Balans -> Opdracht 22

- Terug blik les gistern
 - Korte uitleg
- Quiz

1 / 24
next
Slide 1: Slide
Economie & OndernemenMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

- Terug blik les gistern
 - Korte uitleg
- Quiz

Slide 1 - Slide

Balans?

Slide 2 - Mind map

welke stelling klopt niet ?
A
een balans is altijd in evenwicht
B
een balans is een momentopname
C
heeft een bezitkant en een schuldkant
D
wordt altijd opgemaakt op 31 december

Slide 3 - Quiz

De rechterkant van de balans is ...
A
Schulden
B
Bezittingen

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Verschillende categorieën 
- Vast Activa
- Vlottende activa
 - Liquide middelen

- Kort vreemd vermogen
- lang vreemd vermogen 
- Eigen vermogen 

Slide 6 - Slide

Vaste Activa
- langer dan 1 jaar door bedrijf gebruikt worden

Staat aan de kant van BEZIT 




Slide 7 - Slide

Vlottende Activa
Minder dan 1 jaar binnen de onderneming blijven. 

Bv: Voorraad, grondstoffen, debiteuren 

Slide 8 - Slide

Liquide Middelen
De posten BANK en KAS 

Slide 9 - Slide

Vaste activa
Vlottende activa
Liquide middelen
Auto
Voorraad
Bankrekening
Debiteuren
Gebouw

Slide 10 - Drag question

Lang vreemd vermogen
Geleend geld voor langer dan 1 jaar 

Bv Hypotheek , leningen

Slide 11 - Slide

Kort vreemd vermogen 
Geleend geld voor korter dan 1 jaar 

Bv. Crediteuren

Slide 12 - Slide

Eigen vermogen
Door eigenaren zelf ingebracht 

Schuld aan jezelf


Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Wat is een balans?
A
Een overzicht van wat er is verkocht en ingekocht
B
Een overzicht van bezittingen en schulden

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Wat is eigen vermogen?
Geef de betekenis.

Slide 18 - Open question

Liquide middelen is hetzelfde als..
A
banksaldo
B
kasgeld
C
banksaldo en schulden
D
banksaldo en kasgeld

Slide 19 - Quiz

Onder welke balanspost zetten we de debiteuren
A
Vaste activa
B
Eigen Vermogen
C
Liquide middelen
D
Vlottende activa

Slide 20 - Quiz

Onder welke categorie valt een hypothecaire lening?
A
Liquide middelen
B
Eigen vermogen
C
Lang vreemd vermogen
D
Kort vreemd vermogen

Slide 21 - Quiz

Crediteur is...
A
Iemand van wie je nog geld krijgt
B
Iemand die nog goederen moet leveren
C
Iemand die voor jou de administratie doet
D
Dat je nog geld moet betalen aan iemand

Slide 22 - Quiz

Onder welke categorie valt de post auto
A
Vast activa
B
Liquide middelen
C
Vlottende activa
D
Lang vreemd vermogen

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide