H7 les 1 - decimale getallen

H7 Decimale getallen.
1 / 38
next
Slide 1: Slide
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 3,4

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

H7 Decimale getallen.

Slide 1 - Slide

Planning van de les
- Verwachtingen & Studiehouding (8 min)
- Bespreken van de leerdoelen  (2 min)
- Instructie Hoofdstuk 7.1 (10 min)
- Zelfstandig verwerken (15 min)
- Afsluitingsquiz (10 min)

Slide 2 - Slide

Verwachtingen  & Studiehouding
- Je maakt je huiswerk. 
- Je hebt je spullen in orde.
(Opgeladen laptop, werkboek, schrift en pen of potlood)

Vanaf komende week is het bij huiswerk niet af of spullen niet in orde een uur nakomen. 
Je moet dan in  de grabbelpot grabbelen en dat wordt de straf bij het nakomlesuur


Slide 3 - Slide

Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je:
  1. Ik weet wat een decimaal getal is.
  2. Ik kan de waarde benoemen van een cijfer in een kommagetal. 
  3. Ik kan kommagetallen vergelijken.
  4. Ik kan kommagetallen afronden.

Slide 4 - Slide

Waar kom je decimale getallen tegen?

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

In dit schema kan je komma getallen invullen.
Bijvoorbeeld: 30,13 = 3 tientallen, 0 eenheden, 1 tiende, 3 honderdste.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

120,015

de 5 is een
A
eenheid
B
tiende
C
honderdste
D
duizendste

Slide 10 - Quiz

tip
Weet jij niet wat het getal waard is zet het in een schema.

Slide 11 - Slide

Hoe schrijf je het getal:
1 komma 5 tiende.

Slide 12 - Open question

Hoe schrijf je het getal:
2 komma 5 honderste

Slide 13 - Open question

welk getal is
33 komma 2 tienden en 5 honderste
A
3,250
B
332,500
C
33,25
D
3,025

Slide 14 - Quiz

Hoeveel decimalen heeft het volgende getal?

7,9
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 15 - Quiz

Hoeveel decimalen heeft het volgende getal?

5,001
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 16 - Quiz

Hoeveel decimalen heeft het volgende getal?

4,03
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 17 - Quiz

Hoeveel decimalen heeft het volgende getal?

255
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Slide

Welk symbool hoort op de stippellijn?

1,7 ...... 7
A
>
B
<
C
=
D

Slide 20 - Quiz

Welk symbool hoort op de stippellijn?

19,1 ...... 19,01
A
>
B
<
C
=
D

Slide 21 - Quiz

Welk symbool hoort op de stippellijn?

5,210 ...... 5,21
A
>
B
<
C
=
D

Slide 22 - Quiz

Welk symbool hoort op de stippellijn?

3,33 ...... 3,333
A
>
B
<
C
=
D

Slide 23 - Quiz

Welk symbool hoort op de stippellijn?

25,2 ...... vijfentwintig komma vijf
A
>
B
<
C
=
D

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Slide

Rond af op een heel getal.

7,23

Slide 26 - Open question

Rond af op een heel getal.

25,71

Slide 27 - Open question

Rond af op 1 decimaal.

7,754

Slide 28 - Open question

Voorbeeld opdracht 4, 5, 6
Hoe spreek ik 2,018 uit?




Antwoord: 2E 0t 1h 8d

Slide 29 - Slide

Opdrachten maken
Blz. 123 opdracht 1 t/m 12. 

Ik wil minimaal opdracht 1 t/m 10 
aan het eind van de les zien. Niet af? 
Is een lesuur nablijven en grabbelen.

Volgende week controle van hoofdstuk 6. Geen berekening is huiswerk niet af. Is een lesuur nablijven en grabbelen.
timer
15:00

Slide 30 - Slide

Afsluitingsquiz

Slide 31 - Slide

169,215

de 5 is een
A
eenheid
B
tiende
C
honderdste
D
duizendste

Slide 32 - Quiz

welk getal is
14 komma 4 tienden en 5 honderste
A
14,450
B
144,500
C
14,405
D
14,045

Slide 33 - Quiz

Hoeveel decimalen heeft het volgende getal?

80,946
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 34 - Quiz

Hoeveel decimalen heeft het volgende getal?

9156
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 35 - Quiz

Welk symbool hoort op de stippellijn?

45,2 ...... 45,02
A
>
B
<
C
=
D

Slide 36 - Quiz

Welk symbool hoort op de stippellijn?

8,310 ...... 8,31
A
>
B
<
C
=
D

Slide 37 - Quiz

Rond af op 1 decimaal.

15, 04

Slide 38 - Open question