4.2 versnellen en vertragen

 4.2 Versnellen en vertragen
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

 4.2 Versnellen en vertragen

Slide 1 - Slide

Lesdoelen:
4.2.1 Je kunt een beweging vastleggen in een (v,t)-diagram.
4.2.2 Je kunt de soort beweging herkennen in een (v,t)-diagram.
4.2.3 Je kunt uitleggen wat versnelling en vertraging betekenen.
4.2.4 Je kunt de versnelling van een beweging berekenen.
4.2.5 Je kunt km/h omrekenen naar m/s, en omgekeerd.
4.2.6 Je kunt de afgelegde afstand van een beweging bepalen/berekenen in een (v,t)-diagram.

Slide 2 - Slide

Voorkennis
Als je in een verkeersvliegtuig zit, vlieg je met een snelheid van ruim 900 km/h. De karretjes van een achtbaan halen ‘maar’ 150 km/h. Toch voelt een rit in een achtbaan veel spannender dan een vlucht met een vliegtuig. Dat komt doordat de karretjes enorm snel optrekken en afremmen. Het is blijkbaar niet de snelheid die je in je maag voelt, maar de snelheidsverandering..

Slide 3 - Slide

(v,t)-diagram maken
v - verticale as
t - horizontale as

0-4 s Beweging neemt eerst toe
versnelling
na 4s dan is de beweging constant
eenparige beweging

Slide 4 - Slide

Versnelling 
Als er een gelijkmatige toename in snelheid is... b.v.
na 1 seconde 3 m/s, na twee seconden 6 m/s en na drie  9 m/s
dan is de toename in snelheid 3 m/s elke seconde
DUS de versnelling is 3 m/s2

Slide 5 - Slide

Versnelling berekenen:



a - versnelling in m/s2
t - tijd in s
v - snelheid in m/s
a=ΔtΔv
Δv=veindvbegin

Slide 6 - Slide

Snelheid omrekenen
Snelheid is vaak in km/uur en moet naar m/s
m/s               km/uur
: 3,6
x 3,6

Slide 7 - Slide

Voorbeeld opgaven 1

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Afgelegde 
afstand bepalen

Je kan met de (v,t)-diagram 
de afstand bepalen

Afstand = oppervlak onder grafiek

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Vertraging
De snelheid neemt elke seconde af met 2 m/s. 
De snelheidsafname per seconde noem je de vertraging.
Je zegt nu dat de vertraging gelijk is aan 2 m/s2. Je schrijft: a = −2 m/s2
Zoals je ziet, gebruik je voor vertraging hetzelfde symbool als voor versnelling: de letter a. 

Slide 14 - Slide

Belang lesdoel
Als je b.v. gaat skydiven heb je een idee wat er gaat gebeuren met je.
Bij de toetsen komt de versnelling en de afgelegde weg bepalen dit jaar en volgend jaar terug.

Slide 15 - Slide

Controlevragen
1 Noteer de formule voor de versnelling met de eenheid hoe je hem moet invullen.

Slide 16 - Slide

controle vragen
2 Reken om:

180 km/h = .....m/s
10 m/s = .......km/h

Slide 17 - Slide

Controle vragen
3 Schets in één v,t - grafiek;
a )een eenparige beweging.
b) een eenparig versnelde beweging
c) een eenparig vertraagde beweging.

Slide 18 - Slide

controlevraag 4

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Samenvatting
Hier volgt een samenvatting van de stof met één voorbeeld van een lift waar alle stof in zit.

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide