Les 4 Diervoeding

Les 4 Diervoeding
1 / 11
next
Slide 1: Slide
DierverzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Les 4 Diervoeding

Slide 1 - Slide

Voedingsstoffen
Voedingsstoffen = bruikbare bestanddelen van de voeding


Onbruikbare middelen verlaten het lichaam als ontlasting

6 verschillende voedingsstoffen:

Slide 2 - Slide

Welke voedingsstof bevat de minste energie?
A
Vetten
B
Koolhydraten
C
Eiwitten
D
Water

Slide 3 - Quiz

Water

Slide 4 - Slide

Water
Zit geen energie in

Wel het belangrijkste voederbestandsdeel:
  • Een bouwsteen voor alle cellen
  • Transportmiddel voor voedingsstoffen en afvalstoffen
  • Oplosmiddel voor mineralen en vitamines
  • Lichaamstemperatuur op peil houden
  • Productie (melk bestaat voor een groot deel uit water)

Slide 5 - Slide

Eiwitten
  • Bouwstoffen van het lichaam (DNA, cellen en weefsel)
  • Belangrijk bij groei en productie
  • Zorgen voor energie
  • Opgebouwd uit aminozuren



Slide 6 - Slide

Aminozuren
Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren

Essentiële en niet- essentiële aminozuren
  • Essentiële aminozuren deze maakt het lichaam niet zelf aan!
  • Niet essentiële aminozuren maakt het lichaam wel zelf aan

Slide 7 - Slide

Biologische waarde
De biologische waarde van een eiwit wordt bepaald door:
  • De hoeveelheid essentiële aminozuren
  • De verhouding ervan

Hoe gemakkelijker een voedingseiwit in lichaamseiwit kan worden omgezet, hoe hoger de biologische waarde van dat voedingseiwit is.



Slide 8 - Slide

Vitamines
  • Kleine hoeveelheden en onmisbaar
  • Wordt aangegeven in Internationale Eenheden (I.E.)
  • Allemaal een eigen specifieke functie
  • Vitamines zorgen voor normaal verloop van de stofwisseling en zorgen voor je weerstand
  • Dieren halen over het algemeen vitamines uit voer



Slide 9 - Slide

Vitamines

Slide 10 - Slide

Opdracht vitamines

Slide 11 - Slide