 


Slide 7 - Slide

Hoe noemen we een geloof met meerdere Goden?
A
Mythologie
B
Monotheïstisch
C
Polytheïstisch
D
Orakel

Slide 8 - Quiz

Waar woonden de Goden volgens de Grieken?

Slide 9 - Open question

Waarom brachten de Grieken offers aa hun Goden?

Slide 10 - Open question

Hoe noemen we iemand die zijn hele leven gebruikte om te werken voor de Goden?
A
Priester
B
Gelovige
C
Koning
D
Orakel

Slide 11 - Quiz

Wat is de goede volgorde hoe de Grieken hun zuilen maakten?
A
Korintisch-Ïonisch-Dorisch
B
Dorisch-Ïonisch-Korintisch
C
Ïonisch-Korintisch-Dorisch
D
Dorisch-Korintisch-Ïonisch

Slide 12 - Quiz

Goden?
  • Vanaf de 6e eeuw v. Chr. Zijn er Grieken die niet meer geloven dat de              Goden alles regelen.
  • Grieken gaan zelf onderzoek doen.

  • Mensen gaan zich bezig houden met wijsheid en de wetenschap.
  • Door zelf na te denken en onderzoek te doen verklaringen vinden voor          verschijnselen.
  • Deze mensen werden filosofen genoemd.
       - Philos (liefhebber) en Sofia (wijsheid)


Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Wat moesten mensen volgens Socrates doen?

Slide 15 - Open question

Wat was de bijnaam die de mensen in Athene aan Socrates gaven?

Slide 16 - Open question

Socrates kreeg uiteindelijk de doodstraf! Waarom?

Slide 17 - Open question