H1.2 B1GY Onderzoeken

Welkom B1L 
Op tafel: 
 Pen + potlood + rekenmachine
1 / 41
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom B1L 
Op tafel: 
 Pen + potlood + rekenmachine

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

  1. Herhaling vorige week
  2. Vragen over het huiswerk? 
  3. H1.2 Onderzoeken
  4. Proef 2: Temp. gevoel testen
  5. Proef 3: Zuur aantonen
  6. Opdrachten maken 
Wat gaan we deze les doen?

Slide 2 - Slide

Leerlingen laten inloggen bij Malmberg en klassencode toevoegen

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Je kunt beschrijven waar natuurwetenschappen over gaan.
Wetenschap
Wetenschap: 
  • Het opdoen van kennis en het toepassen van die kennis in het dagelijks leven

Natuurwetenschappen:
  • Natuurkunde -> niet levende natuur
  • Scheikunde    -> niet levende natuur
  • Biologie           -> levende natuur


Herhaling

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

 Je kunt met voorbeelden het verschil tussen natuurkunde en scheikunde uitleggen.
Verschillen tussen natuurkunde en scheikunde
Natuurkunde :
  • Gaat over stoffen die niet van natuur veranderen
  • Veranderingen zijn tijdelijk 


Scheikunde: 
  • Gaat over stoffen die in een andere stof veranderen
  • Veranderingen zijn blijvend
Herhaling

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Je kunt uitleggen hoe röntgenstraling gebruikt wordt.
Röntgenstraling
Wilhelm Conrad Röntgen (1845-1923)
Röntgenfoto's
  • Doorgelaten door: vel, spieren en pezen.
  • Tegengehouden door: botten
Herhaling

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Je kunt beschrijven waar natuurwetenschappen over gaan.
Wetenschap
Het opdoen van kennis en het toepassen van die kennis in het dagelijks leven

Natuur- en scheikunde: 
  • het ontstaan van bliksem;
  • het opwekken van elektriciteit met zonnepanelen;
  • het smelten van kaarsvet;
  • de remweg van een scooter;
  • het roesten van een spijker.
(niet levende natuur)
Herhaling

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Vragen over het huiswerk?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Link

This item has no instructions

Huiswerk
  • a. Dit is een tijdelijke verandering. Vloeibaar tin kan weer vast worden. Het is dus een natuurkundige verandering.
  • b. Dit is een tijdelijke verandering. Als de zware persoon opstaat buigt de plastic stoel terug naar zijn oorspronkelijke vorm. Het is dus een natuurkundige verandering.
  • c. Dit is een blijvende verandering. Het is niet mogelijk om de verbrande aardappelen weer terug te veranderen naar de oorspronkelijke aardappelen. Het is dus een scheikundige verandering.
  • Dit is een tijdelijke verandering. Als je de kachel uitzet, koelt de gloeispiraal af en verdwijnt de rode kleur. Hert is dus een natuurkundige verandering.



Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
  • b. Als je de veer niet al te ver uitrekt, is de vervorming tijdelijk. Zodra je niet meer aan de veer trekt, krijgt deze zijn oorspronkelijke lengte weer terug. Als je te hard aan de veer trekt, raakt deze beschadigd. De veer krijgt dan zijn oorspronkelijke lengte niet meer terug als je er niet meer aan trekt.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
  • Verandering van lengte, verandering van kleur als de spijker gaat gloeien en eventueel verandering van fase als de spijker zo sterk verhit wordt dat deze smelt.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Je kunt uitleggen wat de wetenschappelijke methode is
Onderzoek doen
De wetenschappelijke methode?
Hoe doe je eigenlijk onderzoek? 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Onderzoek?

Slide 14 - Mind map

This item has no instructions

Je kunt uitleggen wat de wetenschappelijke methode is
Onderzoek doen
  1. Onderzoeksvraag
  2. Hypothese
  3. Experiment/onderzoek uitvoeren
  4. Resultaten weergeven
  5. Conclusie/reflectie

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Je kunt uitleggen hoe je veilig kunt waarnemen bij een onderzoek

Waarnemen
  • Waarnemen doe je met je zintuigen.
  • Zien, horen, ruiken, voelen en proeven
  • Niet zomaar ruiken en proeven

  • Zintuigen zijn niet nauwkeurig
  • Om iets nauwkeurig te onderzoeken, gebruik je een meetinstrument

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Je kunt beschrijven wat een grootheid en wat een eenheid is
Grootheid, eenheid en meetwaarde
Als ik op de weegschaal ga staan zie ik dat deze 85,5 aan geeft.
Wat mis ik hier?

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Je kunt beschrijven wat een grootheid en wat een eenheid is
Grootheid, eenheid en meetwaarde
  • Grootheid: Wat je meet (de massa)
  • Eenheid: Waarin je de grootheid meet (in kilogram)
  • Meetwaarde: Het getal wat je meet (85,5)
  • Meetinstrument: Waarmee je de grootheid meet. (weegschaal)

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

De eenheid is:
A
Massa
B
Kilogram

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

De grootheid is:
A
Kilometer
B
Afstand

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

De meetwaarde is:
A
Het getal dat je meet
B
Waarmee je de grootheid meet

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

De eenheid is:
A
Km/u
B
Snelheid

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Zelf onderzoek doen
  1. Onderzoeksvraag
  2. Hypothese
  3. Experiment/onderzoek en of de hypothese klopt 
  4. Resultaten weergeven
  5. Conclusie

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Zelf onderzoek doen
1. Onderzoeksvraag
- Welke van de stoffen die je krijgt zijn zuur?
2. Hypothese
-Ik denk dat stof 1, 3 en 5 zuur zijn.
3. Experiment/onderzoeken of de hypothese klopt
- Om dit na te gaan moet ik het proefje op deze manier uitvoeren. 
- Om hier achter te komen moeten we een indicator op de stof druppelen.
4. Resultaten weergeven
- kijk goed wat er gebeurt bij je proef
- Als de stof van kleur veranderd, zit er zuur in de stof.
5. Conclusie
-Klopt je hypothese? Ja of nee? Hoe zou dat kunnen?


timer
5:00
Opdracht 
bedenk een: 
-Onderzoeksvraag 
-Hypothese 
-Experiment 
-Een manier om resultaten weer te geven

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Zelf onderzoek doen
1. Onderzoeksvraag
- Welke van de stoffen die je krijgt zijn zuur?
2. Hypothese
-Ik denk dat stof 1, 3 en 5 zuur zijn.
3. Experiment/onderzoeken of de hypothese klopt
- Om dit na te gaan moet ik het proefje op deze manier uitvoeren. 
- Om hier achter te komen moeten we een indicator op de stof druppelen.
4. Resultaten weergeven
- kijk goed wat er gebeurt bij je proef
- Als de stof van kleur veranderd, zit er zuur in de stof.
5. Conclusie
-Klopt je hypothese? Ja of nee? Hoe zou dat kunnen?


Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Zelf onderzoek doen
1. Onderzoeksvraag
- Welke van de stoffen die je krijgt zijn zuur?
2. Hypothese
-Ik denk dat stof 1, 3 en 5 zuur zijn.
3. Experiment/onderzoeken of de hypothese klopt
- Om dit na te gaan moet ik het proefje op deze manier uitvoeren. 
- Om hier achter te komen moeten we een indicator op de stof druppelen.
4. Resultaten weergeven
- kijk goed wat er gebeurt bij je proef
- Als de stof van kleur veranderd, zit er zuur in de stof.
5. Conclusie
-Klopt je hypothese? Ja of nee? Hoe zou dat kunnen?


Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Zelf onderzoek doen
1. Onderzoeksvraag
- Welke van de stoffen die je krijgt zijn zuur?
2. Hypothese
-Ik denk dat stof 1, 3 en 5 zuur zijn.
3. Experiment/onderzoeken of de hypothese klopt
- Om dit na te gaan moet ik het proefje op deze manier uitvoeren. 
- Om hier achter te komen moeten we een indicator op de stof druppelen.
4. Resultaten weergeven
- kijk goed wat er gebeurt bij je proef
- Als de stof van kleur veranderd, zit er zuur in de stof.
5. Conclusie
-Klopt je hypothese? Ja of nee? Hoe zou dat kunnen?


Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Zelf onderzoek doen
1. Onderzoeksvraag
- Welke van de stoffen die je krijgt zijn zuur?
2. Hypothese
-Ik denk dat stof 1, 3 en 5 zuur zijn.
3. Experiment/onderzoeken of de hypothese klopt
- Om dit na te gaan moet ik het proefje op deze manier uitvoeren. 
- Om hier achter te komen moeten we een indicator op de stof druppelen.
4. Resultaten weergeven
- kijk goed wat er gebeurt bij je proef
- Geef je resultaten weer in een tabel 
5. Conclusie
-Klopt je hypothese? Ja of nee? Hoe zou dat kunnen?


Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Zelf onderzoek doen
1. Onderzoeksvraag
- Welke van de stoffen die je krijgt zijn zuur?
2. Hypothese
- Ik denk dat stof 1, 3 en 5 zuur zijn.
3. Experiment/onderzoeken of de hypothese klopt
- Steeds een scheutje rodekoolsap bij de verschillende vloeistoffen gieten
-Observeren (met de ogen) of er een kleurverandering plaatsvindt
4. Resultaten weergeven
- Geef de resultaten weer in een tabel
5. Conclusie
-Klopt je hypothese? Ja of nee? Hoe zou dat kunnen?


Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Je kunt uitleggen wat een indicator is
Onderzoek met een indicator 
Een indicator is een stof waarmee je een andere stof kunt aantonen.

  • Een voorbeeld van een indicator is de vloeistof jodium.
  • Met jodium kan je zetmeel aantonen.
  • Als je jodium op zetmeel druppelt veranderd de kleur van het jodium



Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

  1. Lezen: H1.2
  2. Maken: 1 t/m 10 
  3. Oefen: Flitskaarten
  4. Leren: leerdoelen

Niet klaar? Geeft niks, wat niet af is in de les, maak je thuis. 
Aan de slag!
timer
10:00

Slide 38 - Slide

Leerlingen laten inloggen bij Malmberg en klassencode toevoegen

  1. Lezen: H1.2
  2. Maken: 1 t/m 10
  3. Oefen: Flitskaarten
  4. Leren: leerdoelen
  5. Leren H1.1 en H1.2 voor de oefentoets
Voor volgende keer (2 weken)

Slide 39 - Slide

Leerlingen laten inloggen bij Malmberg en klassencode toevoegen

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 40 - Open question

This item has no instructions

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 41 - Open question

This item has no instructions