Week 1 M4 Kapitel 1

Guten Tag
Wie geht es euch?
1 / 39
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 1 - Slide

Bitte,  leg dein Buch und Heft vor dich auf den Tisch!

Slide 2 - Slide

Planung Stunde 1

1.  Wiederholung letztes Jahr: was wisst ihr noch?
2. Vorschau dieses Jahres
3.  Aufgabe 1 zusammen machen: Sehen




Slide 3 - Slide

Lernziele dieser Stunde(n)
Am Ende dieser Stunde(n):

- weet je wat je al zou moeten kennen en kunnen
- weet je wat er dit jaar van je verwacht gaat worden

maar eerst even een leuk filmpje!





Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video



Wat weten jullie nog van vorig jaar?




Slide 6 - Slide

Wat is een persoonlijk voornaamwoord?
Vorige twee jaar heb je geleerd:

  • haben, sein en werden in de tegenwoordige  en verleden tijd
  • werkwoorden in de tegenwoordige en verleden tijd (zwak en sterk!)
  • voltooid deelwoord (zwakke  en sterke werkwoorden)
  • de modale werkwoorden  dürfen, können, mögen, (en möchten),  müssen, sollen, wollen en wissen in tegenwoordige en verleden tijd
  • het geslacht van zelfstandig naamwoorden
  • de uitgangen van ein- en kein-
  • bezittelijk voornaamwoorden
  • de eerste, derde  en de vierde naamval inclusief de voorzetsels die de 3de en de 4de naamval krijgen

Slide 7 - Slide

Wat is een persoonlijk voornaamwoord?
Dit jaar ga je leren:

lezen, lezen, lezen..... en schrijven, luisteren en spreken

lezen: Signaalwoorden
spreken: Een voorwerp omschrijven
lezen en luisteren: Mediadossier

Grammatica:
  • e/i-Wechsel
  • a-Umlaut
  • de naamvallen (m.b.v. het stappenplan)

Slide 8 - Slide

An die Arbeit!
An die Arbeit!

Wat:  Aufgabe 1 auf Seite 12: Sehen

Jullie beantwoorden de vragen op pag. 12 en 13

we kijken de opdracht gezamenlijk na.

Slide 9 - Slide

An die Arbeit!
An die Arbeit!

Wat:  maak Kapitel 1 Aufgabe 2  en 4
Hoe: zelfstandig en in stilte
Hulp: woordenlijst op pag. 48
Tijd: 10 minuten
Klaar? Ga verder met Aufgabe 5 und 6 (huiswerk)

we kijken de opdrachten gezamenlijk na.

Slide 10 - Slide

Huiswerk
HAUSAUFGABEN:

Machen:
Aufgaben 5, 6, 7 (auf Seiten 15, 16)

Lernen:
Lernliste N-D auf Seite 48

Slide 11 - Slide



Danke für eure Aufmerksamkeit.

Bis nächstes Mal!


Slide 12 - Slide

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 13 - Slide

Bitte,  leg dein Buch und Heft vor dich auf den Tisch!

Slide 14 - Slide

Planung  Stunde 2
1.  Hausaufgaben besprechen (5 minuten)
2. Wiederholung Starke Verben und E/I-Wechsel
3. An die Arbeit
4. Hören





Slide 15 - Slide

Planung  Stunde 3
1.  Hausaufgaben besprechen (5 minuten): Aufgaben 5, 6, 7 (auf Seiten 15, 16)
2. Wiederholung Starke Verben und E/I-Wechsel
3. An die Arbeit
4. Hören



Slide 16 - Slide

Lernziele dieser Stunden
Am Ende dieser Stunde:

- kun je het verschil tussen zwakke en sterke werkwoorden uitleggen
- ben je in staat om sterke werkwoorden met een -e- in de stam in de tegenwoordige tijd te
   vervoegen





Slide 17 - Slide

Waarom leren we dit?
- omdat je de e/i-Wechsel moet kunnen herkennen
- want als je dit herkent, maar je kent het werkwoord niet, dan kun je het hele werkwoord  
   vormen, zodat je het in een woordenboek kunt opzoeken







Slide 18 - Slide

Starke Verben/Sterke werkwoorden
helfen-hielf-geholfen

1. KLINKERVERANDERING
2. VOLTOOID DEELWOORD -en

UNTERSCHIED: leben-lebte-gelebt=>schwach/zwak
Nederlands sterk - Duits vaak ook sterk! 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

De -e- klank in de stam
Lange klank: de -e- klinkt als -ee-
bijvoorbeeld: sehen, fernsehen, lesen,

korte klank: de -e- klinkt als -è-
bijvoorbeeld: helfen, essen, sprechen

Slide 21 - Slide

e/i Wechsel

Alleen bij: du en er/sie/es/man

Lange klank: de -e-  in de stam verandert in -ie-
korte klank: de -e- in de stam verandert in -i-


Slide 22 - Slide

Ausnahmen/Uitzonderingen
geben > du gibst / er, sie, es gibt
nehmen > du nimmst / er, sie, es nimmt


„e“ lang uitgesproken, maar een „i“

Slide 23 - Slide

Ausnahmen/Uitzonderingen
gehen > du gehst / er, sie, es geht
stehen > du stehst / er, sie, es steht
bewegen > du bewegst / er, sie, es bewegt

krijgen GEEN e/i Wechsel

Slide 24 - Slide

Bij welke werkwoorden vindt een e/i wissel plaats?

Slide 25 - Open question

in welke tijd vindt die e/i wissel plaats?

Slide 26 - Open question

bij welke personen vindt die e/i wissel plaats?
2 antwoorden!

Slide 27 - Open question

es _______ (helfen)
A
halft
B
helft
C
hilft
D
hielft

Slide 28 - Quiz

Du ________ (leben)
A
leben
B
libst
C
lebenden
D
lebst

Slide 29 - Quiz

Ihr_________ (vergessen)
A
vergesst
B
vergisst
C
vergiesst
D
vergessen

Slide 30 - Quiz

er _________ (sehen)
A
seht
B
siht
C
sieht
D
siehst

Slide 31 - Quiz

du _________ (stehen)
A
stehst
B
steht
C
stihst
D
stiehst

Slide 32 - Quiz

man _________ (sprechen)
A
spreche
B
sprecht
C
spriecht
D
spricht

Slide 33 - Quiz

An die Arbeit!
An die Arbeit!

Wat:  Aufgabe 16, 17, 18 auf Seiten 24, 25
Hoe: zelfstandig en in stilte
Hulp:  de grammatica auf  Seite 25
Tijd: 10 minuten
Klaar? begin met het leren van de Lernliste

Slide 34 - Slide

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 35 - Slide

Planung  Stunde 3
1.  Hausaufgaben besprechen (5 minuten): Aufgaben 5, 6, 7 (auf Seiten 15, 16)
2. Wiederholung Starke Verben und E/I-Wechsel
3. An die Arbeit: Hören Aufgabe 10
4. An die Arbeit: Lesen Aufgabe 12



Slide 36 - Slide

An die Arbeit!
An die Arbeit!

Wat:  Aufgabe 10
Hoe: we luisteren gezamenlijk; je beantwoordt zelfstandig de vragen
Hulp:  geen
Tijd: 10 minuten
Klaar?
we kijken de opdracht gezamenlijk na.

Slide 37 - Slide

An die Arbeit!
Und jetzt: An die Arbeit!

Wat:  maak Kapitel 1 Aufgabe 12 und 13
Hoe: zelfstandig en in stilte
Hulp: Wörterbuch
Tijd: 30 minuten
Klaar? Leer de Lernliste N-D auf Seite 48

we kijken de opdrachten gezamenlijk na.

Slide 38 - Slide



Danke für eure Aufmerksamkeit.

Bis nächstes Mal!


Slide 39 - Slide